Team Katusha Alpecin heeft er een Nederlander bij. Kenny Nijssen, vooral bekend in het milieu van de granfondo’s – hij heeft er al zo’n 20 gewonnen – heeft namelijk een stagecontract… gewonnen! Al is dat dik verdiend, met zijn kwaliteiten.
Aan welke competitie deed je precies mee om Wattmeister te worden?
Kenny Nijssen: “De Wattmeister is een initiatief van de Topcompetitie in Nederland. Topcompetitie is een reeks van de grootste amateurklassiekers, waar de Nederlandse continentale teams en de beste clubploegen aan deelnemen. Dit zijn 17 teams die elk 5 renners naar 1 van de kwalificatiemomenten mochten sturen. Kwalificatie kent precies hetzelfde protocol als de finale, namelijk start op 1,6 W/kg en dit wordt elke 6 minuten met 0,4 W/kg verhoogd op een Tacx Neo en dan zo lang mogelijk blijven trappen. De beste 10 renners gingen naar de finale en daar start iedereen weer op nul. Ook wordt er dan gelijk gestart, dus je weet dan gelijk of je wint. In de finale wist ik het dus het langst vol te houden en zo een stagecontract te winnen bij Team Katusha Alpecin.
Was het vooraf een doel om die stageplaats te veroveren?
Kenny Nijssen: “Het is zeker 1 van de weinige manieren om mijzelf echt te bewijzen in Nederland als pure klimmer. Ik had mijn kwalificatie op 15 juni, dat was het laatste kwalificatiemoment. Ik wist meteen dat ik in de finale zat. Vanaf toen heb ik wel een flink trainingsblok ingebouwd om top te zijn in de finale. Anderhalve week voor de finale ben ik nog week naar Frankrijk gegaan. Daar heb ik met 5 minuten voorsprong nog La Vaujany gewonnen, na 50km solo. Ook heb ik daar 2 korte wedstrijdjes gedaan waarin ik 2e en 3de werd, dus ik wist dat de vorm goed zat en dat zag ik ook wel aan mijn vermogensmeter. Maar tijdens de finale telt alleen de winst, anders heb je niks. Gelukkig liep die dag ook alles goed.”
Je bent vooral bekend in het granfondomilieu. Wat zijn je beste prestaties daar?
Kenny Nijssen: “Ik hoor vaak dat ik een granfondorenner ben, maar zelf zie ik dat anders. Vorig jaar had ik bijna 80 koersdagen waarvan 4 granfondo’s. Dus ik zie mezelf toch echt meer als wedstrijdrenner. Ik train ook niet specifiek voor granfondo’s. Wel is het jammer dat er bijna geen wedstrijden in het hooggebergte zijn voor elite. Daardoor zijn granfondo’s 1 van de weinige mogelijkheden tot competitie in de bergen. Misschien ben ik ook wat minder bekend, omdat ik na mijn studie een aantal jaar voor buitenlandse ploegen heb gereden. Zo heb ik eerst 2 jaar in Frankrijk gereden. Het 2e jaar ging erg goed, toen ben ik lang opzoek geweest naar een ontinentaal team voor het jaar erop. Uiteindelijk ging ik naar Team 7-Eleven uit de Filipijnen. Die hadden in verleden koersen gereden als de Herald Sun Tour en Tour de Langkawi. Dus ik dacht wat mooie koersen tussen profs te kunnen rijden. Maar er was dat jaar ruzie tussen het management en een sponsor, waardoor elke koers werd afgezegd en ik alleen een vliegticket naar huis kreeg.”
“Het was een moeilijk jaar waarin ik dus bijna niet koerste, op een paar criteriums na. La Marmotte heb ik toen als doel gesteld om nog ergens naar toe te werken. Ik werd er 2e en later dat jaar won ik nog een wedstrijd in de Vogezen. Daardoor kon ik het jaar erop weer bij een Franse ploeg rijden. Helaas heb ik toen maar 1 berg gezien in elitekoersen, een aankomst op Valberg. Iedereen werd daar gelost, alleen 2 van de 5 vroege vluchters heb ik niet meer ingelopen en dus werd ik 3e. In de zwaarste koersen in Frankrijk die ik heb gereden, gingen we meestal nog met 30 tot 50 man naar de finish. Mijn sprint is niet echt goed om mij dan daarin te onderscheiden. Wel haalde ik mijn mooiste granfondo-overwinning dat jaar met La Marmotte, door op Alpe d’Huez met bijna 4 minuten weg te rijden! Ik geloof dat ik +/- 18 overwinningen heb in granfondo’s.”
Hoe ben je daarin gerold?
Kenny Nijssen: “In 2003 reed mijn vader La Marmotte. Ik zag toen aan de voet van Alpe d’Huez op mijn campingstoeltje iedereen voorbij komen. Laurens ten Dam won overigens die editie. Ik was toen 12 jaar en zei tegen mijn vader dat ik die ook ooit wilde rijden. Op mijn 18e hebben we hem toen samen gereden. Ik wist toen niet eens dat er andere granfondo’s bestonden. Daar kwam ik pas een jaar later achter toen ik op de site van de Marmotte zag dat die ook andere granfondo’s organiseren. Bleek dus dat zeker in Frankrijk elk weekend wel 2 tot 5 granfondo’s zijn. Zo ben ik er wat meer gaan rijden, maar La Marmotte is toch de bekendste en dat is toch een groot doel geweest om die ooit te winnen.”
Op welk niveau fiets je normaal bij ‘De Volharding’?
Kenny Nijssen: “Ik rij bij de elite zonder contract en kies mijn koersen een beetje uit. Ik doe vooral de heuvelkoersen in Limburg en BelgiĆ«. Als er ergens een etappekoers op het programma staat, doe ik ook mee als ik kan.”
Wat verwacht je van je stage, dat je een kans krijgt in een grote koers?
Kenny Nijssen: “Ik hoop vooral dat ik ergens een mooie klimkoers kan rijden. Dan kan ik laten zien waar ik goed in ben. WorldTour-koersen mag je volgens mij niet rijden als stagiair. Dus zal ik het van een kleinere koers moeten hebben. Het gaat in ieder geval een mooie beleving worden. Alleen al om mee te maken hoe het er in zo’n professionele ploeg als Team Katusha Alpecin eraan toegaat. Ook om echt als team te werken lijkt mij geweldig.
Wat betekent dat nu voor het vervolg van je fietsambities?
Kenny Nijssen: “Het is altijd een droom geweest om profwielrenner te worden. Wie weet geeft dit mij meer bekendheid en een kans om alsnog een stap omhoog te maken!”