Opvallende naam die afgelopen week op het podium stond van de Olympia’s Tour is die van Laurenz Rex. De 18-jarige 1e jaars belofte uit de Belgische Oostkantons loopt momenteel stage bij AGO-Aquaservice en sprintte in Emmen naar de 3e plaats in de 2e etappe. Een verrassend aangename kennismaking.
Was deze prestatie in de 2e etappe voor jou ook een verrassing, Laurenz?
Laurenz Rex: “De eerste 3 uren van de koers reden we relatief rustig en ik voelde me keigoed. Op 20 km van de streep ben ik lek gereden maar kwam binnen 3km weer terug in het peloton. Ik kon mij direct weer vooraan zetten. Ik wist dat ik heel goede benen had en dat het een heel tricky sprint ging worden, want na en een 90 gradenbocht was de streep er al na 150m. Ik kwam goed uit de bocht, kon goed versnellen en pakte de 3e plaats. Onverwacht? Ik weet dat ik heel goede wattages trap, maar tot nu had ik altijd een beetje ongeluk of kon me in ieder geval no niet tonen. In deze etappe was het geluk dan eens aan mijn kant en uiteindelijk kwam het eruit. Dus misschien niet zozeer een verrassing maar eerder een opluchting.”
Hoe blik je over het algemeen terug op de week?
Laurenz Rex: “Algemeen was de rittenkoers een succes voor mij. Met een beetje meer geluk en een betere plaatsing in de waaiers van de 1e etappe was ik een kandidaat voor de top 10 van het jongerenklassement. Ik heb geleerd dat al een klein foutje tijdens een ronde beslissend kan zijn, kon mij al beter in het peloton plaatsen en meer krachten sparen dan in de vorige koersen. Ik kan nu zeggen dat ik in vergelijking met het voorjaar een betere wegfietser ben geworden.”
Je rijdt momenteel als stagiaire voor AGO-Aquaservice. Wat heeft jou dat in die kleine 2 maanden al bijgebracht?
Laurenz Rex: “Vooral dat de profkoersen een andere wereld zijn dan de normale beloftenkoersen. Maar ook dat een koers vooraan wordt betwist, het plaatsen en het kracht sparen zijn heel belangrijk. En ook over eten tijdens een koers heb ik iets opgestoken. Als je in een ploeg kan samenkoersen met toppers, dan neem je vanzelf die gewoontes over.”
Je hebt wel weinig koersen uitgereden. Wat is de reden daarvoor?
Laurenz Rex: “Ik ben gewoon 1e jaars belofte. Die koersen die ik niet uitgereden heb, waren profkoersen of koersen die niet voor mijn type renner geschikt waren om me daarin te verbeteren. Ik heb altijd alles gegeven, maar als mannen die bijna 10 jaar ouder zijn eens versnellen, is dat niet zo gemakkelijk. Volgend jaar zal ik die situaties al beter de baas kunnen, vermoed ik. Maar ook al kon ik sommige wedstrijden niet uitrijden, het waren ook altijd extra interessante trainingen. Zonder die koersen had ik ook nooit zo’n goede Olympia’s Tour kunnen rijden.”
Is het zwaar om tussen de profs te rijden? Of zie je het vooral als een heel mooie kans?
Laurenz Rex: “Het is heel zwaar. Zoals net gezegd, is het een andere wereld. Uiteraard is het een mooie kans, want je leert veel en ziet snel wat nog te verbeteren valt. Dan is de zwaarte van de koers rap vergeten. Daarbij denk ik dat het voor iedere wielrenner een droom is om eens naast wereldtoppers te rijden.”
Wat voor type renner ben je en wat zijn je favoriete wedstrijden?
Laurenz Rex: “Mijn fysiek lijkt op die van Jasper Stuyven of Greg Van Avermaet. Ik hou van het knallen over kasseien of met een kleine groep te sprinten. Ik ben gewoon te zwaar en te groot om een klimkoers te kunnen winnen. Ik vind wel alle klassiekers zonder veel klimwerk mooi, maar mijn favoriete wedstrijden zijn de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix.”