Haar afscheid van het voetbal en snelle ontbolstering in de wielerwereld lijkt wel enige vergelijking te doorstaan met de opkomst van Remco Evenepoel. Maar voor de rest probeert Julie De wilde uit Laarne-Kalken gewoon haar eigen weg te bewandelen. In 2019 wordt ze juniore. Om de progressie te blijven aanhouden, heeft ze alvast een nieuw team te pakken.
Je bent pas vorig jaar beginnen koersen. Wat deed je voordien?
Julie De Wilde: “Ik heb lang getennist en zelfs tot vorig jaar gevoetbald. Die sporten gingen me wel goed af, dus dacht ik er nooit aan om iets anders te gaan doen. Maar omdat mijn beide ouders bij WTC De Trappers in Laarne rijden, ben ik zelf ook beginnen fietsen. Dat beviel me wel en liep ook aardig. Ik ging ook altijd mee kijken naar de koers van mijn broer Gilles. Vandaar dus mijn keuze om over te schakelen. Mijn ouders wilden dat ik nog wat zou wachten om aan wedstrijden te gaan doen, maar na wat aan te dringen mocht het toch. Mijn 1e wedstrijd was een tijdrit, zodat ik toch wat ontsnapte aan het gewriemel van een peloton. Zo kon ik rustig opbouwen. Vanaf dan pikte ik af en toe eens een wedstrijd mee.”
Hoe zit dat met jouw voetbal?
Julie De Wilde: “Ik ben op mijn 6e beginnen voetballen bij KVV Laarne-Kalken, gewoon omdat het dicht bij mij thuis was. Ik was het 1e meisje bij deze club, dus voetbalde ik gewoon met de jongen. Dat vond ik niet erg. Ik amuseerde me en dat was het belangrijkste. Later mocht ik gaan testen bij Zulte Waregem en KAA Gent Ladies. En daarna vroegen ze ook of ik de overstap wou maken, maar de asftand weerhield me om dat ook effectief te doen. Ik zou dit niet meer kunnen combineren met studies, dus bleef ik bij Laarne-Kalken. Normaal zou ik dit jaar nog gevoetbald hebben, maar aangezien er maar 1 ploeg voor mijn leeftijdscategorie zou zijn en we met 20 jongens waren – nu al echte beren – heb ik beslist om te stoppen.”
Hoe verklaar je het feit dat je al meteen Belgisch kampioene tijdrijden kon worden?
Julie De Wilde: “Geen idee eigenlijk. Ik train niet specifiek op tijdrijden, maar het lukt blijkbaar wel goed. (lacht) In voetbal en tennis heb je ook wel een goeie conditie nodig, dus misschien speelt dat een rol. Lopen is altijd 1 van mijn grootste kwaliteiten geweest.”
Je vergelijkt je graag met Anna van der Breggen, las ik in een krant. Waarom?
Julie De Wilde: “Ik vergelijk me helemaal niet met Anna van der Breggen. Ik heb gewoon gezegd dat ik heel erg naar haar op kijk. Ik bewonder erg wat ze doet en al gepresteerd heeft.”
In welke mate combineer je weg en veld en wat is voor jou het belangrijkste?
Julie De Wilde: “Mijn hoofddoelen liggen toch vooral op de weg, ik pik eigenlijk af en toe eens een crossje mee. Dat doe ik vooral voor mijn plezier en om mijn techniek wat bij te schaven.”
Je kon 16 keer winnen op de weg in je 1e volledige seizoen als wielrenster. Welke waren de mooiste?
Julie De Wilde: “De mooiste was toch wel het BK tijdrijden. Daarnaast ben ik ook heel blij dat ik de klimkoers in Berg en Terblijt gewonnen heb. Ik had dat totaal niet verwacht. Ik ken niet echt veel rensters uit Nederland, maar wist wel dat er een paar zeer goeie tussen zaten. Ten slotte hecht ik ook veel belang aan de eindwinst in de International Belgian Youth Tour (IBYT). Hier kon ik me eens meten met veel buitenlandse meisjes, het is dan ook zeer bijzonder om zo een ronde te winnen.”
Volgend jaar rijd je als juniore voor het Doltcini-team. Waarom deze ploeg en wat verwacht je van het seizoen?
Julie De Wilde: “Ik was altijd zeer tevreden bij het Van den Hauwe Cycling Team. Ik heb me hier erg geamuseerd en de mensen van het team deden het fantastisch. Maar volgend jaar maak ik inderdaad toch de overstap naar Doltcini, omdat ik denk dat ik me hier verder kan ontwikkelen en er ook een zeer goeie ondersteuning zal krijgen. Van het komende seizoen verwacht ik niet té veel, ik hoop de lijn te kunnen doortrekken van dit jaar. Dan zien we wel.”