De nationale kampioenschappen komen eraan. Bij de vrouwen beloften luidt het dat Marthe Truyen de grote favoriete is voor de nationale titel in Kruibeke. De 19-jarige Bevelse heeft de voorbije maanden een enorme stap gezet en is klaar om uit te blinken. Alleen, ze moet ook in zichzelf geloven. “Ik twijfel soms te veel, het wordt nog een spannende week”, lacht ze.
Na de Brussels Universities Cyclocross leek het of Marthe Truyen een ferme preek kreeg van ploegleider Kris Wouters aan de kampers van Telenet Fidea Lions. “Kris heeft gezegd dat ik meer in mezelf moet geloven en minder moet twijfelen”, lacht Truyen. “Ik ben blijkbaar favoriete voor het Belgisch kampioenschap bij de beloften en ik heb nog nooit in zo’n situatie gezeten. Het is de 1e keer dat ik druk voel, we zullen dus moeten zien hoe ik daar mee om zal gaan. Maar ik vrees dat ik volgende week geen enkele keer een goed gevoel zal hebben op training.”
Het wordt nochtans een belangrijke week. “Klopt, en ik heb er eigenlijk ook wel gewoon heel veel zin in”, bekent Truyen. “Ik mag niet te veel nadenken en moet het gewoon op me laten afkomen. Ik moet de komende dagen gewoon studeren voor de examens en trainen, voor de rest heb ik weinig om handen. Rustig blijven dus. De ploeg legt me ook niet de druk op om te winnen, maar ik wil het natuurlijk ook wel graag zelf. Het feit dat de ploeg erin gelooft dat ik Belgisch kampioene kan worden geeft me ook motivatie. Daarom wil ik het extra graag.”
BeNe Ladies Tour
Het kan wel degelijk, want Marthe Truyen heeft afgelopen maanden enorm veel progressie geboekt. “Ik heb met de Belgische ploeg de BeNe Ladies Tour op de weg mogen rijden en daar heb ik afgezien als de beesten. Maar dan weet je ook dat het je sterker maakt. En het was alvast een mooie ervaring met rensters als Jolien D’hoore en Sanne Cant. Deze zomer hoop ik er opnieuw bij te zijn en iets meer te laten zien.”
En zal Truyen toch ontgoocheld zijn als ze straks niet met goud om de nek terug naar Bevel kan. “Ja, zeker weten. Ik denk dat ik vooral rekening zal moeten houden met Axelle Bellaert en Jinse Peeters, maar ik heb al getoond dat ik ze aankan. Daarnaast wil ik ook een mooi resultaat tussen de elites neerzetten. De vorm is heel goed en ik rij sinds begin november al behoorlijk constant. Dat belooft dus.”