Opmerkelijke debutant zondag in Namen bij de Belgische juniorenselectie is die van 2e jaars William Junior Lecerf. De jonge Oost-Vlaming rijdt met de nationale ploeg ook op de weg en is zo de 1e mannelijke jeugdrenner dit seizoen die zowel op de weg als in het veld de Belgische selectie haalt.
Hoe ben je in het klimproject van Belgian Cycling terechtgekomen?
William Junior Lecerf: “Eigenlijk was ik niet van plan om deel te nemen aan de klimtesten die Belgian Cycling elk voorjaar organiseert, want ik had net een zware, maar toch geslaagde crosswinter achter de rug met 6 overwinningen als 2e jaars junior, met ook enkele mooie prestaties in A-crossen. Op een prijsuitreiking kwam ik Cyling Vlaanderen-coach Dirk Onghena tegen en die overtuigde me om toch deel te nemen aan de klimtesten van Belgian Cycling, die eind maart 2019 georganiseerd werden in La Gleize. Ik had net enkele weken rust en amper 2 weken training in de benen op het ogenblik dat ik moest testen. Er werden ongeveer 60 junioren geselecteerd, opgesplitst in 4 testmomenten van 15 renners. Die mochten een rit van ongeveer 80 km afleggen waarin er een korte en lange tijdrit bergop zat. Hieruit werden de beste 10 renners geselecteerd en die mochten dan op stage in de Vogeze. Daar werd er opnieuw getest op de Ballon d’Alsace. Daarna werden de beste elementen toegevoegd aan de nationale ploeg en daar was ik bij.”
Hoe heb je zelf je klimtalenten ontdekt en hoe is dat de voorbije jaren geëvolueerd?
William Junior Lecerf: “Ik heb de lichaamsbouw van een klimmer, ben 1m69 voor minder dan 50kg en merkte tijdens wedstrijden dat ik makkelijk naar boven reed. Zelf rijd ik ook graag bergop en ik laste al regelmatig een klimstage in de Ardennen of de Vogezen in. Ik heb zelf 4 jaar in de Ardennen gewoond, van mijn 11 tot 15 jaar, en kon dus dagelijks klimtrainingen afwerken. Nu ik bij de junioren rijd, kan ik nog beter bewijzen goed bergop te rijden, want er zijn meer omlopen met lastige bergen of cols, zeker in de internationale wedstrijden.”
Welke kwaliteiten heb je dat je zowel op de weg als in het veld tot de beste Belgen behoort?
William Junior Lecerf: “Van mijn 10 jaar rijd ik elke winter ook een reeks veldritten en dat bevalt me zeer goed. Mijn wegseizoen vat ik wel altijd later aan, meestal in de maand april, om zo voldoende rust in te lassen na het veldritseizoen. Ik kom het beste tot mijn recht in de lastige crossen en het liefst dan nog waar geklommen moet worden. Ik denk dat ik een goede crosser ben omdat ik gedurende lange tijd diep kan gaan.”
Hoe bepaal je jouw programma en op welke basis schrap je wedstrijden?
William Junior Lecerf: “Het wegseizoen begint voor mij pas echt in de maand mei, wanneer de klimkoersen op de kalender staan. Zelf rijd ik niet zo veel wedstrijden per jaar: 15 à 20 crossen in de winter en daarna een 25-tal wegwedstrijden. Dit jaar werd mijn programma voornamelijk bepaalt door de koersen die ik met de nationale ploeg mocht meerijden. Gewone kermiskoersen rijd ik bijna niet, ik ga liever een weekendje in de Ardennen trainen.”
Vinden de bondscoaches dat je moet kiezen?
William Junior Lecerf: “Daar had ik wel wat schrik voor, maar het valt reuze mee. Carlo Bomans moedigt me zelfs aan om in de winter te blijven crossen. Dat heeft denk ik ook veel te maken met het goed presteren van Mathieu en Wout. Wat ik in de toekomst ga doen, weet ik zelf ook nog niet zo goed en zal misschien ook bepaald worden waar ik als belofte terechtkom.”
Je reed deze zomer een aantal internationaal befaamde rittenkoersen. Hoe blik je daar op terug?
William Junior Lecerf: “Héél positief. Eigenlijk zou ik het liefst altijd internationaal rijden: het niveau is er hoger, wat me sterker maakt, en in het buitenland zijn er tenminste echte cols. Zo nam ik deel aan Tour du Pays de Vaud in Zwitserland, Tiour du Valromey in Frankrijk en de Giro della Lunigiani in Italië. Daar staan er al echte cols op het programma. In deze rondjes kon ik telkens top 7 in het jongerenklassement rijden, in de lastige TT van de Valromey was ik zelfs beste 1e jaars.”
Wil je in 2020 op dezelfde lijn verder bouwen?
William Junior Lecerf: “Komend wegseizoen ga ik me nog meer toeleggen op de zware klimkoersen/rondjes. Ik ga zeer regelmatig een klimstage inlassen en ben ook zinnens mijn tijdrijden wat bij te schaven, want daar is nog veel werk aan. Tot nog toe had ik zelfs geen eigen TT-fiets, maar daar komt in 2020 verandering in. Ook zal ik in 2020 voor Acrog-Tormans Balen uitkomen, 1 van de beste jeugdteams in België die me zeker de mogelijkheid bieden om genoeg internationale wedstrijden mee te pikken.”
Je won afgelopen weekend de Druivencross in Overijse. Hoeveel voldoening gaf dit?
William Junior Lecerf: “Een supergevoel, want een A-cross winnen is niet zo makkelijk. De topcrossers waren wel niet aanwezig, maar de beste Nederlanders waren er wel. En wie Overijse zegt, zegt klimmen, wat het makkelijker maakte voor mij.”
Wat zijn je ambities voor deze winter?
William Junior Lecerf: “Mijn grootste doel heb ik net bereikt: deelnemen aan een Wereldbekermanche met de nationale ploe. En dan nog in de WB van Namen, die mij het beste moet liggen. Dit seizoen kon geen enkele andere renner de nationale trui dragen zowel op de weg als in het veld. Ook wou ik zo veel mogelijk podiumplaatsen in A-crossen, de zogenaamde tv-crossen, behalen. Dat lukte me al goed met een 3e plaats in Wachtebeke, 2e in Essen en dit weekend de overwinning in Overijs. De dag ervoor werd ik ook al 5e in de zware cross van Ronse. En dit allemaal in nauwelijks 8 wedstrijden. Dat voelt goed.”
1 comment
Hallo, In dit stukje vooraan in het artikel staat een klein foutje ; Junior was in de crosswinter van 2018-2019 1e jaars junior, nu is hij wel 2e jaars junior.
In dit deel staat het foutje;
maar toch geslaagde crosswinter achter de rug met 6 overwinningen als 2e jaars junior, met ook enkele mooie prestaties in A-crossen.
Bedankt voor dit mooi artikel, een trouwe supporter, Hedwig.