Wie had gedacht dat David Boucher er na 2 seizoenen Tarteletto-Isorex wel een punt achter zou zetten, zo kort voor zijn 40e verjaardag, die had het mis. De geboren Fransman met Belgische nationaliteit die al jaren in het Limburgse Kortijs woont, wil ook anno 2020 koers blijven maken. Maar er is ook veel meer dan dat, zoals zijn koersende zoontje bijstaan.
Hoe kijk je terug op 2 seizoenen bij Tarteletto-Isorex?
David Boucher: “Het was weer een ervaring rijker in mijn al mooie carrière. Daar wil ik d eploeg wel voor bedanken. Ik heb er met goeie coureurs kunnen samenrijden. Helaas werd er niet altijd goed gereageerd en geluisterd door sommige mensen. Om vooruit te geraken, moet je voordeel willen halen uit de ervaring van oudere renners en samen vooruit gaan door goed te communiceren. Dat was niet het geval. Ik neem wel mijn hoed af voor wat de ploegleiding wil bereiken met de beschikbare middelen, maar het zal wel de juiste mensen op de juiste plaats moeten krijgen. Anders gaat het nooit lukken.”
Je wordt in maart 40. Waarom wil je per se blijven koersen?
David Boucher: “Ik hou van het fietsen en het trainen op zich, en ik rijd nog enorm graag wedstrijden. Het is ook niet de bedoeling om plotsklaps te stoppen met koersen. Liever trek ik me beetje bij beetje terug. Waarom zou ik ook stoppen als ik nog voort kan doen? Ik wil ook graag de jonge renners in mijn team een andere manier van koersen leren. Zo doe ik het een beetje op mijn eigen manier en dat is best. Het is beter je hart te volgen dan de kudde.”
Is Acrog-Tormans een beetje thuiskomen voor jou?
David Boucher: “Ik had veel voorstellen en ik kon zelfs actief blijven als prof, maar ik denk dat mijn kinderen me ook nodig hebben. Naar Tormans-Acrog gaan is voor mij de beste oplossing, omdat ik altijd goede relaties heb gehad met Jef Robert. Hij is een heel eerlijk man en dat apprecieer ik enorm. Ik geef ook graag toe dat het crossproject dat ze aan het opzetten zijn mij enorm interesseert.”
Wat wordt dit seizoen jouw rol in de ploeg?
David Boucher: “Dit seizoen heb ik een vrije rol en zal ik ook wel als teamcaptain fungeren. Ik zal vooral plezier beleven en mijn jonge ploegmaten sturen en hen. Maar ik ga natuurlijk ook mijn eigen wedstrijden uitkiezen en aanvallen zoals iedereen dat van mij gewend is. Als ik anderen kan pijn doen, dan geeft mij dat als coureur voldoening.”
Wanneer zal je seizoen geslaagd zijn?
David Boucher: “Het zal succesvol zijn als ik een paar kermiskoersen kan winnen, als ik geregeld mee kan zitten in de goede ontsnapping in de profwedstrijden en als ik een goed Belgisch kampioenschap kan rijden.”
Heb je al een plan voor 2021? Blijven koersen of is het echt wel laatste seizoen nu?
David Boucher: “Ik werk als vrijwilliger in 2 sportscholen en ik volg tegelijkertijd mijn opleiding om trainer te worden. Ik probeer mijn kennis en ervaring door te geven aan jongeren. Op dit moment vormen we een geweldige groep en de resultaten zijn er. Ik wil graag als personal trainer op de fiets blijven of een project als dat van Tormans-Acrog in het cyclocross helpen uitbouwen. Ik kom zelf uit het veldrijden, dus ik weet waar ik het over heb. Op korte termijn wil ik graag sportdirecteur worden of coach van jonge gasten.”
Blijft de Belgische titel tijdrijden bij de elite zonder contract van 2017 in Chimay je mooiste prestatie?
David Boucher: “Het is 1 van mijn beste herinneringen, ja. Een kleine wraak op het lot ook. In termen van prestaties vind ik het vooral mooi om een koers te gemaakt te hebben in grote wedstrijden als Parijs-Roubaix en Ronde van Vlaanderen. In 2006 kon ik bijna Dwars door Vlaanderen winnen, ik was weg met Frederik Veuchelen maar op 4,5 km kreeg ik krampen. Veuchelen reed alleen door en won. Markant is ook dat ik 24 Monumenten heb gereden, waarin ik heel vaak in de aanval was.”
Wil je na je carrière in het wielrennen blijven? Misschien als trainer van je zoon en andere talenten?
David Boucher: “Ja, want ik hoop dat mijn zoon een goede renner wordt, als hij dat wil. Ik zal hem alles vertellen om hem te helpen. Maar zijn trainer worden, dat is een ander verhaal. Ik geef er de voorkeur aan dat iemand anders voor hem zorgt. De relatie vader-zoon en vader-coach is bijna niet te verenigen. Maar tot dan is er natuurlijk nog een lange weg te gaan. Ik houd hem in de gaten en train nu andere talenten.”