Er werd hard koers gemaakt op het Belgisch kampioenschap voor meisjes junioren afgelopen zondag rond de vliegbasis van Koksijde, toen Ines Van de Paar tegen het asfalt ging. De 1e jaars uit Balen, die bijna vanzelfsprekend voor Acrog-Tormans uit haar thuishaven rijdt, mocht niet achter de wagens terugkeren en werd zo na 1 ronde uit koers gekatapulteerd.
Van de Paar vertrok in de kustplaats met voor zichzelf niet al te hoge verwachtingen, maar ze had wel de ambitie om een goed resultaat neer te zetten. “Ik wist dat de afdaling van de Hoge Blekker smal was en er beneden een scherpe bocht lag. Daarom wilde ik daar per se van voor in het peloton zitten, wat me ook lukte. Wat er precies in de afdaling gebeurde, weet ik niet. Het ging heel snel en plots lag ik daar. Ik stond recht en wilde weer vertrekken, maar ik kreeg mijn ketting er niet goed op.”
Daarom duurde het uiteindelijk te lang, de koers bleek nog maar eens genadeloos. “Toen ik weer kon vertrekken, voelde ik de pijn van de schaafwonden, maar ik heb me er voor de rest niet te veel van aangetrokken en ben gewoon doorgereden. Ik kwam langs de tramweg terug opzetten, maar ik mocht niet achter de auto’s terugkeren. Jammer, want die waren me gewoon voorbijgereden toen ik aan de kant stond.”
Trainer
Zo werd het gat met het peloton veel te groot, vandaar die DNF achter haar naam in de uitslag. “Ik wilde nog wel koersen, maar ik kreeg de kans gewoon niet om weer de aansluiting te maken. Mentaal niet makkelijk, en dan voel je plots ook weer de fysieke pijn opsteken. Zelfs de groene vlag kwam me al voorbijgereden en ik was nog niet eens een 1e keer langs de finish gepasseerd. Er was dan ook geen andere keuze dan uit koers stappen.”
Toch blijft Ines Van de Paar positief. “Het gevoel was goed en ik merkte ook dat ik de voorbije periode veel sterker ben geworden. Dat komt omdat ik sinds 2 maanden met een trainer werk. Robin Mertens geeft me met zijn aanpak veel zelfvertrouwen. We proberen nu mijn sprint, een sterk wapen, nog beter te maken en daarnaast moet ik proberen om de explosieve inspanningen langer vol te houden.”
Piste
De Antwerpse rijdt ook op de piste. “Ik wil mezelf tonen waar ik kan”, zegt ze. “Ik heb snelle benen en dus doe ik enorm graag de Keirin en de Sprint. Ook het Omnium rijd ik zoveel mogelijk. De 200m en de 500m net hetzelfde, als deze op het programma staan, doe ik die met alle plezier mee. Maar eerst nog de weg, hé. Volgende week rijd ik met de juniores in Zolder en dan zien we wel weer. Er zijn niet al te veel wedstrijden, maar omdat we bij de elite mogen rijden, heb ik in mijn 1e jaar als juniore nog niet moeten klagen qua wedstrijdvolume.”
2 comments
Ook ik had hetzelfde probleem op twee ronden van het einde, super benen maar stukken met de fiets, fietswissel bij de laatste neutrale wagen maar die snelde nadien onverbiddelijk door naar het peloton. Daar rijd je dan helemaal alleen en weet je dat je koers over is, 100km rustig houden en hopen op die ene cartouche in de laatste ronde maar het heeft niet mogen zijn. Mvg RENZO RAES
De groene vlag is in fout, mag niemand voorbij steken als ze nog in koers is