Afgelopen zondag stond er in Cuneo, Piemonte, Noord-Italië de wereldberoemde Granfondo La Fausto Coppi op het programma. Met een uitnodiging van de organisatie op zak konden we die niet laten schieten. Bovendien kregen we van Urbano Motorhomes een fantastische camper met grote garage ter beschikking om er 10 dagen mee rond te cruisen. Andiamo!
Cuneo is een charmant stadje in het noordwesten van Italië. De verbinding met Fausto Coppi is dat die daar in 1949 de start nam voor 1 van zijn meest vermaarde overwinningen in de Giro: 9 uur, 19 minuten en 55 seconden lang vloog Coppi over 5 Alpencols en smeerde op de 192 km lange rit naar Pinerolo Gino Bartali, die 2e eindigde, niet minder dan 12 minuten aan. Nu nog kan haast elke inwoner van Cuneo je de kamer aanwijzen waar Coppi de nacht voordien geslapen had.
De Trofeo Coppi bestaat al sinds 1988 en is 1 van de oudste Granfondo’s ter wereld. Alle deelnemers dragen hetzelfde shirt. In de aanvangsjaren bestonden de grenzen nog en om problemen te voorkomen, werd afgesproken met de overheden om allemaal hetzelfde shirt te dragen. Zo konden de deelnemers dadelijk herkend worden. Je kan alleen deelnemen op voorinschrijving. Op je rugnummer staat dan ook je voornaam vermeld en de vlag van je land. Het parcours wordt verkeersvrij gehouden en de militaire bergeenheid die in Cuneo gekazerneerd is, zorgt voor de beveiliging van de gevaarlijkste plaatsen op het parcours. Er is een apart startvlak voor genodigden en ‘sponsors’. Die sponsors kopen een erg duur startbewijs waarmee de wegen van La Fausto Coppi onderhouden worden. Maar voor de liefhebbers: er is nog genoeg slecht asfalt over.
Aan de start van deze editie van La Fausto Coppi staan 2.055 mannen en 145 vrouwen. 369 daarvan komen van buiten Italië, waarvan 105 uit Nederland en 23 uit België. Er zijn 2 afstanden: 177 km (met 4.135 hoogtemeters) en 111 km (met 2.510 hoogtemeters). Iedereen start tegelijkertijd, maar de 1.109 deelnemers van de Mediofondo nemen na enkele kilometers een andere weg. Inbegrepen 2 Belgen, waaronder uw dienaar.
Gekkenhuis
Om 6u45 komen we aan op de marktplaats. De start staat al afgeladen vol. Vlak daarop wordt onder de tonen van de live gespeelde Italiaanse hymne de nationale 3-kleur gehesen. Met de hand op hun hart zingt haast iedereen mee. Indrukwekkend. Dan wordt er afgeteld en weerklinkt het startschot. Onder luid applaus van het talrijke publiek gaan we van start. De 1e kilometers zijn geneutraliseerd, maar dan breekt het gekkenhuis los. Het halve peloton komt over ons heen. Links en rechts wordt er gekwakt dat het een lieve lust is. Aan een rotonde duikt een spichtige Italiaan nog rechts onder onze elleboog door om toch nog een plaatsje te winnen. Voor elke bocht of rotonde overstemmen fluitende remmen het gezoem van de bandjes, na de bocht is het een mengeling van krakende versnellingsapparaten en Italiaanse krachttermen. Nog 107 km te gaan.
We houden het rustig. De voorbije weken zijn niet ideaal verlopen. Uren in de auto en geen fiets aangeraakt. Wanneer een groepje ons voorbij schiet, proberen we even mee te gaan, maar wanneer er weer enkele anderen overkomen, gaat het tempo met een snok nog wat hoger. Hier passen. Goed vijftig meter verder rijdt een man alleen. We versnellen even en sluiten bij hem aan. Andrea, staat onder zijn rugnummer. Wanneer er weer een groepje ons voorbijsteekt, springt hij mee. 500 meter verder rijden we weer samen.
Colle Fauniera
Na goed 25 km wordt het landschap wat bergachtiger. In de dorpjes staan tientallen mensen te applaudisseren en te joelen. Het evenement van het jaar, blijkbaar. Stilaan gaat de weg wat meer omhoog en wanneer een bord 22 km en 8% vermeldt, weten we waar we aan beginnen: de Colle Fauniera! Volgens de cijfers iets zwaarder dan de Mont Ventoux, maar de avond voordien vertelt Ricardo Pichetta, de winnaar van 2019, ons dat de 1e kilometers aan 5 à 7% vrij vlak zijn. Dan volgt een steil middendeel met stukken tot 13% terwijl op het einde heel korte stukjes tot 16% er echt inhakken. Even onze cassette bestuderen. Er resten nog de 27 en de 30, dan is het op. Doeme!
Andrea vertoeft nog steeds in de buurt. Dan is hij even weg, wat later rijden we hem weer voorbij. Een echte temporijder is hij duidelijk niet. Over de hele route hoor je vrolijk Italiaans gekwetter. Dit is voor de meesten geen wedstrijd maar een fijn dagje uit op de fiets. De omgeving is prachtig. Eerst een schitterend zicht op de bergen, dan weer door een kleine kloof tussen de rotsen. Wanneer de weg steiler wordt, verstomt stilaan het gekwetter. Ondertussen passeert het asfalt in alle tinten grijs onder onze wielen. Wanneer we de ogen oprichten, lezen we dat ene Laura voor ons rijdt. Even temporiseren.
Het wordt lastig. De stukken met dubbele cijfers zijn al een tijdje onze lievelingen niet meer. De 30 is onze vaste compagnon geworden. Na Laura kwam Elena. Maar ook Andrea 2, Giancarlo, Alfredo en ga zo maar verder. Stilaan geraken we in het ritme en halen geregeld iemand in. Andrea 1 bekeek ons maar vreemd de laatste keer dat we hem voorbisnelden. Achteraf niet meer gezien, die jongen.
Nog meer tumult
Bij de bevoorrading is het druk. We zetten de fiets aan de kant, halen wat drinken en eten wat. Op de tafel ligt naast de klassieke koeken en energierepen een hoop kaas. Parmezaan! De Italianen grijpen er volop naar. We nemen een klein stukje. Verdorie lekker, maar tijdens het fietsen? Plots is er tumult. Een Italiaanse op leeftijd komt aangereden. Luid roepend rijdt ze tot aan de bevoorrading. Ze blijft op de fiets. ‘Vai, vai!’ Blijkbaar heeft ze haast. Ze propt wat kaas in haar mond neemt enkele slokken water en wringt zich onder begeleiding van enkele Italiaanse krachttermen tussen de rest door.
Plots horen we een hoop geroep, applaus en koebellen. Zou dat de top al zijn? Nee, gewoon een bende overenthousiaste Italianen die elke deelnemer zijn persoonlijke aanmoediging geven. Sympathiek. Colle Fauniera: 1,00. Op de steilste stukken is het gekwetter helemaal verstomd. Enkel het zuchten en het gekraak van een versleten lager verstoort de stilte. We rijden de oudere Italiaanse vrouw weer voorbij. Ze puft! Een oude, getaande Italiaan rijdt zwoegend op een veel te grote versnelling naar boven. Op zijn kleine cassette heeft hij nog enkele kroontjes over. Hij lacht als we hem aanschouwen. Hij geniet!
Even voor de top staat zowat het halve personeelsbestand van Officine Mattio te supporteren. De rest rijdt mee. We krijgen een bidon aangereikt. ‘Vai, Luc, gogogo’. Vleugels! Op de top nemen we tijd voor wat bevoorrading. Dan gaat het naar beneden. Op de gevaarlijkste plaatsen zwaaien de militairen van de bergeenheid met rode vlaggen. Riccardo had ons gewaarschuwd: “Volg de lokale jongens niet! Het is behoorlijk gevaarlijk”. Wanneer een man op een mountainbike met smalle banden aan een rotvaart voorbijkomt, lijkt het duidelijk: die is hier nog geweest.
Madonna del Colletto
Zonder veel ongelukken komen we beneden, maar na enkele kilometers is het weer zover. De 2e klim van de dag: de Madonna del Colletto is 7 km lang en 8% gemiddelde stijging. Weer zo een rotding met een vlakke aanloop en dan een steil stuk kort voor het einde. Wanneer we het bord van 4 km voor de top en 9,7% zien staan, weten we dat het weer afzien wordt. Een grote Duitser, Thomas voor de vrienden, rijdt ons voorbij. Wow, die heeft macht. Plots zakt hij met een metersdiepe zucht als een pudding in elkaar en houdt hij de benen stil. ‘Scheisse’, klinkt het. We krasselen zelf ook verder. Voor ons zwalkt een kleine Italiaan. Zou het? Andrea? Het zou zijn broer kunnen zijn. En hij heet ook Andrea. Alleen heeft deze donkere brilglazen. Andrea 3 dus. Het zweet gutst vanonder zijn helm. Samen rijden we tot boven en eten enkele stukjes Parmezaan. Samen met echt geperst fruit. Heerlijk!
De afdaling is mooi en snel. In een klein dorpje wijst een politieman op een brede weg. We horen wat van ‘libre’ maar slaan er geen acht op. Plots komen enkele auto’s in onze richting. Blijkbaar is niet het hele parcours verkeersvrij. Goed rechts houden dan maar en hopen dat we juist zitten. Kort daarna rijdt een gemotoriseerde politieagent voorbij en doet teken om naar rechts op te schuiven. Wanneer een renner voorbij vlamt, wordt het duidelijk. Dit is de leider van de race. Alleen heeft die al 66 km meer afgelegd. Respect!
Geschiedenisboeken
Even later duiken we weer een kleiner wegje in zonder verkeer. Er komt een groepje over ons heen. Andrea 3 zit er ook bij. We sluiten aan en nestelen ons achteraan. Wanneer een paar jongere kerels ons inhalen, gaat het tempo weer wat omhoog. Nog 20 km, zegt het bord. We beginnen rond te draaien. Wanneer een 2e renner van de Granfondo ons passeert, gaat het tempo weer wat de hoogte in. We volgen en zien op onze fietscomputer 43 km/u staan. Heerlijk. De Italiaan naast ons zegt iets. ‘Happy it’s the last 10k’, zegt hij. En doet het gekende teken over de keel. We genieten en draaien onze beurt aan kop. Dit is er eentje voor de persoonlijke geschiedenisboeken. Andrea 3 zwalkt nog steeds. Het zal zijn rijstijl zijn, zeker?
Plots herkennen we achter een bocht de boogjes van de marktplaats. Met een rotvaart rijden we over de finish. Wow, dit was genieten. Genieten van een prachtige tocht. Genieten van de geneugten van Italië. Genieten van de Granfondo La Fausto Coppi! Arrivederci!
Download GPX Granfondo La Fausto Coppi 2021 (Cuneo) – 111 km!