Begin 2020 werd Olav Kooij opgenomen in de opleidingsploeg van Jumbo-Visma, een half jaar later tekende hij al zijn 1e profcontract dat 10 maanden nadien zou ingaan, en nog een half jaar later stond hij als jongste deelnemer aan de start van de Omloop Het Nieuwsblad. Vrijdag, nog een half jaar later, pakte hij brons in de U23-wegrit op het WK in Leuven.
De 19-jarige renner uit Numansdorp, een gemeente in Zuid-Holland, reed een zeer fraai voorjaar, met na de Omloop, waarin hij in een groep op 4 en een halve minuut van winnaar Davide Ballerini finishte, koersen als Le Samyn (17e) en Paris-Troyes (12e). Met ook een 1e ervaring in Brugge-De Panne, Dwars door Vlaanderen en de Elfstedenronde mocht Kooij zeker niet klagen. Tenslotte was hij officieel nog altijd belofterenner – en in feite is hij dat nu nog steeds, maar dat terzijde. Ook in mooie rittenkoersen als de Ronde van Hongarije, Baloise Belgium Tour en zelfs de Ronde van Polen mocht de jonge Nederlander in zijn maiden maanden als prof zijn opwachting maken.
In Polen, toch een koers van een zeer hoog niveau en met de allergrootste namen uit de WorldTour aan de start, kon hij eens een 2e plaats en eens een 7e plaats in de daguitslag meegrissen. Daarna mocht Kooij, die in 2018 en 2019 nog vooral in het schaatsen actief was en daar zijn persoonlijke records verbeterde, ook nog de Benelux Tour rijden als voorbereiding op het WK.
WK-waardig parcours
En dan was er de voorbij week nog het Kampioenschap van Vlaanderen in Koolskamp waarin Kooij 11e werd in de massasprint. “Net als de Benelux Tour was Koolskamp puur voorbereiding voor mij”, geeft hij aan. “Zeker in Koolskamp wilde ik gewoon een goeie wedstrijd rijden. De wedstrijd van vandaag stond daar los van. Vertrouwen had ik wel voldoende van enerzijds mijn trainingen en anderzijds heel mijn wedstrijdseizoen.”
Het WK zelf dan met voor de beloften start in Antwerpen en na de Flandrienlus in Vlaams-Brabant ook nog de plaatselijke ronden in Leuven. “De 1e 60 km richting Leuven waar vrij makkelijk, maar vanaf de Flandrienlus was het vrij technisch, met draaien en keren en een nerveus gedoe. Ik had vooraf gedacht dat hier wel eens de beslissing zou kunnen vallen of dat toch zeker het kaf van het koren zou worden gescheiden, maar dat was niet het geval. Wel begonnen de kilometers in de benen te kruipen door al die continue klimmetjes. Felicitaties voor wie het parcours heeft uitgetekend, want dit is wel WK-waardig, vind ik.”
Groenewegen
Kooij oogt niet heel superenthousiast – wellicht een beetje vermoeid, maar hij heeft nu wel een medaille, wat op het EK van vorig jaar in Plouay net niet lukte. “We hadden voor de wedstrijd meerdere ijzers in het vuur, denk maar aan Mick van Dijke en Marijn van den Bergh. In de laatste ronde beslisten we echter alles op mijn sprint te zetten. We hadden natuurlijk gehoopt om te spurten voor de regenboogtrui, maar uiteindelijk bleek het voor plaats 2 te zijn. De kloof dichten met Baroncini bleek te hoog gegrepen. Maar uiteindelijk voelt het natuurlijk wel speciaal om op het podium te staan tijdens het WK.”
Nu Dylan Groenewegen terugkeert naar zijn beste niveau, moet Kooij in 2022 misschien een klein stapje terugzetten als sprinter bij Jumbo-Visma. Of hoe ziet hij dat? “Ik denk dat Dylan in een heel andere fase van zijn carrière zit, terwijl het voor mij nog allemaal moet beginnen”, beseft hij. “Er is wel concurrentie binnen het team, maar ik moet gewoon naar mezelf kijken en mijn eigen kansen grijpen.”
Bij onze partner Bingoal, de Belgische nummer 1 in wielerweddenschappen, hebben ze voor het WK wielrennen in eigen land de noteringen op het scherp van de snee gezet. Kijk hier hoeveel € je kunt verdienen als je een gokje zou moeten wagen.