Kenay De Moyer (17) nam afgelopen zondag deel aan Parijs-Roubaix met de Belgische selectie. Het was zijn eerste grote klassieker. Hij kreeg er af te rekenen met twee lekke banden maar is tevreden met de ervaring. “Het kasseienwerk ligt me wel, met dat drummen op de stroken en het passeren in de kantjes”, vertelt de junior met veldritervaring.
De Helleklassieker telt bij de junioren 17 kasseienstroken, verspreid over 111 km. In het verleden wonnen al tal van grote talenten deze wedstrijd, denk maar aan Mads Pedersen, Florian Sénéchal, Jasper Stuyven en Geraint Thomas. Zondag ging Luxemburger Niels Michotte met de overwinning aan de haal. Kenay De Moyer, als wegrenner voor het eerst in het shirt van de Belgische ploeg, beleefde het spektakel helaas niet vanop de voorste rij.
“Ik had nochtans een heel goed gevoel vanaf de start”, blikt de junior uit Viane terug. “Ik kon me overal goed vooraan houden en kon de 1e ‘secteur’ opdraaien bij de eerste 20. De volgende stroken bleef ik overal goed in het 1e gedeelte van het peloton. Helaas liep het op de 4e strook verkeerd. Ik reed er aan het eind een 1e keer plat en werd geholpen door een wagen van Shimano. Vervolgens heb ik 7 stroken lang achtervolgd.”
Op strook 7 liep het echter opnieuw mis. Dat zijn de kasseien van Cysoing, die ook wel de ‘Pavé Gilbert Duclos-Lassalle’ genoemd wordt, naar de Franse 2-voudige ex-winnaar. “Die bestaat in feite uit 2 delen en daar reed ik op het einde opnieuw plat”, zucht De Moyer. “Bijgevolg moest ik wederom achtervolgen en zo werd het een ware achtervolgingsrace waarbij ik van groepje tot groepje moest rijden.”
Dankbaar
Al bij al kan de tiener de pech wel relativeren. “Uiteindelijk ben ik niet gevallen, al is het jammer dat ik 2 keer op een cruciaal moment lek rijd. Op strook 6 Bourghelles-Wanehain brak de koers immers open. Ik kan mezelf niets verwijten. Ik reed ook lek op het midden van de kasseien, waar je in principe het minste risico loopt.”
“Al bij al was het een leuke ervaring, ik ben dan ook echt blij dat ik de kans gekregen heb om hier te koersen”, gaat de Oost-Vlaming verder. “Het is inderdaad de 1e keer dat ik met de nationale ploeg op de weg kon rijden. Daar ben ik erg dankbaar voor. Ik wou natuurlijk dichter eindigen, maar dat is koers. Nu weet ik waarom ze dit ‘De Hel’ noemen”, lacht hij. Uiteindelijk finishte De Moyer op de piste als 42e.
De Moyer reed dit jaar op de weg inmiddels naar een 2e plek in Beernem en een 14e plek in Florennes. Deze winter reed hij al een uitstekend veldritseizoen. Hij won onder meer de Berencross van Meulebeke, de Urban Cross in Kortrijk, de Azencross in Loenhout en de Parkcross in Maldegem. In Middelkerke op het BK werd hij 7e en op het WK in Fayetteville eindigde hij als 14e.
Nieuwe ploeg
Dat veldrijden blijft ook in de toekomst belangrijk voor De Moyer. “Vanaf half augustus word ik prof en inmiddels bij een nieuwe ploeg. Ik verlaat dus Acrog-Tormans”, verzekert hij tot slot. “De naam van mijn nieuwe team mag ik nu nog niet prijsgeven, want er moeten eerst foto’s gemaakt worden. Ik kon nog naar 3 andere ploegen, maar wilde graag de weg en de cross combineren en dat is niet overal mogelijk op hoog niveau. Veldrijden is een uitlaatklep, ik hecht er veel belang aan. Alpecin-Fenix? Neen, dat kan ik wel vertellen, maar op meer nieuws moeten jullie nog even wachten.”