Zondagmiddag stond ons wielerhart even stil in de Giro. Op 36 km van de aankomst reed de Eritreeër Natnael Tesfatsion tijdens een afdaling het decor in. Hij maakte een buiteling in het groen, maar gelukkig volgde al snel een geruststellend beeld van de renner die overeind geholpen werd. Niet voor het eerst in de wielergeschiedenis was het schrikken in een afdaling, waar het gevaar altijd om de hoek loert. Dit zijn 7 desastreuze valpartijen die ons deden schrikken.

John Lee Augustyn (Col de la Bonette)
In 2008 zat de Col de la Bonette voor het eerst sinds heel lang opnieuw in het parcours van de Tour de France. Het was zowaar de Zuid-Afrikaan John Lee Augustyn die als 1e over de top kwam. Eventjes droomde hij van de etappewinst, maar in een bocht ging hij rechtdoor en verdween hij in het rauwe maanlandschap. Gelukkig klom hij zelf terug omhoog, evenwel zonder fiets die ergens verloren is gegaan. Augustyn wordt warempel verliefd op de helling, maar in de buurt van etappewinst in de Tour zou hij nooit meer komen.
Wim Van Est (Col d’Aubisque)
Wanneer een reclamespreuk bekender wordt dan een palmares. De Nederlander Wim van Est zou voor altijd de geschiedenisboeken ingaan voor zijn val in de Tour van 1951. Op de Col d’Aubisque dook hij in een ravijn en aan een ketting van fietsbanden werd de renner weer omhoog gehesen. Volgens de overlevering was de Nederlander 70 meter diep gevallen, maar gelukkig bleef de schade beperkt. Horlogefabrikant Pontiac pakte later uit met de spreuk: “70 meter viel ik diep, mijn hart stond stil, maar mijn Pontiac liep”. Op de helling in de Pyreneeën verwijst een gedenkplaat naar de inmiddels overleden ‘IJzeren Willem’.
Johan Bruyneel (Cormet de Roselend)
Als ploegleider vergaarde hij zoveel bekendheid dat je haast zou vergeten dat Johan Bruyneel ook een uitstekend renner is geweest. Hij won 2 ritten in de Tour en werd er ook bekend na zijn valpartij in 1996. In de afdaling van de Cormet de Roselend miste hij een bocht, gelukkig zonder grote schade. De Belg kroop heelhuids terug uit het dal en stapte zelfs weer op zijn fiets.
Oscar Pereiro (Colle dell’Agnello)
2 jaar nadat hij verrassend de Tour had gewonnen, liet Oscar Pereiro Sio bijna het leven in diezelfde rittenwedstrijd. Tijdens de 15e etappe botste hij tijdens de afdaling van de Colle dell’Agnello tegen een vangrail vlak voor een haarspeldbocht. Hij zag de diepte voor zich opdoemen en zag zijn leven voorbijflitsen. Later liet hij optekenen dat hij wenste het bewustzijn te verliezen voor de klap, in de hoop niet te moeten lijden. Gelukkig viel de schade mee. Pereiro liep wel verschillende breuken op in arm en schouder, maar zou een jaar later terugkeren naar de Tour.
Remco Evenepoel (Muro di Sormano)
Inmiddels is Remco Evenepoel winnaar van een Monument, maar in augustus 2020 was zijn carrière enkele minuten het minste van onze zorgen. In de afdaling van de Muro di Sormano kwam hij in de Ronde van Lombardije in botsing met een muurtje. Hij maakte een valpartij van meters diep, maar bleef bij bewustzijn. Achteraf werd onder meer een bekkenbreuk vastgesteld. Evenepoel zou volledig de oude worden en is vandaag 1 van de beste wielrenners ter wereld.
Steven Kruijswijk (Colle dell’Agnello)
Qua fysieke impact was dit mogelijk de valpartij met de minste gevolgen, maar op sportief vlak zal Steven Kruijswijk altijd nare herinneringen overhouden aan zijn val in de Giro d’Italia van 2016. In een sneeuwlandschap op de Colle dell’Agnello ging hij in zijn roze trui uit de bocht. In geen tijd kroop hij weer op de fiets, maar later moest hij van fiets wisselen en zo verloor hij uiteindelijk bijzonder veel tijd. De Giro was verloren, gelukkig stond Kruijswijk later wel nog op het podium van de Tour.
Philippe Gilbert (Portet d’Aspet)
Het zal misschien wel de strafste prestatie in de carrière van Philippe Gilbert zijn. In de Tour van 2018 viel hij zwaar in de afdaling van de Portet d’Aspet, maar reed hij wel gewoon de etappe uit. Achteraf bleek dat hij zijn knieschijf had gebroken. De Waal moet die dag helse pijnen hebben overwonnen. Gilbert zou 2 jaar later opnieuw de Tour verlaten met een gebroken knieschijf. In de tussentijd won hij wel Parijs-Roubaix en recent bewees hij met de eindzege in de Vierdaagse van Duinkerken dat zijn knieën de hoge wattages best nog kunnen verdragen. Ook op zijn bijna 40e.