In de stille Kempen ligt met de Prinsenroute een bijzonder rustig lusje door Retie, Geel, Kasterlee en Oud-Turnhout. Je fietst er doorheen pittoreske landbouwdorpjes, tussen uitgestrekte maïsvelden en natuurgebieden en vangt ook een glimp op van het vorstelijk verleden. Wout van Aert was al fan en wij zijn dat na onze verkenning ook!
Prinsenpark
Wout van Aert vertelde over de Prinsenroute – hij had het over het ‘Prinsenpad’ – in Sport/Wielermagazine van begin dit jaar. “Dat is een rustige route door de natuur waar ik al fiets sinds mijn 10e, toen nog met de wielertoeristenclub van Lille”, legde hij uit. De oorsprong van de naam kon hij niet verklaren, al legde hij wel correct de link met Prinsenpark in Retie.
De Prinsenroute, uitgewerkt door Provincie Antwerpen op basis van de fietsknooppunten, is een verwijzing naar de gronden die de koninklijke familie halverwege de 19e eeuw verwierf in de Kempen. Omdat het toen vooral om woeste gronden ging, werden deze door de bevolking ‘De Aart’ genoemd. Door de inmenging van de hooggeplaatste elite konden de boeren er aan de slag en werden de gronden vruchtbaarder gemaakt.
Het resultaat zijn de iconische landschappen vol vijvers en wandelpaden. Het Prinsenpark is als groene oase van 215 hectare het centrale punt van deze streek. Sinds 1972 is dit park eigendom van de provincie Antwerpen. Vooral wandelaars komen hier helemaal thuis. Alle dagen is het vrij toegankelijk van zonsopgang tot zonsondergang. Voor deze fietstocht is het de geschikte startplaats, al kan je de route natuurlijk overal aanvatten.
De Putten
Vanuit het Prinsenpark kom je al heel snel uit in natuurgebied De Hoge Rielen in Kasterlee. In de uitgestrekte dennenbossen zijn tijdens de zomer vele jeugdbewegingen thuis. Wees dan ook niet verbaasd als je op het wandelpad naast het fietspad groepen jongeren met de rugzak voorbij ziet trekken. Er liggen ook enkele korte stukken onverhard op de route. Wie houdt van enige symboliek ziet in de gravelstroken een verwijzing naar de Strade Bianche, de klassieker die Kempenaar Van Aert ooit won.
In Kasterlee rijd je langs de Kempense Heuvelrug, waar ook de Kabouterberg gelegen is. Dit is een paradijs voor kinderen, maar ook voor veldrijders. In de bossen wordt ’s winters veelvuldig getraind, vooral in deelgemeente Lichtaart zijn veldrijders al jaar en dag koning. De bostrainingen vinden geregeld hier plaats. Op de heuvels is een mix van explosiviteit en techniek nodig om boven te geraken.
De Prinsenroute loopt verder langs Domein De Putten. Daar ligt een prachtige dierenweide met zonneterras. Tot hier kwam je nog geregeld een wagen tegen, maar vervolgens rijd je door landelijke gemeenten waar het mogelijk is dat je minutenlang geen teken van menselijk leven ziet. Dat is onder meer het geval in Zevendonk, Corsendonk en Schoonbroek. Vanuit Corsendonk kan je wel even uitwijken naar het Corsendonks Hof waar je de gelijknamige drank logischerwijze van het vat kunt proeven.
Keizerroute
Tussen Arendonk en Retie kom je in de buurt van de E34, met de kenmerkende windturbines aan de zijkant van de snelweg. De wind krijgt hier wat meer ruimte, al weet je door de vele lusjes op een bepaald moment ook niet meer goed in welke richting je precies aan het rijden bent. Pas bij het opdoemen van het Prinsenpark wordt duidelijk dat de route van 46 km ten einde loopt. Voor de kinderen bestaat er overigens ook een ‘Prinsjesroute’, die zich beperkt tot 26 km en wat meer het Kanaal Bocholt-Herentals opzoekt.
Wie nog niet genoeg heeft aan de Prinsenroute kan altijd kiezen voor een combinatie met de Pannenkoekenboot in Dessel of richting Abdij van Postel fietsen. Op die manier krijg je in elk geval een prachtig beeld van wat men bedoelt met ‘de stille Kempen’. Misschien maakt men op een dag wel een ‘Keizerroute’, verwijzend naar de streek waar de Keizer van Herentals (Rik Van Looy) en zijn kroonprins (Wout van Aert) zijn opgegroeid.
Download GPX Prinsenroute – 46 km.
Alle info is hier terug te vinden.