Afgelopen dinsdag nam Kylie Waterreus (24) in Binche-Chimay-Binche afscheid van de wielersport. De jonge renster uit Ulestraten reed dit jaar nog een mooi seizoen voor Lotto Soudal Ladies en heeft nu besloten om een nieuwe uitdaging aan te gaan bij KLM. “Er is op 15 jaar tijd veel veranderd voor vrouwen, maar we zijn zeker nog niet waar we moeten zijn”, stelt ze vast.
15 jaar wielerliefde
Kylie Waterreus is afkomstig uit Nederlands Limburg, een wielergekke regio waar de fiets nooit ver weg is. 15 jaar geleden kreeg ze zelf ook de microbe te pakken. Bij de jeugd fietste ze vaak op het niveau van Elisa Balsamo en Marta Cavalli, zeker in het door haar zo geliefkoosde Vlaamse werk. De afgelopen jaren kwam ze achtereenvolgens uit voor Health Mate-Cyclelive, Multum Accountants en ten slotte ook Lotto Soudal Ladies.
Bij de rode brigade had Waterreus een belangrijke rol. Sportdirecteur Dirk Onghena was deze zomer nog positief over de nieuwe renster binnen de ploeg. “Haar resultaten zijn opmerkelijk, want vorig jaar brak ze nog haar bekken”, gaf hij aan. “Als ze haar lichaam straks een korte rustperiode zal gunnen, komt ze nog sterker terug. Zij kan zeker nog beter, want als ik zie dat ze in de sprint in Nokere 700 Watt haalt, kon ze daar dicht eindigen.”
Zelf is Waterreus ook tevreden over haar seizoen. “Ik heb ook de jongere rensters in de ploeg geholpen en samen hebben we een hoger niveau gehaald. Het ging overal prima en dat maakt ook dat ik nu met een goed gevoel op wielerpensioen kan gaan”, klinkt ze opgetogen. Dit jaar werd ze onder meer 27e in Danilith Nokere Koerse, 25e in de Exterioo Classic Brugge-De Panne, 16e in Dwars door de Westhoek en 25e in Dwars door het Hageland.
Stewardess
Toch trekt de Nederlandse dus een streep onder haar carrière. Dat heeft veel te maken met de andere opportuniteiten in haar leven. Met een diploma in de opleiding Toerisme op zak heeft Waterreus altijd gedroomd van een job in de reissector. “Ik was er al een tijdje over aan het denken om daarvoor te gaan en het moest er ook eens effectief van komen. Ik heb gewoon gesolliciteerd, want ze zoeken mensen bij KLM. Vervolgens werd ik aangenomen als stewardess, een kans die ik wil grijpen. Ze komt op het perfecte moment, ik ben blij dat ik mag gaan vliegen.”
Daarmee ruilt de Limburgse haar ene liefde (de koers) in voor een andere liefde (reizen). “Voorlopig gaat het enkel om vluchten binnen Europa. Ik kijk er enorm naar uit om Scandinavië te ontdekken. We komen ook op plekken waar ik al vaak ben geweest voor de koers, zoals Spanje, maar waar ik nog nooit echt de andere facetten kon ervaren.”
Wanneer Waterreus terugkijkt op haar carrière, koestert ze vooral haar prestaties in het voorjaar. “Die Vlaamse klassiekers waren echt mijn ding. Ik reed er heel graag en vond dat fijner dan pakweg de rondes. Ik denk met veel plezier terug aan mijn debuut in de Ronde van Vlaanderen in 2019, toen ik 75e werd. Een andere wedstrijd waar ik altijd goed presteerde, was Le Samyn, met onder meer een 20e plaats in 2019 en een 21e plaats een jaar later.”
In de regen
Waterreus stelt vast dat het vrouwenwielrennen heel wat veranderd is sinds ze haar eerste fietstochtjes maakte. “Er zijn absoluut stappen gezet, al is er nog werk aan de winkel. Zeker het continentale niveau bij de vrouwen staat nog lang niet op punt. Ook de aandacht in de grootste wedstrijden is nog altijd niet gelijk verdeeld. Qua lonen is er eveneens nog een groot verschil. De 20 sterkste rensters kunnen leven van de koers, voor de rest is het lastiger. Zelf werkte ik de afgelopen jaren 3 dagen bij een hotel. Geld was nooit mijn drijfveer. Als ik dat echt had gewild, had ik nog een 2-tal jaren kunnen verder fietsen, maar
Nu kan Waterreus dus ook eens wat vaker met haar vrienden op stap en zal ze enkel nog voor de fun op de fiets stappen. “Ik ben blij dat ik die intervaltrainingen niet meer moet doen”, grijnst ze. “En het leukste zal zijn dat wanneer ik zie dat het regent ik gewoon een tochtje kan overslaan. Met mijn andere job zal ik het zeker ook druk hebben. En als ik in de wolken hang en toch eventjes tijd heb, denk ik met veel plezier terug aan mijn mooie jaren op de fiets.”