De afgelopen jaren werd Witse Meeussen (21) geregeld afgeremd door pech. Zo onderging hij 2 ingrepen aan zijn knieën en moest hij vorig seizoen eerder beëindigen na een breuk in zijn rechterelleboog. Zijn talent is echter niet weg, dat bewees hij met een 3e plaats bij de beloften in Maasmechelen. “Voor het eerst heb ik als belofte het gevoel dat ik vol mijn kans kan gaan”, legt hij uit.
Toptalent
Op 2 februari 2019 reed Witse Meeussen op het WK in Bogense naar een zilveren medaille. Hij eindigde na Ben Tulett, inmiddels prof bij INEOS Grenadiers en onlangs 14e op het WK op de weg en eindigde voor Thibau Nys en Pim Ronhaar, jongens die in het veld al meer dan hun strepen hebben verdiend. De veldrijder uit Vlimmeren werd beschouwd als een groot talent, maar bij de beloften kende de renner van Pauwels Sauzen-Bingoal veel pech.
De afgelopen weken toonde Meeussen aan dat hij op de terugweg is. Hij mocht in het Britse Derby al een keertje het zegegebaar maken en reed in Tábor een attente cross. Ook daar had hij het geluk echter niet aan zijn zijde. Een gebroken ketting in de voorlaatste ronde maakte dat hij niet voor de zege kon strijden. En alsof de duivel ermee gemoeid is, liep het ook in Maasmechelen al bij de start verkeerd.
“Ik was echt slecht vertrokken”, blikt de belofte terug. “Na mijn 15e plaats in Tábor stond ik op de 2e rij. 5 seconden voor de start stuurde een toeter van een supporter alles in de war. Er was een soort valse start en de renners voor mij waren enorm slecht weg. Ik werd als het ware gesandwicht en achteraan reden ze vol op mijn versnelling. Eerst vreesde ik dat die kapot was, maar nadat ik even testte, bleek alles in orde en kon ik beginnen aan mijn achtervolgingsrace.”
Achtervolgingsrace
Meeussen rukte plaatsje voor plaatsje op. “Ik zat in de 20e positie en door de vele korte heuveltjes hier moest ik veel van de fiets. Jente Michels was net als mij slecht weg en het duurde heel lang om vooraan te komen. Het is ook een vreemd parcours, want je kan nergens vol doorrijden. De klim is ook net te kort om echt een verschil te maken. In de opeenvolging van bochten is het zoeken naar een ritme dat ik wel gevonden heb.”
Uiteindelijk eindigde de Antwerpenaar dan ook op het podium. “Ik heb de laatste 2 weken een enorm goed gevoel”, merkt hij op. “Een bewijs ook dat het een goed idee was om niet naar Amerika te trekken. Ik heb 2 weken lang toegewerkt naar deze periode en hoop dat zich dat ook uitbetaalt. Mijn portie van de pech heb ik nu wel gehad.”
Meeussen rijdt dinsdag niet op de Koppenberg en werkt verder toe naar het EK. “De weersomstandigheden en het parcours zullen er helemaal anders zijn. Toch is dit in zekere zin een waardemeter want je ziet dat er wel verschillen worden gemaakt. Op een kampioenschap telt in principe enkel de 1e plaats. Ik hoop dat ik een goede dag heb en dat ik vol kan gaan zonder pech of tegenslag. Als ik alles zal kunnen geven en alles eruit heb kunnen halen, zal ik sowieso tevreden zijn.”
België vs Nederland?
Op het WK was er bij de beloften vorig jaar een ware strijd tussen België en Nederland. “Ik weet niet of we daar volgende week een herhaling van krijgen”, merkt Meeussen op. “Aan Nederlandse zijde zijn er nu Ronhaar, David Haverdings en Del Grosso. Op dat parcours zijn er echter weinig singletracks en is er volgens mij weinig sprake van een ploegenspel. Het is Namen waar we crossen, die wedstrijd liegt niet.”
Meeussen is in elk geval tevreden dat hij weer aan de top staat. “Ik ben inderdaad laatste jaars belofte, maar ik voel geen druk op mij. Dat ik nog een jaar heb in deze categorie is eerder een kans dan een last. Tijdens de wedstrijd ben ik niet echt bezig met de weg terug die ik na mijn knieproblemen heb moeten afleggen, maar misschien neem ik dat onbewust toch ergens mee. Ik geef me nooit gewonnen en ga altijd voor het maximum haalbare.”