Deze zondagnamiddag is Roger Kluge voor het 2e jaar op rij Europees kampioen in de Ploegkoers geworden. Aan de zijde van Theo Reinhardt controleerde hij een hele wedstrijd lang de meute en aan het einde plaatste hij op het juiste moment de winnende move. Kluge is inmiddels 37 jaar, maar rijdt nog rond als een jong veulen op de baan. Na 4 jaar in Belgische loondienst keerde hij deze winter trouwens terug naar zijn heimat.
Wereldkampioen
Het is met Roger Kluge een beetje zoals met Michael Mørkøv: elk jaar lijken ze alleen nog maar beter te worden. Kluge heeft inmiddels een geweldige prijzenkast bij elkaar gefietst op de baan, met 3 Europese titels in de Ploegkoers en een titel in het Omnium en ook 2 wereldtitels in de Ploegkoers. Op de Olympische Spelen was hij in 2008 goed voor zilver in de Puntenkoers na de afscheidnemende legende Juan Llaneras uit Spanje.
Op de weg is Kluge vooral bekend geworden als uitstekende loods. Dat heeft hij natuurlijk te danken aan zijn postuur (Kluge is 1m92) en zijn snelheid. Op het 2e niveau was hij zelfs geregeld goed voor sprintzeges. In 2010 werd hij binnengehaald door Milram en zou hij onder meer Gerald Ciolek bijstaan in de massasprints. Hij reed dat jaar ook de 1e van 5 Rondes van Frankrijk. Na een jaartje bij de melkploeg zou hij jobhoppen en onder meer passeren bij Team NetApp-Endura, IAM Cycling, Orica-Scott en uiteindelijk dus Lotto Soudal. De afgelopen 4 jaar was hij erg belangrijk voor de Australische sprintbom Caleb Ewan.
Kluge werd ook bekend omwille van zijn gewoonte altijd mee te doen voor de rode lantaarn in het klassement. Hij werd allerlaatste in de Tour van 2020, al was dat niet zijn 1e huzarenstukje op dat vlak. In 2015 leverde hij in de Giro zelfs een ware strijd om de allerlaatste plek met Marco Coledan. Die besloot op een bepaald moment zelfs te wachten met de aankomstlijn te overschrijden, wat hem een boete van 500 Zwitserse Frank opleverde.
Mooiste overwinning
In diezelfde Ronde van Italië behaalde Kluge een jaar later ook de mooiste overwinning van zijn carrière. Op woensdag 25 mei 2016 reed hij in de laatste hectometers van de 17e etappe naar Cassano d’Adda weg uit het peloton. Het was nog zo’n 750 meter tot de meet en de eerder ontsnapte Filippo Pozzato werd gebruikt als een handig springplatform. José De Cauwer verwarde Kluge zelfs eventjes met Vegard Stake Laengen, maar het was wel degelijk de Duitser die won, voor de eeuwige 2e Giacomo Nizzolo.
Afgelopen winter besloot Kluge een stapje terug te zetten. Hij kreeg geen contractverlenging meer bij Lotto Dstny, wat in het verhaal van de verjonging ook wel te begrijpen is. Daarom besloot hij uiteindelijk voor 2 jaar te tekenen bij het Duitse Rad-Net Oßwald. Bij de continentale formatie vindt hij met Theo Reinhardt zijn vaste maatje op de piste terug, wat natuurlijk wel mooi meegenomen is. Bij de opleidingsploeg krijgt hij logischerwijze alle ruimte om op de baan zijn ding te doen en dat resulteert nu dus in een nieuwe Europese titel.
Kluge heeft in principe nog 1 groot doel in zijn carrière. Op de Spelen van 2024 in Parijs wil hij voor de 5e keer aanwezig zijn en hij hoopt er op een medaille. Dit moet meteen ook een fantastisch sluitstuk zijn van een rijke loopbaan. In de tussentijd blijft hij ritme opdoen op de piste en zal hij ook zijn jongere ploegmaats helpen met hun eerste stappen in het profpeloton. Naast hemzelf en Reinhardt (32) is iedereen er immers 22 jaar of jonger.
Oudjes in de Ploegkoers
Oudjes en de Ploegkoers, het blijft een speciaal verhaal in het baanwielrennen. Etienne De Wilde reed in 2000 in Sidney aan de zijde van Matthew Gilmore naar zilver voor België. Hij was toen al 42 jaar. Ook Bruno Risi was in 2004 in Athene al 35 toen hij dezelfde medaille behaalde aan de zijde van Franco Marvulli.
Nog straffer was de Argentijn Juan Esteban Curuchet die in 2008 in Athene op 43-jarige leeftijd naar goud reed. En bij de terugkeer van de Ploegkoers in 2020 was er dus Mørkøv, op dat moment ook al 35. Voor Kluge redenen genoeg om met ambitie naar Parijs toe te leven.