Moeilijk gaat ook! Wannes Heylen (27) was zaterdag op zondag een volledig etmaal aan de slag in het Universitair Ziekenhuis van Gent. Na die shift kroop de assistent-cardioloog niet in bed, maar op z’n koersfiets. Om in regen en wind de kermiskoers in Neerijse af te werken. Een rol van betekenis speelde hij niet, maar hij haalde wel het einde. Als 24e, ongeveer 2’40 na laureaat Sander Rietjens.
Hartspecialist
Op zijn 18e zette Wannes Heylen de koersfiets langs de kant. Om zich te concentreren op z’n studies geneeskunde. Dat diploma is ongeveer 2,5 jaar binnen. De naar Oost-Vlaanderen uitgeweken Limburger verloor tijdens die opleiding tot arts z’n liefde voor de racefiets niet. Vorig jaar werkte hij een zo goed als volledig seizoen bij de elite zonder contract af. Met succes!
“Want 5 overwinningen, in heel wat koersen eindigde ik 1e of 2e”, glundert Heylen. “Het ging dus heel goed. Ik ben zowat anderhalf jaar geleden weer beginnen fietsen en koersen. Het grote voordeel dat ik heb: om op een degelijk niveau te geraken, heb ik niet echt heel veel training nodig. Maar ik voel nu wel dat ik nog niet de conditie van vorig seizoen te pakken heb.”
Lijkt ons vrij logisch. Heylen, aan de slag bij Carbonbike Giordana – dat de opvolger is van S-Bikes Doltcini, is bezig aan een traject tot hartspecialist. In het Gentse Universitair Ziekenhuis is hij assistent-cardioloog. “Dit staat bekend als een heel zwaar traject”, verduidelijkt hij. “1 of 2 keer per week moet ik een shift van 24 uren afwerken. Dat betekent beginnen om 8 uur ‘s morgens, de dag nadien eindigen tussen 8 en 9 uur.”
Verkleumd
Of een volledig etmaal van wacht. “Tijdens zo’n shift blijf je 24 uren in het ziekenhuis”, gaat Heylen verder. “Afhankelijk van hoe druk het is, kan je ‘s nachts 3 tot 4 uurtjes slapen. Zaterdag op zondag heb ik maar 2 uur mijn bed gezien, want het was bijzonder druk. Toch besliste ik om zondagnamiddag in Neerijse te koersen. Al waren de weersomstandigheden verre van ideaal en kan ik daar eigenlijk niet zo goed tegen. Voor de start heb ik me goed proberen kleden, maar ik raakte snel volledig verkleumd.”
Want ook in de deelgemeente van het Vlaams-Brabantse Huldenberg bleef het zondagnamiddag regenen en waaien. “Een rol van betekenis heb ik in de koers niet gespeeld”, geeft de hartspecialist-in-spe eerlijk toe. “Ik heb die wedstrijd dan maar gezien als een training. Al had mijn vader misschien wel gelijk toen hij na de koers opperde dat ik na die shift van 24 uur beter in mijn bed was gekropen en ‘s avonds 2 uurtjes op de rollen had getraind.”
Geneeskunde hebben we niet gestudeerd, maar goed voor het hart kan dat toch niet zijn, is onze bedenking. “Klopt, alles wat ik mijn patiënten aanbeveel, sla ik zelf in de wind”, beseft Heylen. “Het traject dat ik als assistent-cardioloog afleg, is bijzonder zwaar. Het vergt veel van je lichaam. Zowel fysiek als mentaal. Zelfs bij iemand die dit traject niet combineert met wielrennen of een andere sport. Inderdaad, mijn collega’s zeggen wel eens dat ik een beetje gek ben. Toch ga ik dit nog een tijdje proberen volhouden.”
GP Affligem
Zaterdag trekt de eliterenner zonder contract van Carbonbike Giordana naar het Luikse Amay voor een wedstrijd bij de elite zonder contract en beloften. “Nochtans wordt opnieuw slecht weer voorspeld”, gaat Heylen verder. “Komend weekeinde moet ik geen shift van 24 uren doen. Dat is al een pluspunt. Door de overschakeling op het zomeruur kan ik ‘s avonds al eens een training van een paar uurtjes inlassen. Ook dat is niet evident. Zeker niet de avond voor ik aan zo’n shift van 24 uren moet beginnen.”
Toch hoopt Wannes Heylen dat hij z’n conditie weldra een beetje kan opkrikken. In april kan hij een weekje naar Zuid-Frankrijk om daar, zonder de beslommeringen van het werk en in betere weersomstandigheden, enkele duurtrainingen af te haspelen. Eind april wil hij conditioneel in orde zijn.
“Op 23 april 2023 hoop ik goed te zijn in de Grote Prijs van Affligem”, verwijst Heylen naar de Vlaams-Brabantse amateurklassieker die vorig jaar door Gil Gelders gewonnen werd. “Toen veroverde ik een plaatsje in de kopgroep en werd ik 12e. Het zou tof zijn indien ik in die interclub weer een rolletje kan spelen.”