Nog maar eens Dirk Mertens (58) die de 3-kleur veldrijden bij de Masters mag aantrekken. Op het BK in Maldegem reed de Zonhovenaar 45 seconden weg van zijn eeuwige tegenstander Guido Verhaegen, in de categorie van 55-tot 65-jarigen. Een portret van de nuchtere Limburger die zijn eigen prestaties snel kan relativeren.
Zoveelste titel
Dirk Mertens stond in Maldegem aan de start als 1 van favorieten. Niet moeilijk, want Mertens heeft bij de Masters al meerdere Belgische titels en zelfs wereldtitels binnengehaald. Hij bevestigde het verwachtingspatroon, door met overmacht naar de tricolore trui te snellen. “Het liep inderdaad vlot”, bevestigt de ondertussen 58-jarige renner. “Op zich vertrok ik goed, maar door enkele kleine foutjes in de 1e ronde liep ik wat achterstand op. Dat was even balen.”
“De benen voelden wel goed aan, gelukkig. Ik kon geleidelijk aan mijn achterstand dichtrijden. Met nog een 3-tal ronden te gaan, koos ik mijn moment en ging ervandoor. Het lukte me nog om een goede 45 seconden te nemen op mijn klassieke tegenstanders, waar Guido Verhaegen nummer 2 werd. Ik had me speciaal op dit BK voorbereid en dus ben ik ook tevreden dat het eruit kwam.”
Verhaegen komt uit dezelfde streek als Mertens, beide heren komen elkaar dus vaak tegen. “Dat klopt inderdaad”, vertelt de bijna oercrosser. “We zitten vaak in dezelfde wedstrijden. Meestal kom ik vóór hem over de streep, maar in Ardooie bijvoorbeeld bleef hij me voor. Daar kwam ik pas in de laatste ronde in zijn wiel, maar liepen mijn benen vol in de spurt.”
Eeuwigheid crosser
Mertens is nog een crosser uit de vorige eeuw. Letterlijk. Al in de vroege jaren ’80 dook zijn naam op in de jeugdcategorieën. “Ik ben inderdaad nog Belgisch kampioen geweest bij de nieuwelingen, op mijn 16e”, lacht de Zonhovenaar. “Dat was uiteraard een hele beleving, die 1e titel. Nadien overkwam het me dus nog een paar keer dat de Brabançonne voor mij gespeeld werd. Zoals zondag bijvoorbeeld, maar ik ben ook de 1e om dat te relativeren.”
“Ik ben ook een paar wereldkampioen geweest bij de Masters”, bekent Mertens. “De laatste keer is wel al een tijdje geleden: 1999. Dat is al lang inderdaad, maar in de jaren ertussen was er altijd wel eentje beter. Ik stond heel vaak op het podium of er net naast, maar winnen zat er sindsdien niet meer in. Die WK’s gingen jarenlang in Mol door, maar de laatste jaren moesten we ook naar het buitenland en dat heb ik niet altijd gedaan. Amerika bijvoorbeeld. Of Engeland. Die verplaatsingen zag ik niet zitten. Dit seizoen is het in Duitsland te doen en daar ga ik wel deelnemen.”
“Het is allemaal begonnen met mijn vader, François Mertens”, kijkt zoon Dirk terug. “Hij crosste stevig door en ik ging als klein jongetje mee. Ook hij fietste trouwens wel een palmares bij mekaar. De liefde voor de fiets stroomt via hem door mijn bloed.”
Trainingsarbeid
Dirk Mertens leeft voor zijn crossfiets, dat is duidelijk. Hij werkt in een Hasselts bedrijf waar ze rioolbuizen maken, maar slaagt erin om die job te combineren met heel wat trainingen. “Mijn werkdag zit erop rond 14u45, wat maakt dat ik vrij vlug de fiets op kan om te trainen. Ik zit momenteel in een landingsbaan en werk daardoor deeltijds. Ook dat helpt om mijn bezigheden beter op elkaar af te stemmen.”
“Zowel op dinsdag, woensdag als donderdag kruip ik op mijn weg- of crosstuig”, somt de autodidact op. “Ik heb geen coach, ik teken mijn eigen schema’s uit. Op dinsdag staat er steevast een wat langere rit gepland, iets rond de 100 km aan ongeveer 30 km/u. ’s Woensdags vind je me in de bossen om de crosswedstrijden zoveel mogelijk te simuleren. Op donderdag koppel ik er ten slotte nog eens een ritje van een goede 60 km aan vast op de weg. In het weekend rijd ik meestal 2 wedstrijden. 5 dagen per week staan in het teken van de fiets, dat is best wel wat voor een 58-jarige.”
“Hoe ik die motivatie aanhoud? Tja, het is een verslaving, hé”, vertelt de verzamelaar van BK-truien. “Als 13-jarige jongetje begon ik eraan en 45 jaar later is dat vuur nog niet geblust. Zolang ik voel dat ik competitief ben en wedstrijden kan winnen, vind ik het leuk. Ik moet er vooral plezier aan beleven, dat is het belangrijkste. Als een keer mijn winstkansen verdwijnen, zal ik het ook wat laten varen, denk ik. Hoewel mijn titels op zich weinig betekenen, hecht ik er toch duidelijk belang aan.”
Win een ABUS-racehelm én je eigen reportage op WielerVerhaal!