Rune Duflo nam afscheid bij Onder Ons Parike, waar hij als 2e jaars junior 2 overwinningen boekte. De 18-jarige Gooikenaar vond onderdak bij Basso Team Flanders, waar hij zijn debuut bij de beloften voorbereidt. “Het wordt wel een zwaar seizoen”, beseft hij.
Zwaar seizoen
Het sleepte even aan vooraleer Rune Duflo een nieuwe ploeg vond, en dat ondanks een verdienstelijk seizoen. De Gooikenaar toonde zich wel wat kieskeurig tijdens zijn zoektocht, maar werd op zijn wenken bediend met een handtekening bij Basso Team Flanders. “Ik vond uiteindelijk onderdak bij mijn nieuwe team met een steuntje in de rug van mijn juniorenteam”, bekent de renner. “De beloftenteams kennen uiteraard de goede reputatie van Onder Ons Parike, dat zorgzaam omspringt met de renners en een goede opleiding verschaft.”
“Ik werd getipt bij Basso Team Flanders en ben blij dat mijn overgang nu officieel is, zodat ik kan debuteren bij een goed team. We bekeken al eens het programma dat de ploeg aansnijdt en dat ziet er best interessant uit. Het team bevat 16 beloften, wat betekent dat ik voldoende kansen zal krijgen om mooie wedstrijden te rijden. Bij teams met een groter aantal renners ligt dat toch anders.”
Duflo blik tevreden terug op 2023, maar beseft dat als debuterende belofte een zwaar seizoen wacht. “Het wordt concurreren met renners die tot drie en zelfs vier jaar ouder zijn. Ik behoor gelukkig wel tot een sterke lichting. Het geboortejaar 2005 liet zich al uitgebreid gelden. Globaal was 2023 goed, maar ik miste regelmaat. Ik reed wel een goed voorjaar, maar ik kende nadien een terugval. Ik raakte in het najaar gelukkig opnieuw op de rails met tal van uitslagen in de top 10 en ook meerdere podiumplaatsen.”
Klassiekers
Duflo verkreeg een topsportstatuut om de koers en de studies beter te kunnen combineren. “Ik voel me momenteel eerlijk gezegd meer renner dan student”, grijnst hij. “Ik ben geneigd om te stellen dat de koers nu de voorkeur geniet, maar ik wil de studies toch ook niet helemaal verwaarlozen. Ik volg een opleiding Vastgoed aan de Gentse Hogeschool. Ik vind dat een interessante branche waar toekomst in zit. Ik zie me later in die richting nog wel initiatieven nemen. Je weet ook nooit hoe een wielercarrière verloopt en dus houd je maar beter een diploma achter de hand.”
Duflo startte de voorbereiding en die ziet er een stuk anders uit dan bij de junioren. “In februari 2024 plant Basso Team Flanders een trainingskamp in het Spaanse Benicàssim. In januari las ik misschien ook wel nog een individuele stage in. Ik deed dat nooit eerder en ben dus zeker geen kenner van trainingssessies in Spanje. Het komt er toch ook op aan om met gelijke wapens met de collega’s het seizoen te starten en dus moet ik mee met de tendens om te overwinteren in zonnige oorden. Spanje werd gemeengoed in het wielerpeloton.”
Duflo beseft dat het als 1e jaars niet allemaal rozengeur en maneschijn wordt. “Het 1e jaar als belofte staat vooral in het teken van me verder te ontwikkelen als renner. Ik kan bij mijn nieuwe team rekenen op een goede begeleiding. In onderling overleg zal geopteerd worden voor een evenwichtig programma zonder me te op te branden, maar toch ook met voldoende uitdagingen. Ik wil graag al eens proeven van enkele klassiekers, maar ook buitenlandse rittenkoersen staan op mijn verlanglijst.”
Flandrien
Rune Duflo is het prototype van de Vlaamse renner die geknipt is voor het zwaardere werk op de kasseien en op de korte maar nijdige hellingen. “Ik heb als renner veeleer het profiel van een Flandrien dan van een klimmer. Ik weeg 73 kg en meet 1m88. De Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix zijn mijn droomklassiekers. Het zijn mijn lievelingskoersen op televisie, maar ook de wedstrijden waar ik ooit wil starten en met een parcours dat best bij mij past.”
Duflo beseft dat hij nooit klimkoersen zal winnen. “Ik ben heus niet bang voor wat hoogtemeters, hoor. Het mag evenwel niet te steil gaan. De hellingen van Luik-Bastenaken-Luik, de Waalse Pijl en de Ronde van Lombardije gaan mijn petje te boven. Een renner kan uiteraard evolueren en ik heb geen ervaring met cols in koersverband, maar een berggeit word ik wel nooit.”
Remco Evenepoel is lang niet de enige met een voetbalverleden. Ook zijn Pajotse streekgenoot Rune Duflo trapte graag een balletje. “Tot mijn 12e voetbalde ik bij Kester-Gooik, maar toen begon ik te koersen. Een combinatie van de 2 sporttakken bleek niet mogelijk en dus moest ik kiezen. Ik koos voor de zwaarste van mijn 2 hobby’s, maar toch beklaagde ik me die keuze nog nooit. Tot profvoetballer had ik het vast nooit geschopt. Als wielrenner houd ik de droom levendig, al is de weg nog lang.”