Voor de Oost-Vlaamse Aurélie Vermeir zit haar veldritcarrière er helemaal op na 11 jaar op de crossfiets. De 31-jarige Merelbeekse renster verlegt de focus van het veldrijden naar het triatlon en doet dat met haar eigen ploeg VVMS, die ze oprichtte met haar beste vriend Tuur Vanmarcke, de broer van de pas gestopte prof Sep Vanmarcke.
Vijfde op EK Triatlon
Aurélie Vermeir gooide het over een andere boeg nadat ze 11 jaar lang focuste op de cross. “Ik dacht er al langer aan om eens wat anders te proberen”, vertelt ze. “In de cross werd het ook steeds moeilijker om mijn doelen te realiseren. Enerzijds probeerde ik elk jaar toch steeds minstens 1 B-cross te winnen. In de A-crossen wilde ik uitrijden, maar ook dat werd steeds moeilijker met de komst van de sterke Nederlandse toppers en de invoering van de 80%-regel. Op mijn 30e vond ik het een geschikt moment om de switch te maken naar andere disciplines.”
Na een leuk debuut in het cross-duatlon volgde ook al snel een 1e ervaring in de wereld van het triatlon. “Cross-duatlon vond ik meteen leuk. Je opent met een mountainbike offroad, waarna een loopgedeelte volgt in het veld om dan weer over te stappen op de mountainbike. Ik schreef me ook in voor het EK Off Road Triatlon, dat in Namen werd betwist, en eindigde er prompt als 5e. Daarmee kwalificeerde ik me meteen ook voor het WK.”
Vermeir nam intussen ook deel aan het EK halve triatlon, dat in Menen werd georganiseerd. “Ik werd 12e, weliswaar in mijn leeftijdscategorie. Conditioneel sta ik sterker dan ooit. Zo’n veldrit is wel intensiever, maar duurt wel slechts 40 minuten terwijl een halve triatlon al gauw 4 tot 5 uur aansleept. De combinatie tussen de beide disciplines was uiteraard niet meer mogelijk omdat ze te verschillend zijn. Ik nam dan ook afscheid van het Bike-Advice Cycling Team van Nick Van De Cauter, die zowat mijn hele veldritcarrière mijn ploegleider was.”
Eigen team met VVMS
Vermeir vond met Tuur Vanmarcke een bondgenoot en samen richtten ze een eigen team op: VVMS, Vermeir-Vanmarcke Multi Sport. “Tuur Vanmarcke is mijn beste vriend en we delen dezelfde doelstellingen”, zegt ze. “Zo willen we eind juni 2024 beiden deelnemen aan de halve Iron Man van Luxemburg. Eind juli 2024 stipten we de triatlon van Alpe D’Huez in rood aan. In 2025 zou een volledige Iron Man dan het toetje op de taart moeten betekenen. In die topmeetings is het einde halen het 1e doel, al wil je eens in competitie toch graag zo dicht mogelijk eindigen.”
Het dit jaar opgerichte VVMS telt vooralsnog 4 leden. “Met Thibeau-Ermi en Emilie-Min maken ook het zoontje en het dochtertje van Tuur Vanmarcke deel uit van het team, naast Tuur en mezelf. Zij vinden het leuk om ons te vergezellen naar de koers en nemen ook zelf al eens deel aan allerhande wedstrijdjes. We bekijken wel of we op termijn onze ploeg kunnen uitbreiden. Dit jaar focusten we nog louter op de eigen prestaties. Ik hecht veel belang aan nette kledij. We kozen voor een outfit met witte en zwarte kleuren, omringd met goud.”
De Merelbeekse rolde wat toevallig in de cross. “Ik was een fan van Niels Albert terwijl ik zelf aan veldlopen deed. Zo rijpte de idee om het zelf eens te proberen. Dat viel aanvankelijk fel tegen. Zo’n heuveltje oprijden lijkt dan wel gemakkelijk, tot je op zo’n crossfiets zit. Ik beschikte dan wel over een paar loopschoenen, maar die bleken niet geschikt. Ik diende flink wat materiaal aan te schaffen vooraleer ik aan crossen toe kwam. Gelukkig kreeg ik steeds veel steun van mijn moeder en mijn zus. De techniek kreeg ik wel snel onder de knie. Ik was doorgaans beter op technische omlopen en verloor vooral terrein op de rechte stroken.”
KVC Meetjesland
Vermeir leerde de eerste wielerkneepjes bij KVC Meetjesland. “Na 2 jaar verhuisde ik naar Nick Van De Cauter, waar ik ontzettend veel leerde. Ik begon met competitie in de Vlaamse Cyclo Cross, een competitie met kleine B-crossen waarvan ik er enkele won vooraleer ik overstapte naar de Moedige Veldrijder. Daar trof je leukere koersen met meer en betere deelneemsters. Ik trok tevens elk jaar naar Spanje, waar ik steevast wat UCI-punten kon vergaren tussen de Spaanse rensters. In het Baskenland was de concurrentie vaak niet van de poes. In Catalonië viel dat beter mee. Ik ging ook wel eens crossen in Frankrijk en Duitsland, maar vooral Spanje was vaste prik.”
Aurélie Vermeir werkte tijdens haar carrière als sportlesgeefster in scholen in Ertvelde en Evergem. “Vorig jaar kreeg ik een contract aangeboden als sportpromotor in Evergem-Ertvelde. Die job is me op het lijf geschreven, al komt er best veel bij kijken. Ik focus op sportdagen voor scholen en ook op sportklassen. Ik moet als sportpromotor niet alleen les geven, maar vooral veel organiseren. Ik moet dan in contact treden met de leerkrachten of lesgevers zoeken.”
Tegelijkertijd met haar professionele switch volgde tevens een nieuwe windrichting in het wielrennen. “Ik kreeg het steeds moeilijker in de cross, waar het niveau de hoogte in schoot terwijl ik met wat blessures sukkelde en dus misschien wel wat stagneerde”, beseft ze tot slot. “Ik won geen B-crossen meer en kreeg het moeilijk om nog A-crossen uit te rijden. Ik maakte de switch richting triatlon en nam met Lennert Grawet een coach onder de arm. Hij tempert soms wat mijn competitieve instelling. Ik zou wekelijks aan competitie deelnemen, terwijl hij vermijdt dat ik te veel hooi op de vork neem.”