Niemand is de 2-strijd tussen Serge Pauwels (Team Dimension Data) en Thomas De Gendt vergeten, die 14e juli 2016 op de flanken van de historische Mont Ventoux. Een Belgendagje zonder meer. Hoewel die laatste won, lijkt Pauwels – intussen al 33 – nog steeds beter te worden. Pauwels zit nu in Parijs-Nice, maar wij kregen hem op de vooravond nog even te spreken.
Serge, goeie winter gehad?
Serge Pauwels: “Ik mag niet klagen. Veel op stage ben ik niet geweest, wel een weekje in Calpe en eind februari nog eens. Maar meestal thuis aan zee.”
Je bent ook opnieuw vader geworden, waarvoor proficiat! Netjes getimed?
Serge Pauwels: “Dank je! Ja, eigenlijk wel, want ik had 4 weken vrij gekregen tussen de Ronde van Valencia en Parijs-Nice. Normaal rijd ik daartussen nog de Ronde van Oman ofzo, maar dat heb ik nu dus laten schieten. Mijn dochter was voorzien voor 20 februari en is 3 dagen vroeger gekomen. Perfect. Ik heb er een paar dagen van kunnen genieten bij mijn vrouw en nadien kon ik een weekje bergop gaan rijden in Calpe. En voor Parijs-Nice ben ik nog een paar dagen thuis geweest. Het is mooi om het zo voor elkaar te hebben.”
Jullie 1e dochter heet Odile. Vanwaar de keuze voor Marcelle als naam van jullie 2e dochter?
Serge Pauwels: “Bij Odile zochten we de inspiratie bij voormalig wielrenner Odiel Defraeye, maar voor Marcelle is er geen link. Mijn vrouw vond het een mooie naam en het past ook mooi bij Odile.”
Jij rijdt deze maand Parijs-Nice en Baskenland. Wat verwacht je ervan?
Serge Pauwels: “In de Koers naar de Zon zal ik wat ritme te kort komen, vrees ik. Dat is 1 van de zwaarste wedstrijden op de wielerkalender en ik ben nog niet top. De 1e 3 ritten zullen voor de sprinters zijn, veronderstel ik, en het 2e deel van de week zal ik mijn kans pakken als er zich ene voordoet. De dag na de tijdrit is er misschien wel iets mogelijk in een ontsnapping. We zullen zien. Baskenland wordt al een stuk belangrijker voor mij. Ik hoop tegen dan ook stilaan tegen mijn beste vorm aan te leunen. Vorig jaar kwam ik er al goed voor de dag, bij mijn 1e deelname. Het is een lastige koers, maar ik doe hem wel graag. Ik zal er niet alleen voor het klassement proberen rijden, maar ook voor dagsucces.”
De klassiekers komen er ook aan, maar daarin hebben we jou nog geen grote uitslagen zien rijden. Hoe zit dat?
Serge Pauwels: “Eigenlijk moet je alleen naar de Waalse klassiekers kijken voor mijn profiel van renner. In de Waalse Pijl reed ik al wel de finale, maar ik ben geen explosief type. Dan kan je daar al moeilijk een goeie uitslag rijden. In de ploeg hebben we jongens die daar beter voor gemaakt zijn; een Steve Cummings kan bijvoorbeeld een goeie Luik-Bastenaken-Luik rijden. Misschien kan ik hem en ook Nathan Haas dit jaar wat bijstaan. De Amstel zal ik dit jaar wellicht niet rijden, al kan dat eventueel nog veranderen.”
Serge Pauwels: “Nee, die sowieso niet. Ik wil top zijn in de Tour, want dat wordt mijn hoofddoel. De combinatie is lastig, want je weet nooit hoe je uit een zware koers als de Giro komt. Mijn programma zal trouwens niet veel wijzigen ten opzichte van vorig jaar.”
Weet je dat je officieel een Giro-etappe op je naam hebt? De 15e in de Giro van 2009, na het schrappen van Bertagnolli…
Serge Pauwels: “Goh, ja. Ik weet dat die jongen is gepakt voor zijn bloedpaspoort, maar officieel heb ik nog niks gehoord en eerlijk gezegd zit ik er ook niet op te wachten. Winnen is met de handen in de lucht over de meet rijden, de rest betekent weinig. Het is wel mooi, maar het zijn vijgen na Pasen. Het is ook al allemaal lang gepasseerd, ik leef in het het heden en focus op wat er komt.”
Wanneer heb je jezelf eigenlijk ontdekt als klimmer?
Serge Pauwels: “Het bergop fietsen ging me altijd wel goed af. In mijn 1e jaar bij de beloften reed ik heel goed in de Ardennenkoersen, Ronde van Namen, Triptyque des Barrages,…. Het jaar dat daar op volgde werd ik 5e in een grote koers in Zwitserland. Dan gaat er natuurlijk wel een belletje rinkelen.”
Jij woont in De Haan, aan de Belgische kust. Niet lastig om je klimvermogen te trainen?
Serge Pauwels: “Voor mij werkt het op 2 manieren. Ik werk veel in blokken op het vlakke en als je een vermogensmeter hebt, dan kan je ook daar al juist bepalen welk vermogen je moet duwen. Na een periode van vlakke trainingen ga ik altijd een week op stage naar Calpe, Spanje, of Lucca, Italië, om bergop te rijden. Mijn trainer woont in de buurt van Pisa en de ploeg heeft er accommodatie. Dat is handig. En Toscane is natuurlijk prachtig om te trainen. Ik heb ervoor gekozen om niet permanent in het buitenland te wonen, maar ik ga dus wel geregeld op een korte stage. Als je een week intensief in de bergen kunt trainen, is dat wel genoeg. Die aanpak werkt voor mij het beste.”
Waarom heb je hoogtestages geschrapt?
Serge Pauwels: “Je lichaam moet zich telkens weer aanpassen aan de hoogte en als je terugkeert van een hoogtestage ben je toch altijd een paar dagen vermoeid. Je verliest altijd wat rendement en ik ben iemand die net heel wat training nodig heeft om goed te zijn. Dan kies ik liever voor afgelijnde klimtrainingen van een week.”
Jij gebruikt ook de 2INpowermeter van Rotor, hé? Welk belang heeft die bij je trainingen en wedstrijden?
Serge Pauwels: “Rotor is een belangrijke sponsor van het team en eerlijk gezegd zou ik hun powermeter niet meer kunnen missen. Die hartslagmeter vind ik niet zo belangrijk, maar zonder een powermeter kan ik niet. Ik ben een echte controlefreak geworden en met dat ding kan je je opbouw volledig controleren. Al die blokken van 5, 10, 20 minuten tot zelfs een uur lang, kan je met een powermeter exact bijhouden. En die 2IN van Rotor is ook echt betrouwbaar. Al mijn trainingen zijn daarop gebaseerd.”
Welke informatie gebruik je daaruit en waarom?
Serge Pauwels: “Als ik interval doe, dan staat er op mijn schema hoe hard ik precies moet duwen. Maar mijn trainer Jonathan Baker analyseert ook veel andere zaken, zoals het gemiddelde vermogen, links-rechts balans, vermoeidheid over de tijd heen, etc.. Best wel boeiend eigenlijk.”
Hoe kijk je terug op de Tour van vorig jaar, met die 2e plaats op de Mont Ventoux als uitschieter?
Serge Pauwels: “Ik ben best tevreden. Mijn seizoensdoel was een rit winnen in de Tour en me kwalificeren voor de Olympische Spelen. Die Tourzege is er net niet gekomen, maar op een bepaald moment moet je vrede nemen met wat je wel hebt bereikt. En uiteindelijk ben ik naar de Spelen gemogen omdat de bondscoach me sterk zien rijden heeft in de Tour. En er was het succes van de ploeg, met onder meer 4 etappezeges van Mark Cavendish. Het was een Tour om nooit te vergeten.”
Heeft dat de drang aangewakkerd om te presteren in de grootste koers van deze planeet?
Serge Pauwels: “Ik heb in ieder geval geleerd dat ik niet moet afwijken van mijn eigen recept en gewoon moet blijven koersen zoals ik de voorbije jaren heb gedaan. Als het op een gegeven dag allemaal meezit, zal het wel eens lukken. Daar hoop ik op. En ik heb er ook alle vertrouwen in.”