Het WK Wielrennen op de weg in Leuven leverde geen Belgische triomf op en toch mag een Belg in 2022 de regenboogtrui over zijn schouders draperen. Tim Celen (23) werd in juni 2021 in het Portugese Cascais wereldkampioen in de categorie MT2. Tel daar nog 3 keer goud, 2 keer zilver en 2 keer brons in de World Cup bij en je beseft dat hij uit bijzonder hout gesneden is. Maar daar houdt het niet bij op. Op de Paralympische Spelen haalde Celen brons en zilver. Absolute wereldtop in het landelijke Ham.
Eeuh, categorie MT2? Elite, vrouwen en junioren, dat wel, maar MT2. Tim werd in Cascais wereldkampioen in het G-wielrennen. Net als bij G-sport wordt in het G-wielrennen – aan de hand van de beperking – een atleet in een bepaalde categorie ingedeeld. Een beetje als de gewichtscategorieën bij bepaalde sporten. Op die manier kan de atleet zich meten met een atleet die evenwaardige prestaties kan neerzetten. MT2 is een categorie voor atleten met een beperking of meerdere beperkingen waardoor ze met een tricycle moeten rijden. Celens beperking wordt veroorzaakt door cerebrale parese of hersenverlamming bij zijn geboorte. Hierbij ontstaat een storing in het hersendeel dat instaat voor de motorische sturing of de sturing van de spieren. “Bij mij functioneert het rechterdeel van mijn lichaam niet naar behoren”, duidt de Limburger. “Ik heb niet alleen minder kracht maar ook de coördinatie is rechts minder dan links en ook mijn evenwicht is niet optimaal.”
Toch weerhield dat Celen er niet van om als jong ventje te gaan voetballen. Terwijl hij aanvankelijk nog bij de validen aan de slag was, maakte hij naderhand de overstap naar het G-voetbal. Toen hij via zijn club Avalympics uit Geel met wielrennen in contact kwam, ging er een andere wereld voor hem open. “Al gauw merkte ik dat ik sneller was dan de rest en startte ik met competitie,” vertelt hij. “Ondanks mijn jonge leeftijd wist ik oudere tegenstrevers achter mij te laten. Aanvankelijk diende ik me te beperken tot recreatieve wedstrijden, maar op 17-jarige leeftijd (de minimum leeftijd voor internationale wedstrijden, red) kon ik me meten met buitenlandse toppers.”
Trainen aan 35 km/u
Meteen was dit ook het startpunt van een, nu al, indrukwekkende carrière. Maar het gaat niet vanzelf. Ook in G-sport is de professionalisering een feit. “Veel mensen denken bij het horen van de term G-sport al gauw aan de Special Olympics. Met alle respect voor die sporters, maar wij zitten op een ander niveau”, gaat Celen verder. “Special Olympics is voor sporters met een verstandelijke beperking, Paralympics zijn er voor sporters met een fysieke beperking. Bij ons is het al lang geen leuke bezigheid meer waar deelnemen belangrijker is dan winnen. Wij moeten net als wielrenners uit de WorldTour tot het gaatje gaan. Zonder specifieke voorbereiding en professionele omkadering kan je tegenwoordig de top niet meer bereiken. Dit is keiharde topsport!”
De renner van het Zuid-Limburgse Davo-KZLWC wordt ondersteund door Parantee-Psylos, de officiële sportfederatie van de G-sport. “Met topsportcoördinator Steven Van Beylen en mijn trainer Remko Meeusen wordt mijn jaarprogramma besproken”, klinkt het. “Aan de hand daarvan stelt Remko mijn trainingsprogramma op, waardoor ik op de juiste momenten kan pieken.” Wie dacht dat hij daarbij vooral wat kilometers afhaspelt, komt bedrogen uit. “Voor ontspannen ritjes van zowat 80 à 100 km trek ik geregeld op met de jongens van WTC Moderne uit Deurne (een deelgemeente van het Vlaams-Brabantse Diest, red). Die houden een tempo van zowat 32 tot 35 km/u aan. Op mijn tricycle moet ik in de bochten natuurlijk meer inhouden, maar de mannen wachten graag op mij.”
Tempoblokken
“Onze wedstrijden zijn 40 à 50 km lang. Langere afstanden rijden op training heeft geen zin. Ik moet specifiek trainen, tempoblokken hebben voor mij geen geheimen meer”, voegt Tim daar aan toe. Of hij dan niet eens iets geks wil doen op de fiets, zeg maar de Mont Ventoux of de Alpe d’Huez beklimmen? “Wanneer ik gestopt ben met topsport is daar nog tijd genoeg voor. Nu is dat niet productief en focus ik me er op om op die korte afstand er alles uit te persen”, lacht hij. “Ik train nu zowat 300 à 400 km per week. Tijdens trainingsstages loopt dat op tot 500 km Het is soms zo al gek genoeg. In Tokio lag het kleddernat. Maar in de afdalingen gingen we toch 60 à 65 km/u. Ik durf gerust toegeven dat het soms met de ogen en de billen dicht was.”
De resultaten hebben er alleszins voor gezorgd dat Celen het elitestatuut kreeg bij Parantee-Psylos en vanaf nu dankzij een contract bij Sport Vlaanderen als een echte prof door het leven gaat. Na Tokio ging gedurende 3 weken de riem eraf. Een pintje drinken, genieten en rusten was de boodschap. “Maar daarna ging het leven weer verder. Dat betekent: trainen en het voedingsschema volgen. Het lichaam weer opbouwen moet op de juiste manier gebeuren.”
Net als bij de moderne prof kan Celen niet voorbij aan krachttraining. Hiervoor kan hij terecht bij kine Dries Jacobs. Die maakt deel uit van het team van Wim Vandeven, een referentie die kan tellen. Ook kan Celen een beroep doen op sportpsycholoog Jan Dierens. 1 ding is duidelijk: Tim Celen is een profsporter met een duidelijk doel: de beste van de wereld zijn en blijven!
3 minuten 13 seconden op de Poggio
Voor het volgende jaar zijn de Wereldbekers en vooral het WK de doelen. Hoewel hij erg veel kracht heeft, blijft zijn focus op de weg gericht. “Tijdrijden is uiteraard erg belangrijk, maar ook een specialiteit op zich. Wanneer mijn explosiviteit wat afneemt, kan ik me misschien meer op die discipline richten. Maar momenteel ligt de wegrit me beter. Ik ben Wout Van Aert niet”, lacht hij. In 2024 staan de Paralympics in Parijs met stip aangeduid. Na brons en zilver volgt er logisch gezien goud. “Daar droom ik inderdaad van. Ik zal er alles aan doen om dat te behalen”, besluit hij. De glinstering in zijn ogen verraadt dat hij het meent.
Celens gegevens op Strava zijn niet publiek. Maar wie zich graag even meet met hem, geven we toch zijn tijden mee op het bekende Grasbos in Diest. De hele klim – de volledige ‘Poggio’ – doet hij in 3 minuten 13 seconden en over het steilste stuk doet hij 1 minuut en 10 seconden. Op een fiets van 13 kg die compleet tegenwringt in de haarspeld halfweg… Ga er maar aan staan.