Na meer dan 2 en een halve maand crossen is het tijd voor een rapport van de veldkoningen. Wie voldeed aan de verwachtingen en wie niet? Onze kenner Carl Berteele stelt zijn top 10 op en geeft tekst en uitleg.
1. Mathieu van der Poel: 9
Carl Berteele: “Ik weet niet of ik daar nog veel aan moet toevoegen. Hij is op dit moment dé man. De comeback na zijn blessure dit jaar is nog straffer dan die van vorig jaar. Nu was er amper 1 dipje, de Koppenbergcross, en er is vooral de manier waarop hij crosst. Ik heb het nog gezegd: zowel hij als Wout rijden bij de profs zoals ze dat bij de beloften deden. Onmiddellijk hoog tempo, de tegenstander versmachten en een uur volle bak. Ik vermoed dat Mathieu ook sterker is geworden, kijk naar Gavere. Dus als hij straks in Francorchamps, Overijse en Namen ook blijft winnen, gaan er niet veel duels meer komen. Maar… er resten nog drie weken, dus we zijn nog zo ver niet!”
Carl Berteele: “Sterk seizoenbegin, een wereldkampioen waardig. Op kop in de wereldbeker en in de DVV-trofee; tweede in de Superpestige; maar niet meer dominant sinds Mathieu er ook bij is. De technische omlopen en snelle crossen van de voorbije weken zijn niet echt zijn ding; maar zowel in Valkenburg als in Gavere werd hij toch ook geklopt. De drie lastige klimwedstrijden die er nu zitten aan te komen moet ie aangrijpen om de hiërarchie te herstellen. Want omdat ze beiden aan de start zullen staan in de losse cross van Overijse, kun je die best ook maar meetellen als waardemeter. Dus op 18/12 zullen we meer weten en dan is de volgorde van nu misschien wel weer om te keren.
3. Laurens Sweeck – Kevin Pauwels – Toon Aerts: 6,5
Carl Berteele: “Laurens is goed bezig, komt af en toe eens piepen bij die 2 en bouwt rustig verder. De groei zet zich stelselmatig door, ik zie dat graag gebeuren. En Neerpelt en Hasselt toonden aan dat hij ook kan winnen als de kans zich voordoet. Ik weet wel dat Kevin nog niet heeft gewonnen, maar hij is op weg om dé nummer 3 te worden. De regelmaat laat zich de jongste weken voelen, hoewel de killer in hem wat is gedoofd. Waar is zijn goede start naartoe en waarom bijt hij zich niet meer vast in iemands wiel? Pauwels moet altijd terugkomen en op 32 jaar begint dat te wegen…. Aerts is dan weer de Europese kampioen en dat was toch een ferm statement in Pontchâteau. Gavere bracht zelfs de bevestiging en dat moet de volgende drie weken toch ook weer wat meer gaan gebeuren. Ook hij is niet echt gediend met die turbowedstrijden, maar dat dit een rijpe jongen is voor de veldritsport is duidelijk.”
6. Tom Meeusen en Michael Vanthourenhout: 5,5
Carl Berteele: “Voor Meeusen is dit een veel te onregelmatig seizoen, hoewel hij wel overweg zou moeten kunnen met die technische omlopen. Waarom kan hij daar niet meer het verschil mee helpen maken? Hoe komt het dat hij zich zo vaak opblaast in de eerste 3 of 4 ronden? Ik moet eerlijk zeggen dat ik meer van hem had verwacht. De terugval van Vanthourenhout na een prima seizoensbegin is logisch, denk ik. Niet alle jonge gasten verteren alles even goed en/of snel. Maar hij heeft zich wel al gemanifesteerd en mee de ploeg op de kaart gezet, dus laat hem maar zo verder stappen zetten. Hij had inhoud als belofte, dat kan niet weg zijn. En laten we ons niet laten verblinden door die gigantisch goeie 2 renners en de kloof die zij veroorzaken.”
8. Klaas Vantornout – Gianni Vermeersch – Jens Adams – Tim Merlier – …: 5
Carl Berteele: “Ze brengen te weinig, en de ene heeft daar een andere reden voor dan de andere. Maar er zijn ook te weinig uitschieters, te weinig regelmaat, te veel missers, te weinig aanwezigheid. Kortom, werk aan de winkel als ze nog willen opschuiven in de ranking. En dat geldt ook voor Joeri Adams, Dieter Vanthourenhout en Vincent Baestaens. En van de niet-Belgen charmeren alleen maar Corné van Kessel en Clément Venturini; met af en toe eens David van der Poel, uiteraard in afwezigheid van Lars van der Haar. Maar ook weer niet elke week. En het moet echt passen op een voor hen geliefkoosd terrein en in een heel goeie dag. Dat is nu nog niet het geval, ook al blijf ik zeggen dat we eigenlijk moeten beginnen tellen ná Mathieu en Wout. Maar zelfs dan kijken we te weinig op van hun prestaties. Het is te maximaal een top 10-plaats voor deze gasten en dat mag dus gerust meer zijn.”
Fotomateriaal: Davy De Blieck.