Januari. Wielerwedstrijden aan het andere eind van de wereld, de laatste stageweken in Spanje en niet te vergeten: fonkelende ploegvoorstellingen. Met de bijhorende prognoses. Voor Team LottoNL-Jumbo was het wielerjaar 2015 er eentje om snel te vergeten. Een jaar ook om aantal belangrijke lessen uit te trekken, meent technisch directeur Nico Verhoeven.
Team LottoNL-Jumbo kwam in 2015 bijzonder bleek voor de dag. Slechts 8 zeges met weinig glans op de teller. 2 kleine ritzeges voor Moreno Hofland, kermiszeges in de Acht van Chaam en de Profronde van Zevenbergen,…. Het was de late ritzege van Bert-Jan Lindeman in de Ronde van Spanje die het seizoen ternauwernood wat blos op de wangen gaf. Stof tot nadenken dus voor de ploegleiding.
In 2016 rust het geweer op een andere schouder en werkt de ploeg bewust met een ‘groeicurve’, waarvan de horizon op 2018 is vastgelegd. Technisch directeur Nico Verhoeven legt uit: “Als jonge ploeg willen we de komende drie jaar gestaag doorgroeien. Uit 2015 hebben we geleerd dat we niet op korte, maar op middellange termijn moeten werken. We willen dan, in 2018, graag schitteren met onze youngsters. Begrijp me echter niet verkeerd: groeien kan enkel door te winnen. Te beginnen in 2016. Dit doen we met zowel een sprint- als een klassementstrein én een klassieke kopman.”
Jong sprintgeweld
Verhoeven: “Het Europese circuit staat bol van kleinere rittenkoersen, waar we een 3-tal topsprinters regelmatig voor de zege willen zien gaan. Moreno Hofland heeft het potentieel om op zijn 24e veel meer dan slechts 2 keer op een jaar toe te slaan. Dylan Groenewegen kwam over van Roompot Oranje Peloton en toonde in september in de Arnhem-Veenendaal Classic en in de Brussels Cycling Classic dat hij er enkele topsprinters kan opleggen. Samen met Tom Van Asbroeck, die naast sprinter ook een uitstekend klassiek renner is, zijn zij onze speerpunten voor de sprint. Deze snelle jongens willen we zo goed mogelijk de finale in loodsen, afzetten in de laatste 200 meter en krachtig lanceren. Dat is de taak van onze sprinttrein, die we al tijdens de eerste ploegstage in december op de rails zetten.”
Alle hoop op één man
Verhoeven: “Vorig jaar brachten de voorjaarsklassiekers geen indrukwekkende resultaten. Sep Vanmarcke kende een tegenvallend jaar en wist daardoor enkel in Gent-Wevelgem een top 10-notering uit de brand te slepen. Vorig jaar was echter een uitzondering: hij was goed, maar werd meermaals door pech genekt. We zijn ervan overtuigd dat hij dit seizoen opnieuw kan aanknopen bij zijn prestaties uit 2014 (toen hij 3e werd in de Ronde van Vlaanderen en 4e in Parijs-Roubaix, red.). In Vlaanderen rijdt de hele ploeg in steun van Sep. We trokken jonge talenten met een klassiek profiel aan zoals Twan Castelijns, die Vanmarcke van dienst zullen zijn. Net zoals Timo Roosen en Mike Teunissen zien we hem als knecht graag doorgroeien tot een geroutineerd renner voor het Vlaamse voorjaar.”
“Vanmarcke (die in november een polsoperatie onderging, red.) start dit jaar eens niet in de Omloop Het Nieuwsblad. Van ons krijgt hij met Milaan-Sanremo een eerste doel om naar toe te werken. Het is niet zijn favoriete koers, maar we verwachten wel dat hij daar dicht kan eindigen. In de weken die volgen hopen we dat hij een langverwachte prijs kan pakken. Let op: wint hij in de E3 Prijs Harelbeke of in Gent-Wevelgem, dan is zijn voorjaar al geslaagd. Maar Vlaanderen en Roubaix, dat zijn nu eenmaal koersen die hem op het lijf geschreven zijn.”
Een gooi naar het podium
Verhoeven: “Voor de grote rondes hebben we twee ervaren kopmannen in huis: Robert Gesink en Steven Kruijswijk. Het programma van Gesink spitst zich in de eerste plaats toe op de Ronde van Frankrijk. Hij treedt aan in de rondes van Catalonië en het Baskenland, waar hij resultaat wil neerzetten in de aanloop naar de Waalse klassiekers. In de zomer combineert hij de Tour met de wegrit in Rio, en mogelijk volgt in september dan nog de Vuelta. Dat lijkt een zware combinatie, maar hoeft dat niet te zijn. Blijkt dat hij in Frankrijk niet bij machte is om een goed klassement te rijden, dan moet hij zich richten op ritzeges en, enkel dan, verwachten wij hem later ook in Spanje.”
“Steven Kruijswijk sturen we opnieuw naar de Giro d’Italia. Hij heeft de voorbije jaren al meermaals laten zien dat hij perfect kan pieken naar de maand mei. Alleen is het doodjammer dat hij in de Giro van 2015 in een relatief simpele rit (4e etappe: Chiavari-La Spezia, red.) meer dan 8 minuten verliest op de andere klassementsrijders. Wordt hij daar niet uit het peloton gelost, dan rijdt hij misschien wel top 3. De 7e plaats van vorig jaar moet de basis zijn om een gooi te doen naar het podium. Steven rijdt nadien ook nog de Vuelta.”
Eersterangsknechten
Verhoeven: “In steun van Gesink, Kruijswijk en Kelderman hebben we een aantal mooie versterkingen kunnen aantrekken. Zo maakt de Sloveen Primoz Roglic, die in 2015 de rondes van Azerbeidzjan en Slovenië won, voor ons zijn debuut op WorldTour-niveau. Roglic was tot 2 jaar geleden nog actief als professioneel schansspringer, maar heeft sindsdien een fantastische evolutie doorgemaakt. Hij kan en zal dus nog heel wat progressie boeken. Afwachten wat hij op het hoogste niveau vermag. Hij vangt het seizoen Down Under aan en rijdt de Giro in steun van Kruijswijk.”
“Ook Enrico Battaglin komt in Apeldoorn aan de start. Battaglin wist zowel in 2013 als in 2014 al een ritzege mee te pikken in de Giro. Gezien hij overkwam van het bescheiden Bardiani-CSF moet ook hij in onze rangen hoger kunnen mikken. Niet alleen in dienst van een kopman, maar ook als smaakmaker in de Amstel Gold Race, de Waalse Pijl of Luik-Bastenaken-Luik. Ik ben heel benieuwd naar wat hij daar kan. Het is immers ons enige manco: in de Waalse klassiekers hebben we geen afmakers. Voor het overige willen we in 2016 op alle fronten meestrijden. En winnen, als het even kan.”
Fotomateriaal: Team LottoNL-Jumbo