4 keer Greg Van Avermaet en 2 keer Philippe Gilbert, dat was kicken, hé, in 2017 tijdens het klassieke voorjaar. Verlekkerd keken we met z’n allen uit naar wat 2018 zou brengen in de wetenschap dat bijvoorbeeld de goudeerlijke Van Avermaet al waarschuwde dat dat huzarenstukje overdoen wellicht moeilijk zou zijn.
En dat is ook gebleken, want anderen hebben dat eerder ook al ondervonden: zo’n boerenjaar, dat doe je maar 1 keer. Davide Rebellin in 2005, Philippe Gilbert in 2011 en Tom Boonen in 2012. Dat zijn van die uitschieters, je moet daarvan genieten op het moment zelf, want geen koers is 2 jaar na elkaar dezelfde, tenzij je misschien Alejandro Valverde heet – en dan nog, of Yves Lampaert!
Van Avermaet en Gilbert zijn deze keer vervangen door Niki Terpstra en Peter Sagan, maar net iets minder: 4 keer gewonnen in de klassiekers tegenover 6 vorig jaar. Terpstra werd wel de verpersoonlijking van het Vincere Insieme van QuickStep, de roedel van de Wolfpack had een leider. Dachten we. En Gaviria dan? En Viviani dan? En Lampaert? En Richeze? En Cavagna? En Jakobsen? En Hodeg? En Mas? En Schachmann? En Alaphilippe ? En Jungels? En weet je wat nog: Gilbert en Stybar wonnen zelfs niks….!
De LED van Tim
Het is dus een blauw boerenjaar geworden en geen zwart-geel-rood. Tiesj en Tim en Yves, met die drie – belangrijke – zeges moeten we het doen. De Strade Bianche was wel fenomenaal: dé stap vooruit van Benoot. Chapeau! En dat in combinatie met de gigantische ontbolstering van de klasbak Wout Van Aert. De moderne versie van Roger De Vlaeminck, quoi. Knap ook van Yves Lampaert in Dwars door – regen – Vlaanderen. Hét voorbeeld van de Flandrien, mooi dat ie zichzelf opvolgde. Maar het was een te schaars lichtpuntje in ons voorjaar. Wellens deed er nog 1 LED-verlichting bij in de Brabantse Pijl – formidabele inspanning die veelbelovend was. Maar hij bleek uiteindelijk niet bestand tegen de warmere weken die volgden.
Het heeft gespeeld hoor: de kou en de nattigheid van februari-maart plus daarna de zon van april. Je moet het als afgetrainde, scherpe coureur allemaal maar zien te verteren. En dus een verscheidenheid aan winnaars: verdeelde topfavorieten en niet altijd dé kandidaat-winnaar die het afmaakte. Geen Valverde voor de geschiedenis, o zeges voor Golden Greg, Sagan voor 2 en niet-outstanding over de hele lijn, Vanmarcke die nog een jaar moet wachten, Naesen met een pechreeks, Stuyven is een regelmatige top 10-renner, maar geen winnaar,….
En nu?
Maar hebben we genoten? Oh, ja! Het Vikingkopje van Valgren, de Denen rukken op. Vincenzo Nibali in Sanremo, de ronderenner die aanviel op de Poggio en standhield om een klassiek monument te winnen. Het lekker ouderwets gaan van Terpstra in de Ronde van Vlaanderen. De demarrage van Sagan in Parijs-Roubaix op een tussenstuk. Niet verkeerd bedoeld: de tranen van Viviani in Wevelgem. De Muur van Hoei met amper 5 kandidaat-winnaars in de steile bocht van 19%. En de jus in de benen van Jungels gisteren – maar waar was die in de Gold Race en in de Waalse Pijl? Gespaard voor Luik? Conditie opgebouwd in de luwte? Als het dat was, dan is dat knap gespeeld van QuickStep Floors.
Op naar 2019! Greg die toch nog een monument wint? Vanmarcke die opschuift op de podiumtreden? De echte doorbraak van Naesen en Stuyven? Wout vol voor de weg? Maar straks eerst nog enkele ritzeges in de grote rondes…. Laat maar komen !