Ferre Debloudts (18) is net terug van stage in Calpe, Spanje, en binnen 2 weken vertrekt hij al terug met de ploeg. Dat had de 1e jaars belofte van het Aluvano Development Team zich een paar jaar terug wellicht niet kunnen voorstellen. Hij combineerde tot 2016 immers ijshockey met motorcross.
Ferre Debloudts begon op 4-jarige leeftijd met ijshockey en heeft dat tot zijn 16 met heel veel plezier gedaan. “Ik ben begonnen als veldspeler maar zag al heel snel de interesse om in de goal te staan als keeper. Ik was nooit slecht in wat ik deed en maakte veel plezier. Toen ik bij de U16 kwam, heb ik verschillende trainingen meegedaan met het nationale team en nam ik ook deel aan een toernooi in het buitenland. Veel stelt dat helaas niet voor, want ijshockey is heel klein in België. Ik ben in de zomer van 2016 beginnen fietsen en nam deel aan 3 koersen, waar ik er 2 van uit reed met minimale training. Het intrigeerde me zo hard dat ik nooit meer ben teruggekeerd naar het ijs.”
“Samen met ijshockey deed ik ook aan motorcross. Ook dat deed ik heel graag, hoewel ik er weinig talent voor had. Om mijn conditie voor het motorcrossen te verbeteren, ging ik elke week een keertje 2 uurtjes mountainbiken. Puur voor het plezier ging ik in april 2016 een keertje een MTB-toertocht meerijden en zo is de bal aan het rollen gegaan. In 2016 ben ik ook naar Tenerife op reis geweest en ik had mijn fiets meegenomen. Daar heb ik dan de Teide opgereden en had ik snel door dat ik best wel bergop kon met een fiets.”
Grote motor
Debloudts traint nu onder Filip François, de coach van MTB-topper Githa Michiels. “Sinds Filip mij traint, heb ik enorme stappen gezet”, erkent de 18-jarige Nijlenaar. “Voordien deed ik maar wat ik dacht dat het beste was. Door die trainingen ben ik mooie waardes beginnen trappen. Zeer recent heb ik een tijdens een 20 minutentest een gemiddelde van 5,6 watt/kg getrapt, wat blijkbaar toch wel veel is, terwijl er nog een kilo of 3 lichaamsgewicht af kan. Filip zegt dat ik beschik over een grote motor. Maar koersen is niet alleen trappen, en dat is afgelopen seizoen gebleken. Ik heb veel beginnersfouten moeten bekopen en dat gaat als 1 e jaars belofte zeker nog gebeuren. Al hoop ik dat uiteraard zoveel mogelijk te beperken.”
Wat voor coureur is Debloudts. Heeft hij daar al zicht op? “Ik heb mezelf deels al wel ontdekt, maar nog niet helemaal. Ik zie mezelf als allrounder die hard bergop kan, maar ook hard kan rijden op vlakke omlopen. Mijn allergrootste zwakte is mijn spurt. Daardoor heb ik aan de meet al een aantal overwinningen moeten laten liggen. We werken er natuurlijk wel aan, maar het zal nooit een sterk punt worden. Filip ziet me als pure tijdrijder, hoewel ik in een tijdrit nog niets bewezen heb. We zijn momenteel hard aan het werken aan mijn tijdrithouding. Als die in orde is, kunnen we op dat vlak verder werken.”
Cras en De Plus
Natuurlijk is de ultieme droom om profrenner worden. “Een procontinentale ploeg zou al ontzettend mooi zijn”, vindt Debloudts. “Maar ik zou me ook blijven inzetten als continentaal renner. Ik kijk bijvoorbeeld enorm op naar Steff Cras en Laurens De Plus, want zij zijn ongeveer hetzelfde type renner als ik. Ook Ben Hermans en Serge Pauwels zijn de renners waar ik mezelf een beetje aan wil spiegelen. Mijn doelstellingen dit seizoen zijn niet al te groot. Ik wil goed meekunnen in grote koersen en af en toe mezelf eens tonen. Ik ben ook niet vies van te werken voor ploegmaats als die in een klassement kans maken op een ereplaats. Resultaten ga ik er echter niet opplakken. We zien wel waar we uitkomen.”