Medio 2018 begon hij aan zijn profcarrière bij Lotto Soudal, maar dat liep niet van een leien dakje voor Harm Vanhoucke. Een half jaar later lijkt hij weer de oude en maakt hij een vuist om straks weer te laten zien hoe goed dat toptalent van bij de beloften wel kan koersen.
Zijn profdebuut – in het 2e deel van 2018 – viel in het water. Het werd een verloren half jaar voor de 21-jarige Aalbekenaar. “De problemen met die bloedarmoede begonnen al voor mijn profcontract inging, maar we dachten natuurlijk dat het sneller in orde zou komen”, opent Harm Vanhoucke. “Ik ging mee op hoogtestage en leek er wel klaar voor, maar mijn lichaam was daar duidelijk niet van hersteld. Dat heeft me eigenlijk de rest van het seizoen gekost. Ik heb dan een week of 3-4 vrij genomen en dat had ik echt wel nodig.”
“Mentaal was het ook niet altijd makkelijk geweest, want bij de beloften had ik altijd gedomineerd en dus lagen de verwachtingen meteen hoog. Niet zozeer van de ploeg uit, maar enerzijds wel van buitenaf en anderzijds had ik ook wel bepaalde verwachtingen die ik niet kon inlossen. De gesprekken met de mental coach van de ploeg, Nathan Kahan, deden in dat opzicht wel deugd.”
Wellens
Alsof het lot ermee gemoeid is, liep het ook al verkeerd in zijn seizoensopener. “Begin februari kwam ik aan de start van de Trofeo Andratx-Lloseta in Mallorca. Ik voelde me vooraf al ziek, wist dat er niet veel ging inzitten. Dat ik moest afstappen, was dus geen echte verrassing. Maar kom, het gaat nu weer beter. Ik ben nu weer vol aan het bouwen naar de Ruta del Sol in Valencia, waar ik in dienst zal rijden van Tim Wellens en Jelle Wallays, die gerecupereerd is van zijn val in Argentinië.”
“Afhankelijk van hoe zij voor de dag zullen komen, zal ik mijn rol ingevuld zien. Misschien kan ik wel eens mee in de vroege vlucht. Daarna reis ik door naar de Ronde van Catalonië en doe ik de Ronde van Turkije, waar ik normaal zeker eens mijn eigen kans zal mogen gaan.”
Geen Waalse klassiekers
Een Waals voorjaar gaat Vanhoucke voor alle duidelijkheid niet rijden. “Het is een keuze van de ploeg, maar rouwig ben ik er niet om”, bekent Vanhoucke. “Brabantse Pijl, Waalse Pijl en Amstel Gold Race zijn in principe te explosief voor mij. En Luik-Bastenaken-Luik is 260 km, als debutant is dat geen cadeau. De ploeg wil me vooral uitspelen in het kleinere rondewerk. Ik denk dat ik voorlopig beter mik op etappewinst daar dan op ervaring opdoen in een loodzware klassieker. Daar heb ik nog jaren genoeg voor.”
Een grote ronde is misschien wel al aan de orde. “Ik hoop een beetje om de Vuelta te mogen rijden, maar veel zal afhangen van hoe het seizoen verloopt. Na het voorjaar doe ik Romandië en de Dauphiné. Daarna is er rust gepland en kan ik misschien beginnen opbouwen. Normaal moet ik die 3 weken Vuelta aan kunnen. Niet à bloc, maar wel als ik er een paar dagen uitpik en andere dagen bewust in de grupetto blijf zitten. Sowieso zal ik er dan beter uitkomen en dat is alleen maar positief voor mijn ontwikkeling.”
Plan
2019 wordt een leerjaar, 2020 het jaar dat zijn contract afloopt. “De ploeg verwacht dat ik gewoon bekijk wat ik kan doen, maar ik wil zelf wel heel graag bevestigen, zeker bergop. Dan kan ik voor volgend jaar al zien waar ik wil gaan pieken en waar ik mooie resultaten wil neerzetten. En dan heb ik het echt over uitslagen en klassementen, want wattages en sterker worden hebben geen betekenis als je maar als 25e over de meet komt.”
Qua prestige is het voorjaar misschien aantrekkelijker, maar…. “De grote rondes worden voor mij sowieso iets voor etappes te proberen winnen, want de opofferingen voor een goed klassement zijn echt héél groot. Voor de rest moet ik mezelf nog wat ontdekken. Lastige 1-dagskoersen à la Luik-Bastenaken-Luik en Ronde van Lombardije (die hij in 2016 won, red) kon ik bij de beloften goed aan, maar ook de rondes liepen goed. Het is nog een vraagteken waar voor mij de meeste mogelijkheden zullen liggen.”
Fotomateriaal: Joeri De Coninck.