In de muziekwereld duiken ‘one-hit wonders’ wel eens vaker op, maar in het wielrennen vormen ze een zeldzaamheid. Zoals Natalie Imbruglia in 1997 de wereldhit ‘Torn’ uitbracht en daarna in een fase van radiostilte belandde, zo won Oliver Zaugg in 2011 plots de Ronde van Lombardije. De enige profzege in de carrière van de Zwitser, was meteen een monument.
Oliver Zaugg groeide op in de generatie van Fabian Cancellara, die hem in 1999 al klopte op het nationaal kampioenschap bij de junioren. In 2004 werd hij prof bij Saunier Duval en enkele behoorlijke prestaties in rittenwedstrijden deden vermoeden dat hij op een dag wel eens voor een grote ronde zou kunnen gaan. Toch bleef het etiket van eeuwige belofte lang op zijn naam plakken. Een 28e plaats in zijn Ronde van Lombardije in 2006 was zowat de beste prestatie van de toen 25-jarige Zwitser.
Bij Gerolsteiner kwam Zaugg wat meer aan de oppervlakte. Hij werd 15e en 11e in de Vuelta en bleek altijd van waarde te zijn wanneer de wegen bergop liepen. In de 1-dagswedstrijden stond hij Rebellin en in mindere mate Wegmann en Schumacher bij met relatief veel succes. Bij Liquigas werden Basso en Nibali zijn kopmannen. Zaugg reed eigenlijk zijn hele carrière in dienst van anderen. Opvallend: in Lombardije stond hij er quasi elke keer als hij mocht starten: 28e in 2006, 20e in 2007 en 18e in 2009.
Wouter Weylandt
In 2011 werd de Zwitserse klimmer bij Leopard Trek herenigd met Cancellara. Hij beleefde het absolute dieptepunt van zijn carrière in de Giro-etappe richting Rapallo, waarin zijn ploegmaat Wouter Weylandt het leven liet. Na de 4e etappe, die ter ere van de Gentenaar werd geneutraliseerd, stapte Zaugg met zijn ploegmaten uit de wedstrijd. In de Tourploeg rond de Schlecks had hij geen plaats, dus reed hij degelijke klassementen bij elkaar in de Dauphiné (31e), Oostenrijk (17e) en Polen (15e). Na een tegenvallende Vuelta, waarin Zaugg niet dichter kwam dan een 6e plaats in een etappe, bleek de Zwitser in topvorm te zijn in de Italiaanse najaarswedstrijden. Hij werd 9e in Emilia, 8e in de Beghelli en 11e in Piemonte. In die laatstgenoemde koers werd hij 11e van een kopgroep van 11, dus daar leerde Oliver Zaugg dat hij nooit op zijn sprint zou moeten rekenen.
De herwonnen motivatie na de dood van Weylandt, de vorm van zijn leven en de lessen getrokken in Italië maakten wellicht dat Oliver Zaugg op zaterdag 15 oktober 2011 voor de aanval koos op anderhalve kilometer van de Villa Vergano. Hij had de versnelling van Ivan Basso op de slotklim overleefd en rekende erop dat favorieten Joaquin Rodriguez en Daniel Martin naar elkaar zouden kijken. Zo geschiedde en tot zijn eigen grote verbazing schreef Zaugg een Monument op zijn naam.
In stilte weg
Na zijn overwinning in de Koers van de Vallende Bladeren reed Zaugg nog 5 jaar mee in het profpeloton. In de editie van 2012 eindigdeals titelverdediger 8e in de achtervolgende groep op Rodriguez. Echte uitschieters zou hij nooit meer bij elkaar rijden en op 1 oktober 2016 hing hij de fiets aan de haak. Zijn allerlaatste wedstrijd als prof werd Lombardije. Samen met de vallende bladeren, viel ook de eendagsvlieg in stilte weg.