Er is de voorbije maanden veel te doen geweest over de hervorming van de Wereldbeker veldrijden, die zijn intrede maakt in de winter van 2020-2021. De laatste punten en komma’s worden geregeld, want volgende week wordt de kalender bekendgemaakt. Tom Van Damme, de Belgische bondsvoorzitter, licht al een tipje van de sluier op. “We staan op een kruispunt, dit is een unieke kans om te internationaliseren.”
De WB-crossen zullen vanaf volgende winter georganiseerd worden door Flanders Classics. Belgian Cycling, de Belgische wielerfederatie, speelt echter een niet onbelangrijke rol in dit verhaal. “Ik zou eerder willen spreken van het Belgische veldrijden, want het is toch de sport in zijn geheel die wij uitdragen”, legt CEO Tom Van Damme uit. “De Belgische cross speelt hier een belangrijke rol in, want wij zijn, tussen aanhalingstekens, een wereldmacht. We spelen een belangrijke impact op het gebeuren – met het aantal crossen, het aantal ploegen en het aantal renners. Zodoende zijn wij als federatie ook een belangrijke partner.”
Dit seizoen doen de veldrijders 6 landen aan in de Wereldbeker: de Verenigde Staten (Iowa en Waterloo), Zwitserland (Bern), Tsjechië (Tábor), België (Koksijde, Namen en Heusden-Zolder), Frankrijk (Nommay) en Nederland (Hoogerheide). Zoals u wellicht al wist, zal dat in de winter van 2020-2021 heel anders zijn. “Wellicht worden er komende winter 14 Wereldbekermanches georganiseerd”, zegt Van Damme. “Dat is het voornemen. De laatste onderhandelingen worden gevoerd. Volgende week is de bekendmaking en zal alles officieel zijn.”