Op het WK in Dübendorf trok Mees Hendrikx uit Valkenswaard meer dan zijn streng, hij pakte er in het Oranjeshirt zelfs een bronzen medaille bij de beloften. Niet slecht voor een renner die zonder team zit. Een hoogst merkwaardig verhaal.
Mees Hendrikx heeft er een bijzonder sterk WK opzitten. “Het was een fantastisch weekend met een resultaat boven de verwachting”, lacht de 2e jaars belofte. “De week voordien tijdens de Wereldbekermanche in Hoogerheide had ik zonder die val in de laatste ronde wellicht op het podium gestaan. Daar voelde ik dat ik goeie benen had en dat kon ik doortrekken tot het WK. In een hele goeie dag zou ik daar 4e of 5e kunnen worden, dacht ik vooraf. Met ene top 10 had ik misschien ook al kunnen leven. Ik had echter een superdag in Dübendorf.”
“De start was nochtans dramatisch te noemen”, grijnst Hendrikx. “Ik kwam als 36e door de 1e ronde en dacht dat mijn WK al voorbij was, maar het was een zeer zwaar parcours en ik bleef mijn eigen tempo rijden. Dat kon ik lang aanhouden en voor mij hadden er een hele hoop zich duidelijk vergaloppeerd in de beginfase. In de 3e ronde viel op kop ook een beetje stil, waardoor ik aansluiting kon maken. En terwijl op het einde de meeste jongens door hun krachten heen zaten, voelde ik me nog redelijk fris.”
12 keer ziek
Hendrikx kende een niet zo schitterend 2019. “Tijdens het Nederlands kampioenschap van 2019 was ik zo diep gegaan dat ik even weg van de wereld ben geweest. Dat heeft een heel grote impact gehad op mijn weerstand. Ik heb die winter geen goeie wedstrijden meer gereden en tussen januari en augustus ben ik liefst 12 keer ziek geweest. Dan kan je niet echt van een goeie zomer spreken natuurlijk. Toen ik me klaarstoomde voor de crosswinter heb ik een blessure aan mijn knie opgelopen, waardoor mijn seizoensstart uitgesteld werd. En die blessure resulteerde dan weer in een vervelend rugletsel. Zo kwam het dat ik deze winter pas begin november begon te crossen.”
De belofte uit Valkenswaard deed dat in het shirt van Acrog-Balen BC, intussen omgetuned tot Tormans-Acrog. “Met voorzitter Jef Robert heb ik persoonlijk nooit contact gehad, maar mijn ploegleider vertelde me niet tevreden te zijn over mijn prestaties in 2019. En er was evenmin veel enthousiasme over het feit dat ik slechts een beperkt aantal wedstrijden had gereden, hoewel duidelijk was dat gezondheidsredenen hier aan de basis van lagen. Ik kon dus niet blijven in 2020, want er was financieel geen ruimte, werd me verteld.”