Geen mens die vooraf Ludovic Robeet (27) bovenaan de lijst kanshebbers voor Nokere Koerse had gezet, maar de Waal van Bingoal Pauwels Sauces WB verraste in het voorjaar vriend en vijand. Robeet genoot al wel wat bekendheid omdat hij graag in de aanval rijdt en dat ook vaak heel goed doet. Sinds Nokere is zijn populariteit enorm gestegen maar Ludovic Robeet blijft Ludovic Robeet. “Ik zal blijven werken voor de ploeg, dat is mijn job”, beklemtoont hij.
Op de openingsdag van de aan de gang zijnde Benelux Tour reed Robeet zich maandag op Friese bodem alweer in de kijker. “Ik kom terug van 2 maanden zonder competitie en heb enkel nog maar de Tour Poitou-Charentes in de benen, dus het is nog wat naar de beste vorm zoeken”, geeft hij toe. “Het was zeker geen doel om al meteen iets te doen, het zou sowieso moeilijk zijn met die wind. Maar beter vooraan koersen dan achteraan in een valpartij sukkelen, hé. Met al die waaiers zou dat niet eens een verrassing zijn, dus dan ben je gewaarschuwd.”
Het klassement in de Benelux Tour is zeker geen doel, meent Robeet. “Met die tijdrit op de 2e dag wist ik al dat zoiets moeilijk zou worden. Voor de rest zal het deze week werken worden voor de ploeg, al hoop ik op de slotdag richting Geraardsbergen, vlakbij mij thuis, toch eens stevig aan de boom te schudden”, klinkt het. “Vorig jaar heb ik het in die Binckbank-slotrit van Ottignies naar Geraardsbergen niet slecht gedaan, dus ik hoop er nu weer te staan.”
Bekende kop
Over zijn seizoen is Robeet uiteraard erg te spreken. Een boerenjaar gaan we het niet noemen, maar als je als aanvaller en zuivere knecht een overwinning kunt pakken in een sterk bezette koers als Nokere, dan mag je jezelf op de borst kloppen. Toch? “Als knecht is dat bijzonder mooi”, lacht Robeet een beetje ingetogen. “Op het moment zelf was ik gewoon erg blij met de winst, de gelukzaligheid van die zege kwam pas achteraf. Ook voor de ploeg was die overwinning toch belangrijk, het doet me plezier dat ik zo kan bijdragen aan het succes van Bingoal Pauwels Sauces WB.”
Aan de meet in Nokere kon je al merken dat de zege Robeet erg gegund was, en dat veel mensen hem ondanks zijn status als luitenant toch kenden. “Door vaak in de aanval te rijden”, gooit Robeet de verklaring meteen op tafel. “Sinds Nokere is mijn bekendheid wel nog wat toegenomen, dat moet ik toegeven. Mijn conditie wordt elk jaar beter, dus wie weet wat er nog te gebeuren staat de komende jaren.”
Geen klimmer
Wie de statistieken erbij neemt, merkt een opvallende 2e plaats van Robeet in het bergklassement van de Ster van Bessèges, vroeg op het huidige seizoen. “Is dat zo?”, glimlacht Robeet. “Geen idee, ik ben er nooit mee bezig geweest. Heb je mijn figuur al eens gezien? Klimmen is niet zo aan mij besteed. Het klopt wel dat ik in de aanval heb gereden en dus zal ik zo per toeval wat punten bijeen hebben gescharreld. Maar voor ambities met betrekking tot het klimwerk hoef je niet bij mij te zijn, hoor.” (lacht)
Robeet is een laatbloeier, geeft hij zelf toe. Un retardataire. “Ik ben altijd iemand geweest die een stapje later kwam dan de rest”, grijnst hij. “Bij de jeugd heb ik zelfs geen enkele koers gewonnen, mijn 1e overwinning boekte ik als 2e jaars belofte. Er is dus wel nog wat ruimte om sterker te worden, en daar werk ik ook aan. Maar als je ziet dat ik een lead-out kan zijn naast mannen uit de WorldTour…. Dat betekent dat toch ook al iets, hé.”