Ondanks een incidentrijke start werd Kiona Crabbé (20) in Middelkerke Belgisch kampioene bij de beloften. Nog meer goed nieuws volgde 2 dagen later: de Tiense renster van Crelan-Iko kreeg te horen dat ze als enige van haar categorie geselecteerd werd voor het WK in Fayetteville. WielerVerhaal sprak haar tussen haar examens door over dit Amerikaans avontuur. “Tegen de Nederlandse vrouwen zal niets te doen zijn, maar ik ga er alles proberen uithalen”, blikt ze vooruit.
Meer dan 10 jaar geleden kreeg Kiona Crabbé de veldritmicrobe over van haar grootvader. “Hij had zelf ook gekoerst, maar als slager had hij niet zoveel tijd, dus een bekendheid is hij nooit geworden”, vertelt de Vlaams-Brabantse. “Toch bleef hij van de sport houden en hij nam me elke week mee naar het vliegveld van Goetsenhoven. Daar trainden de renners van CT Olympia Tienen. Op een dag vroegen ze of ik ook eens wilde meerijden. Ik was amper 5 à 6 jaar en had daar nog nooit over nagedacht, maar de week erna stond ik met mijn fietsje klaar. Vanaf mijn 7e reed ik wedstrijdjes, eerst in Wallonië omdat je daar al eerder aan koersen kan deelnemen.”
Slechte start
En kijk, zoveel jaar later is Crabbé Belgisch kampioene. Al liep de wedstrijd niet van een leien dakje. “Mijn start is sowieso niet goed. Geregeld mis ik die, waardoor ik meteen achter de feiten moet aanhollen. We werken eraan, maar het blijft een pijnpunt”, geeft ze aan. “Bovendien kwam ik ook nog eens in botsing met een aantal rensters voor mij. Ik moest dus aan een achtervolging beginnen. Toen ik terug aansloot bij mijn rechtstreekse concurrentes volgde er weer een smak. Daarna kreeg ik ze weer in het zicht en ging ik erop en erover.”
Kiona Crabbé bouwde stelselmatig haar voorsprong uit en eindigde uiteindelijk als 8e in totaal. Toch houdt ze nog een klein beetje een dubbel gevoel over aan de race. “In de laatste ronde speelde ik op safe en nam ik geen risico’s meer. Achteraf vernam ik dat er ook een Belgische titel met bijhorende podiumceremonie was voor de 1e renster bij de clubploegen. Dat was Suzanne Verhoeven en die reed niet zo ver voor me uit. Nu goed, ik ben vooral tevreden met de titel bij de beloften. Op kampioenschappen was het voor mij vaak ‘net niet’, nu was het eindelijk raak!”
Ervaring
Veel zal Kiona Crabbé haar trui niet kunnen dragen, want ze rijdt bijna altijd samen met de profs. Alleen op kampioenschappen mag ze haar eigen kans gaan. Op de Col du Vam werd ze al 17e op het EK, nu mag ze ook van start gaan op het WK. Daar rijdt ze tegen onder meer Puck Pieterse en Fem van Empel, die dit weekend domineerden in de Wereldbeker van Flamanville. “Aan die Nederlandse vrouwen, met ook nog Shirin van Anrooij, zal weinig te doen zijn”, beseft ze. “Ik ga er gewoon mijn best doen en ook proberen ervaring op te doen. Het zal voor mij ook een beetje genieten zijn, ja.”
Voor die verplaatsing naar de verenigde Staten moest Kiona Crabbé wel haar examenschema overhoop halen. “Ik studeer Sport- en Bewegingswetenschappen en normaal lopen mijn examens tot 30 januari. We vertrekken met de selectie al op 24 januari naar de VS, dus moest ik die examens uitstellen. Niet gemakkelijk, want dan gaan we met de wegploeg op stage naar Spanje. Het is voor mij dus puzzelen.”
Opvolgster Sanne Cant
België is al een tijdje op zoek naar een opvolgster voor Sanne Cant. Wie Crabbé over de balkjes ziet springen of op de kasseien in Namen ziet klauteren, gaat geloven dat zij haar op termijn kan bedreigen. “Ik hoop ooit tegen haar te strijden, al wordt dat niet gemakkelijk. Het is volgens mij niet abnormaal dat men op zoek is naar een opvolgster voor Sanne en zeker bij de juniores en nieuwelingen zit er volgens mij ook nog heel wat talent aan te komen.”
Hoewel Kiona Crabbé het liefst in het veld rijdt, zal ze straks ook een wegcampagne afleggen. “Ik heb nog geen zicht op mijn programma, maar hoop wel mijn kans te krijgen in een aantal klimwedstrijden. Het zal de 1e keer zijn dat ik echt inzet op de weg. Ik ben benieuwd wat dat zal opleveren, al zie je me volgende winter sowieso opnieuw terug in het veld.”