Waalse veldrijders zijn behoorlijk zeldzaam, maar af en toe duikt er toch eentje op. Zo legde Grégory Carême uit Chaumont-Gistoux een hele veldritwinter af. De 22-jarige Belg richtte met het GC Cycling Team zelfs een eigen ploeg op in de hoop op een dag een profcontract te versieren.

Crossen in heel Europa
Grégory Carême begon 6 jaar geleden met veldrijden. “Dat was niet gemakkelijk”, geeft hij aan. “De middelen die Wallonië heeft ingezet voor deze discipline zijn zeer beperkt.” Carême moest bijgevolg elk weekend stevige verplaatsingen maken. Zelden kon hij in Wallonië zelf een veldrit betwisten, al was er gelukkig wel de cross in Spa-Francorchamps. Sinds 2017 is Carême wel een vaste klant op het BK. Hij was erbij in Oostende, Koksijde, Kruibeke en Antwerpen.
Ook dit jaar betwistte Carême het BK. In Middelkerke werd hij 27e. Zijn beste resultaten haalde hij dit jaar over de grenzen. In Spanje reed hij 5 keer top 10. Ook in het Zwitserse Illnau deed hij het met een 12e plaats aardig. Verder was hij ook nog aan het werk in Frankrijk en Luxemburg, zo zag hij heel wat van Europa deze winter. “Op dit niveau bij de profs aan veldrijden doen, was altijd een kinderdroom”, glimlacht hij.
Beperkingen
De renner uit Waals-Brabant hoopt dat hij stappen kan blijven zetten. “Ik zou graag nog een hoger niveau willen halen. Met mijn prestatie op het BK was ik niet tevreden. Op dat moment zat ik in een periode waarin er veel veranderde op korte tijd en mijn conditie was bijgevolg niet goed. Ik heb nu een aantal zaken aangepast zodat die problemen zich niet meer mogen voordoen.”
1 van die veranderingen is het lanceren van zijn eigen structuur. “Ik krijg de steun van een aantal sponsors omdat veldrijden op professioneel niveau een dure bezigheid is”, duidt hij. “Het was wel erg moeilijk om zo’n constructie tot stand te brengen want er zijn tal van beperkingen die je moet respecteren.”
Wel houdt Carême goede herinneringen over aan de wedstrijden in Spanje. “Het is fijner om daar te rijden en bovendien kan je er ook wat UCI-punten verzamelen. Helaas is de reis altijd behoorlijk duur, ik weet dus niet of ik nog zal terugkeren.”
Maldegem, Lille, Brussel, Sint-Niklaas
Misschien wordt Carême wel de veldrijder bij de profs waar Wallonië al lang op wacht. Ooit was er Patrick Gaudy, die veel te vroeg om het leven is gekomen bij een ongeval op training. Ook Quentin Bertholet was bij de jeugd een talent, maar kon zich nooit doorzetten. “In Wallonië moet de discipline zich nog verder ontwikkelen”, beseft ook Carême. “Ze doen hun best, maar het is nog niet te vergelijken met Vlaanderen. Daar ligt men mijlenver voor. Zoals je kon zien in Namen wordt de sport duidelijk wel geapprecieerd en omarmd door de supporters.”
Carême is dit seizoen nog te zien in Maldegem, Lille, Brussel en Sint-Niklaas. “Rond half april start ik dan met het wegseizoen en ga ik een aantal mountainbikewedstrijden meepikken. Volgend seizoen zie je me dan zeker terug in het veld.”