Henri Vandenabeele staat in Oman aan de voormiddag van zijn leven als prof. Donderdag wordt daar de plaatselijke ronde op gang geschoten en Vandenabeele wordt hier en daar al gebombardeerd tot 1 van de favorieten. Toch wil hij daar zelf nog niet aan denken, al houdt hij een kleine slag om de arm. “In zo’n korte etappekoers kan het klassement altijd om de hoek komen kijken.”
Tour du Var
Henri Vandenabeele, afkomstig uit Dentergem, schoof afgelopen winter definitief door naar de hoofdmacht van Team DSM. Toch mocht hij het afgelopen jaar al regelmatig aan het koersen bij de profs ruiken. Zo debuteerde hij al tijdens de Tour des Alpes Maritimes et du Var in de hoofdmacht van DSM, en reed hij onder meer ook enkele eendaagskoersen als de Brabantse Pijl. In de Baby Giro werd hij vervolgens 3e in het eindklassement.
De 21-jarige Vandenabeele heeft er bewust voor gekozen om een jaar later dan mogelijk de overstap naar de profs te maken. Hoewel hij na zijn periode bij de beloften van Lotto Soudal er direct prof kon worden, koos hij voor development team. Samen met de ploegleiding daar werd de keuze gemaakt om allereerst aan te sluiten bij de beloftenkern, en dat te combineren met enkele profwedstrijden. Het scheelde de jonge West-Vlaming een hoop stress.
“Ik hoefde niet direct zwaarder te gaan trainen om mee te kunnen doen bij de profs”, duidt hij. Mentaal was het voor mij nodig om nog een jaar bij de beloften te kunnen rijden. Dat merk ik nu ook. Ik ben nu écht gebrand om harder te trainen en heb dan ook een goede winter doorgemaakt. Ik heb me een jaar lang kunnen voorbereiden op deze stap. Dat voelt goed. Ik train nu wat langer en harder en wil niet achter de feiten aanlopen wanneer het seizoen begonnen is.”
Søren Kragh Andersen
Zichzelf vergelijken met het huidige niveau van zijn ploegmaten, bijvoorbeeld Søren Kragh Andersen die samen met hem in Oman koerst, wil Vandenabeele niet. “Daar ben ik niet mee bezig. Vooral persoonlijk merk ik vooruitgang. Iedereen doet individueel zijn ding. Op stage heb ik ook nooit met Søren getraind, daar we in verschillende groepen zaten. Hij bij de klassieke kern, ik in de klimmersgroep.”
Samen rijden de 2 ploegmaten deze week in Oman, waar weinig klimmers van naam en faam aan de start staan. Door hun afwezigheid wordt Vandenabeele hier en daar al genoemd bij de favorieten op eindwinst. Zelf is hij logischerwijs wat voorzichtiger. “Ik denk zeker dat we die rol in het achterhoofd moeten houden, maar het gaat kijken zijn wat precies de bedoeling is voor deze week. Waarschijnlijk is het mikken op dagsucces het doel van de ploeg. Maar in zo’n korte etappekoers kan het klassement altijd om de hoek kijken”, bouwt Vandenabeele enige behoudenheid in.
“Het is niet direct de bedoeling dat de andere jongens voor mij gaan rijden. Ik denk zeker dat ik mijn kans kan gaan op bepaalde momenten, maar het is niet de bedoeling dat ik de enige troef ben die uitgespeeld wordt. Ik ben hier bijvoorbeeld ook met Kragh Andersen, die aan het opbouwen is naar de klassiekers. Ik denk dat hij van grote waarde zal zijn, ook om van te leren. Al denk ik dat hier enig resultaat halen voor hem van ondergeschikt belang is.”
Catalonië
Het beeld van Oman als een vlak land klopt niet. Het staatje herbergt diverse hoogteverschillen, iets dat je ook terugziet in de ronde. “De aankomst van de 3e etappe ligt op een korte klim van 3 km, gemaakt voor de punchers”, beschrijft Vandenabeele het parcours. “In de 4e etappe komen we onderweg wat korte, steile klimmetjes tegen”, gaat hij verder. “De dag erna finishen we op Green Mountain, een klim van krap 7 km aan 10% gemiddeld. Dat is écht de moeite. Ik vind het een vrij aantrekkelijk parcours en kijk er dan ook naar uit. Ik hoop vooral dat er gekoerst wordt. In de eerste 2 ritten kan de wind ook nog een rol gaan spelen.”
“Ook voor mij is het niet de bedoeling dat ik nu al in topvorm ben, maar ik voel me goed. Dus we zien het wel. Het wordt mijn 1e koers van het jaar tegen mannen die al wel gereden hebben, dat gaat tevens van belang zijn. Als het beter gaat dan verwacht is dat prima, indien het minder gaat dan verwacht, dan is het ook zo. Ook voor mij is het een voorbereidingskoers, de echte koersen beginnen in maart. Mijn 1e échte doel van het jaar zal waarschijnlijk de Ronde van Catalonië in maart zijn, gevolgd door de Tour of the Alps in april.”
Een concurrent van bij de beloften, Tobias Halland Johannessen (Uno-X Pro Cycling Team) won afgelopen week in zijn 1e jaar bij de profs direct in de Ster van Bessèges. “Dat jongens als Johannessen, maar ook Carlos Rodriguez en Juan Ayuso in Valencia of Maxim van Gils in Saudi-Arabië, direct presteren, motiveert mij enorm”, bekent Vandenabeele. “Ik heb daar natuurlijk samen mee gekoerst vanaf de jeugd en als je dan ziet dan zij scoren, dan wil je dat zelf ook.”
Toekomst
De kans dat Vandenabeele dit jaar al een grote ronde zal betwisten, is eerder klein, al sluit hij het zelf nog niet helemaal uit. “De kans is klein, ja. Als het al gebeurt dan zal het de Vuelta zijn, maar het staat voorlopig nog niet op de planning. Het zal ook afhankelijk zijn van hoe ik evolueer dit seizoen, niet enkel en alleen qua resultaten. Ik weet ook niet of ik er al klaar voor ben. Catalonië is wat dat betreft wel een graadmeter, op hoog niveau met vele klimmers aan de start. Wellicht dat ik daar kan zien of ik er eventueel klaar voor ben. In de Baby Giro was ik na 10 dagen nog goed, maar 3 weken is anders dan 10 dagen.”
“De komende jaren moet ik uitvinden wat ik voor een klimmer ben”, stelt Vandenabeele tot slot. “Soms heb ik het gevoel dat ik voor het langere klimwerk gemaakt ben, maar deze winter heb ik gemerkt dat ik ook wel een punch in de benen heb. We zullen zien wat dat in de koers gaat opleveren, dat is nog even afwachten.”