Ze is amper 19. In haar eentje kwam ze naar Europa. Afgelopen weekeinde reed Ella Wyllie in Frankrijk haar 1e UCI-koersen. In het shirt van de Nederlandse UCI-ploeg Parkhotel Valkenburg. De Nieuw-Zeelandse renster is begonnen aan een ontdekkingstocht die al zeker tot eind dit wegseizoen duurt.
Studies on hold
Over 2 weken mag Ella Wyllie 20 kaarsjes op haar verjaardagstaart uitblazen. Ze koerst niet voor het eerst in Europa. Bij de junioren maakte ze al eens de oversteek vanuit Nieuw-Zeeland. Zo reed ze in september 2019 de Watersley Ladies Challenge, een 3-daagse in de buurt van Sittard om de Nations Cup voor U19. Dat jaar was ze als 1e jaars juniore regerend tijdritkampioene van Nieuw-Zeeland en regerend Oceanisch kampioene op de weg. Aansluitend verdedigde ze ook de kleuren van haar land op het WK in Harrogate. De tijdrit sloot ze als 10e af, de wegwedstrijd als 31e.
“Daar wilde ik graag verder op bouwen”, benadrukt Ella Wyllie tijdens onze babbel voor aanvang van de 1e GP Yvonne Reynders. “Maar toen kwam Covid-19, waardoor ik niet veel heb kunnen koersen en al zeker niet in het buitenland, want reizen mocht niet. Dus ben ik maar beginnen studeren. Engineering aan de open universiteit, maar die studies heb ik tot volgend jaar op pauze gezet.”
Omdat ze wil ontdekken wat ze in het vrouwenwielrennen waard is. Vorige zaterdag reed ze La Périgord Ladies en bolde ze als 69e over de streep. De dag nadien werkte ze zich uit de naad in La Picto Charentaise, eveneens een 1.2-wedstrijd. Die koers sloot ze als 40e af. “Redelijk goeie wedstrijden”, vindt Wyllie zelf. “Wel harde koersen, bij 35 tot 40 graden. Het was toch wel even aanpassen aan de hitte. En ook aan de grotere pelotons. Anderzijds hebben we met de ploeg tijdens die 2 dagen in Frankrijk veel plezier kunnen maken.”
Clubhuis Heerlen
Wyllie, eveneens actief op de piste, stond maandag ook aan de start van de 1e Grote Prijs Yvonne Reynders. Daar maakte ze met totaal andere weersomstandigheden kennis. De wedstrijd, 4e manche van de SKM Ladies Cycling Cup, werd na 2 ronden omwille van een zware wolkbreuk boven Noorderwijk stopgezet en niet meer hernomen. Dus kon de Nieuw-Zeelandse sneller terug naar het clubhuis van Parkhotel Valkenburg in Heerlen. Dat verblijf deelt ze met de Australische Nicole Frain. Deze 29-jarige renster is in haar land nationaal wegkampioene.
“Via e-mail kwam ik vanuit mijn thuisland in contact met de Nederlandse ploeg”, verduidelijkt Ella Wyllie. “Ik moest een aantal data doorsturen. Eens de teamdirectie die cijfers had bekeken, mocht ik meteen overkomen. Ik blijf hier tot eind oktober. Daarna ga ik het zomerseizoen in Nieuw-Zeeland afwerken. Ik verblijf intussen een 3-tal weken in het clubhuis in Heerlen. Het is een bijzonder interessante regio om te trainen.”
Want de streek waar onder meer de Amstel Gold Race wordt betwist, bezaaid met heel wat korte maar nijdige hellingen. Eind deze maand trekt Ella Wyllie opnieuw naar Frankrijk. Om in Bretagne zowel Kreiz Breizh (25/8) als de GP Plouay (26/8) af te werken. Nieuwe uitdagingen voor de jonge overzeese renster.
Klassementen?
“Ik hou van harde wedstrijden en ik rijd ook dolgraag tegen de klok”, beweert Wyllie. “Wat ik echt goed kan, dat ben ik nog aan het uitzoeken. Geen idee of ik een degelijk klassementsrenster kan worden. Dat moet ik nog zien. Ik koers al een tijdje. Mijn oudere zus deed dat ook, net als mijn broer. Ik volgde hun voorbeeld. Voor ik in competitie kwam, reed ik schoolkoersen en ook ploegentijdritten met school. Pas bij de junioren boekte ik een aantal successen.”
Een lijn die ze als belofte lijkt door te trekken. Op 11 februari 2022 werd ze bij de beloften in het tijdrijden vicekampioene van Nieuw-Zeeland. Kim Cadzow was slechts een zuchtje sneller dan Wyllie. De wegrit sloot ze als 9e af. Begin april viel ze in het continentaal kampioenschap van Oceanië zowel tegen de klok als in de wegrit als 4e net naast het podium. Mooie resultaten voor een 2e jaars belofte.
“Ik kwam nu naar Europa om me hier verder te ontwikkelen en om een en ander bij te leren”, besluit Wyllie. “Elke koers beter worden is het opzet. Lukt dat, dan kan ik misschien volgende zomer terugkeren naar Europa.”