Uitstekende start van Ward Huybs op het Belgisch kampioenschap veldrijden voor beloften. Jammer genoeg kon de 3e jaars uit Herselt zich niet handhaven in de spits van het BK. Hij zakte snel terug naar plaats 7 en 8, maar kon in de finale toch weer opschuiven naar rang 6. De pion van de Baloise Trek Lions beseft dat hij nog heel wat werkpunten heeft.
Stybar geklopt
Ward Huybs staat dit seizoen al met 2 zegestipjes achter zijn naam. Hij ging in oktober in het buitenland op zoek naar UCI-punten en won 2 keer in Slowakije. Hij slaagde er zelfs in om Zdenek Stybar te kloppen. Zonder twijfel een uniek moment in de nog jonge carrière van de 20-jarige veldrijder. Uiteraard wil hij meer. In Lokeren was dat meestrijden voor een plaats op het beloftenpodium.
“Neen, het parcours was ik woensdag niet komen verkennen”, vertelt hij. “Ik zag wel veel filmpjes en zaterdag volgde ik de rechtstreekse uitzendingen van de BK’s voor junioren en vrouwen. Zelf konden we meer fietsen dan tijdens de wedstrijden zaterdag. Alleen vond ik die loopstrook lastiger dan ze er aanvankelijk uitzag. Misschien doordat de zon er een tijdje had opgezeten.”
Een 3e jaars belofte moet in een nationaal kampioenschap in de eigen categorie met ambitie aan de start komen. Enkele maanden geleden hoorde Huybs tot de Belgische EK-selectie. In Namen bolde hij als 13e over de streep en was hij 8e Belg. Een week eerder werd hij op de Koppenberg 9e.
Loopcapaciteiten
“Voor de start van dit BK dacht ik niet aan winnen, wel aan een plaatsje op het podium”, beweert Huybs. “Een ambitie waarin ik dankzij mijn prestatie in Zonhoven werd gesterkt. Daar werd ik 8e. Op dit BK was ik heel goed weg, ik voelde me de 1e ronde ook heel goed. Tot ik aan dat ene stuk kwam dat me helemaal niet lag. Inderdaad, de loopstrook over het ponton. Als ik me niet vergis, draaide ik daar als 1e op, maar toen ik eruit kwam, was ik al gezakt naar de 7e positie en had ik een halve minuut verloren.”
Dus moet Huybs werken aan zijn loopcapaciteiten. “Lopen is niet echt een probleem, maar met een fiets op de schouder door de modder moeten lopen is nog iets anders dan het gewone loopwerk”, verduidelijkt Huybs. “Het is jammer, die 1e passage door de modder bepaalde de rest van mijn koers. Als er in een wedstrijd 1 minuut gelopen moet worden, doet mij dat de nek om.”
Niettemin beseft Huybs dat het een onderdeel van het veldrijden is. In het moderne cyclocrossen zijn er niet veel wedstrijden waar veel gelopen moet worden. Af en toe, zoals op het BK in Lokeren, gebeurt dat wel. Vooral omdat het parcours door de regenval van de voorbije weken een stuk zwaarder werd. Niet te vergelijken met de lichtlopende omloop van de Rapencross die de voorbije seizoenen altijd in september werd gereden.
Geen Benidorm
“Het enige wat ik mezelf na dit kampioenschap kan verwijten, is dat ik er niet alles heb uitgehaald”, zucht Huybs. “Al bij al ben ik wel tevreden over het gevoel op de fiets. Die loopstrook hoort er natuurlijk ook bij, daar heb ik het een beetje laten hangen, dat zou me niet mogen overkomen.”
Dus heeft Huybs ook op mentaal vlak nog wat werk. Net als vorig jaar startte hij het seizoen met de ambitie om een selectie voor het WK af te dwingen. Naar het Amerikaanse Fayetteville nam bondscoach Sven Vanthourenhout hem niet mee. Of hij hem over 3 weken wel meepakt naar Hoogerheide is zeer de vraag. Daar zullen titelverdediger Joran Wyseure, Europees kampioen Emiel Verstrynge en Jente Michels niet bij de profs, maar bij de beloften rijden.
“Voor de Wereldbekermanche komend weekeinde in Benidorm kom ik niet in aanmerking”, beseft Huybs. “In de kerstperiode waren 6 of 7 Belgische beloften beter dan mij. Dus trek ik volgende zaterdag waarschijnlijk naar de Exact Cross in Zonnebeke. Of blijf ik een weekeinde uit competitie. De manche van de X²O Trofee in Hamme de week nadien zal ik wel rijden. Op het WK in Hoogerheide, van bij ons een uurtje rijden, zou ik er uiteraard graag bij zijn. Maar dat gaat heel nipt worden. Ik heb al goeie crossen gereden, zoals vorige week zondag in Zonhoven. Vandaag was dit BK minder, dat is dan weer een minpuntje.”