Hij is klaar om opnieuw 3 weken zo goed als onzichtbaar werk te verrichten. In Bilbao begint Oliver Naesen (32) aan z’n 8e opeenvolgende Tour. In 2017 kon hij Romain Bardet naar de 3e podiumplaats loodsen. Dit keer probeert hij Ben O’Connor, 2 jaar terug 4e in de Tour, opnieuw naar de top 5 te gidsen. Naesen zal vooral een rol spelen tijdens de vlakkere etappes.
Verantwoordelijkheid
De tijd dat hij zelf in het klassieke voorjaar podiums haalde in topklassiekers – 3e in Harelbeke in 2017, 2e in Milaan-Sanremo 2019 en datzelfde jaar 3e in Gent-Wevelgem – ligt al eventjes achter de rug. Het voorbije voorjaar moest hij zich tevreden stellen met een paar noteringen binnen de top 20. Toch zit hij in tegenstelling tot trainingspartner Greg Van Avermaet bij AG2R Citroën in de Tourselectie. In een Franse ploeg niet evident.
“Ik ben blij dat ik hier ben”, zegt de Oost-Vlaming op z’n gekende ontwapenende manier. “Ik denk dat ik in topvorm ben. De Dauphiné was goed. Dan volgde nog een blok van 3 weken waarbij je uit vorm kunt sukkelen. Maar ik ben me thuis goed blijven verzorgen, want ik heb tegenover de renners met wie ik deze Tour doe toch enige verantwoordelijkheid. Knechten in een Grote Ronde of in rittenkoersen genre Parijs-Nice en Dauphiné, dat is bij AG2R Citroën de helft van mijn werk.”
“Mijn 2e rol in de ploeg is leider of co-leider zijn in de klassiekers”, gaat Naesen verder. “De laatste jaren liep dat iets minder succesvol. Ook dat is sport. In rittenkoersen heb ik een dankbare taak. Vroeger met Romain Bardet, nu met Ben O’Connor en Aurélien Paret-Peintre. Met Felix Gall koerste ik nog nooit. Voor de ploeg is het goed dat er een nieuwe goeie klimmer bij is. Maar sowieso moet ik voor mezelf niets proberen in de Tour. Dat is uitgesloten.”
Nerveus
Naesen beseft dat hij in de openingsrit Bilbao-Bilbao samen met Stan Dewulf al een belangrijke rol zal krijgen. “De briefing hadden we nog niet, maar ik weet wat de opdracht wordt”, vermoedt hij. “Samen met Stan zal ik vol moeten rijden naar de voorlaatste klim op 25 km van het einde. Dat wordt een inspanning van 10 tot 15 minuten, dan ben je nadien niet meester van je eigen lot. Die voorlaatste klim begint supersteil. Dat leerde de verkenning donderdag. Ik zou nadien graag tot de slotklim doortrekken.”
De ervaren prof denkt dat dit moeilijk wordt. Hij weet wat bij zijn Australische kopman een pijnpunt is. “Stress is zijn achilleshiel”, zucht Naesen. “Gaat het wat tegen, wordt hij snel nerveus. Het is aan Stan en mij om die stress in de vlakke ritten weg te nemen. Ik denk dat er in deze Tour een 8-tal vlakkere etappes zijn. Dat Ben in dat soort ritten geen tijd verliest, is onze verantwoordelijkheid. Zijn voorwiel mag het onze niet passeren in die etappes. Hij moet enkel naar ons achterwiel kijken, mag zich geen vragen stellen en moet blind op ons vertrouwen. Bij Romain ging dat automatisch, Ben moeten we echt verplichten.”
Met Bardet als kopman de Tour rijden, was echter nooit een evidentie. “Elk jaar kregen we ontelbare keren de vraag of hij nu eindelijk de Tour ging winnen”, herinnert Naesen zich. “Terwijl we goed wisten dat dat niet ging gebeuren. Hij torste de druk van een ganse natie. Het was gewoon onmogelijk. Ben begrijpt ook wel Frans, hij weet wat er leeft. Maar soms moet hij nadenken over zijn woorden of eerst een vertaling maken. Dat maakt dat hij er minder mee bezig is. De Fransen zijn ook al tevreden als hij 4e wordt. Dat was bij Bardet niet het geval.”
Contract
“Als het goed loopt, kan ik met Ben ergens rond positie 30 postvatten”, beseft Naesen. “Maar moet ik ook een veiligheidsmarge inbouwen zodanig dat mijn kopman bij een plots manoeuvre niet in mijn koffer hangt. Na de 1e rit van de Tour heb ik altijd gespannen schouders. De dagen nadien, in de etappes die op een massaspurt uitdraaien, wordt het ook niet eenvoudig maar toch iets makkelijker. Alleen kunnen de wegen in Baskenland erg glad zijn want het regent hier vaak.”
In de Dauphiné zag Naesen dat kopman O’Connor in orde is. De Australiër eindigde 3e na de ongenaakbare Jonas Vingegaard, maar in het spoor van Adam Yates en net voor Jai Hindley, de Girowinnaar van vorig jaar. “In die Dauphiné toonde Ben dat hij weer in staat moet zijn hier top 5 te halen”, aldus Naesen. “Toen hij 2 jaar geleden 4e eindigde, werd dat door de ploeg op applaus onthaald. Vorig jaar liep het mis want hij kwam in de 1e rit ten val.”
Averij die iedere ploeg zaterdag hoopt te ontlopen. Kan Naesen de komende 3 weken zijn vaak onzichtbare werk naar behoren afhandelen, versiert hij bij de Franse ploeg misschien een nieuwe overeenkomst voor 2 jaar. “Coureurs die zelf hun pensioendatum kunnen kiezen, worden schaarser en schaarser”, beseft hij. “Zelf hoop ik nog een 4-tal jaar prof te blijven. Nu aas ik op een contract van 2 seizoenen. Nadien wordt het wellicht jaar per jaar bekijken.”