Na het clubkampioenschap in Kachtem (Izegem) op 18 februari 2024 rijdt Kenneth Verstegen (22) voor het eerst Brussel-Opwijk. Niet langer in het shirt van EFC-L&R-Van Mossel, maar in dat van Dovy Keukens-FCC, de ploeg waar hij in 2021 z’n 1e beloftenseizoen afwerkte. In theorie lijkt dit een stapje terug, maar zo ziet de jonge West-Vlaming het niet, want de club zette grote stappen vooruit.
Niet meer klein
The Lead Out Cycling Academy werkt bij de beloften niet meer met een kern. Kenneth Verstegen vertrouwde het niet helemaal en ging op zoek naar een andere ploeg. Hij kon naar Urbano-Vulsteke, een stap die 5 ploegmaats van vorig jaar wel zetten. “Volgens mij zal de concurrentie daar een stuk groter zijn, want die ploeg realiseerde heel wat inkomende transfers”, weet Verstegen.
De hoog opgeschoten renner uit Beerst (Diksmuide) koos voor een terugkeer naar Dovy Keukens-FCC. “Want de club is niet meer zo klein als toen ik hier eind 2021 vertrok”, benadrukt hij. “In 2 jaar is de ploeg enorm geëvolueerd. Dat zie je vooral aan het programma dat het team kan rijden. In vergelijking met 2021 ziet dat er totaal anders uit.”
Momenteel is hij met z’n nieuwe ploegmaats op stage in Altea. Verstegen vertrok al op 22 januari naar Spanje. “Ik trainde in december al 12 dagen in Spanje”, vertelt hij. “Dan heb ik al aan mijn basisconditie gewerkt. Tot nog toe is mijn winter goed verlopen. Niet ziek geweest, geen letsels, al mijn trainingen kunnen afwerken. Hout vasthouden want ik besef dat het snel kan keren.”
Geen druk opleggen
Dovy Keukens-FCC is geselecteerd voor de Road Series. Een hele stap vooruit voor het West-Vlaamse clubteam. Die competitie begint op zondag 25 februari 2024 met Brussel-Opwijk. “Ik zal die wedstrijd voor het eerst rijden, want de voorbije jaren gaf ik altijd de voorkeur aan Gent-Staden, een thuiskoers”, verduidelijkt Verstegen. “In die Road Series wordt het uitkijken naar Brussel-Opwijk en Omloop Het Nieuwsblad, deze Vlaamse koersen liggen me best.”
Voor Verstegen wordt 2024 een belangrijk seizoen. Hij is laatste jaars bij de U23 en droomt, zoals elke jonge renner, van een contract. “Ik leg me geen druk op want dat kan averechts werken”, weet hij. “Ik besef dat dit mijn laatste jaar kan zijn, het moet nu gebeuren. Maar daar ga ik tijdens de wedstrijden niet aan denken. Vermoedelijk zal ik niet stoppen met koersen als ik geen prof kan worden, want daarvoor rijd ik veel te graag met de fiets. Maar daar ben ik nu nog niet mee bezig.”
In de zomer van 2023 hoopte Verstegen op een telefoontje van een development team, maar dat kwam er niet. “Aanvankelijk was ik daarover een beetje ontgoocheld, maar uiteindelijk begrijp ik het wel”, beseft hij nu. “Vorig jaar werd ik 5e in Gent-Staden, 8e in de Omloop Het Nieuwsblad en haalde ik in profkermiskoersen enkele keren de top 10. Een echte uitschieter boekte ik niet, een interclub heb ik niet gewonnen. Je hoopt natuurlijk altijd. Maar bij Dovy Keukens-FCC zit ik ook goed.”
Nooit veelwinnaar
Bij de ploeg van voorzitter Frans Delameilleure zal hij elke wedstrijd die hij wil meedoen, kunnen rijden. En zal hij niet in dienst moeten rijden van een leeftijdsgenoot. Misschien ook wel een pluspunt voor z’n verdere carrière. Het kan hem helpen om van deze hobby z’n beroep te maken. Lukt dat niet, geen nood. Vader Verstegen heeft een eigen firma. Hij doet algemeen onderhoud in voedingsbedrijven. In die zaak draaide Kenneth ook al mee.
Aan hem om straks in het voorjaar al goed te scoren. Behalve in de Omloop Het Nieuwsblad moet hij in de andere proeven van de Road Series beter doen dan in 2023. Op het einde van vorig seizoen 2023 evalueerde Verstegen zichzelf met een 7 op 10. Een cijfer ingegeven door een 5-tal goeie uitslagen in interclubs, 1.2-koersen of profwedstrijden. “Maar grotere wedstrijden vielen een beetje tegen”, geeft hij toe.
Dus moet hij de komende maanden nog enkele stappen vooruit zetten. Een veelwinnaar zal Kenneth Verstegen wellicht nooit worden. Vorige zomer won hij in Lichtervelde z’n 1e regionale wedstrijd sinds de overstap naar de U23. In april 2018 – bij nieuwelingen en junioren verdedigde hij altijd de kleuren van het bescheiden Houtland-Westkust – kon hij voor het eerst winnen. Toen was hij in Zandvoorde-Zonnebeke als 2e jaars nieuweling de sterkste.