Lars Villers maakt zich op voor een nieuw knalseizoen bij de 2e jaars aspiranten. De Iddergemnaar rijdt de tegenstand al enkele jaren op een hoopje en won 55 van zijn 60 koersen met het voorbije jaar Parijs-Roubaix, de Belgische, Vlaamse en Oost-Vlaamse titel als uitsmijters. De Belgische wegtitel veroverde Villers in zijn achtertuin in Denderleeuw. Zijn Vlaamse titel verdedigt Villers in 2024 in het wielergekke Iddergem, waar het Wielercomité Eregem ook het PK voor junioren binnen haalde.
Eregem
Iddergem telt slechts een paar duizend inwoners, maar de kleine Oost-Vlaamse deelgemeente van Denderleeuw koestert wel een innige band met de wielersport. Zo stond het dorp in 1950 op stelten toen de in 2013 in Iddergem overleden Armand Baeyens in Vals-les-Bains de openingsetappe won van de Dauphiné Libéré. Een jaar later was dat niet anders toen Baeyens zegevierde in Gap in de 19e etappe van de Ronde van Frankrijk. Baeyens was prof van 1946 tot 1957, het latere ‘Café Dauphiné’ verwees naar zijn ritzege van weleer.
Met Tom Van Asbroeck telt Iddergem ook in het hedendaagse peloton een succesvolle profrenner, al week de wegkapitein van Israël-Premier Tech intussen wel uit naar Lede. Na een windstilte worden ook opnieuw koersen georganiseerd in de gemeente van de Tovenaars. Daar tekent het Wielercomité Eregem verantwoordelijk voor waarbij Eregem in het dialect voor Iddergem staat. Na het Provinciale Kampioenschap voor nieuwelingen tekent Eregem Sportief in 2024 voor de organisatie van het Provinciale Kampioenschap voor junioren op zondag 12 mei en het Vlaamse Kampioenschap voor aspiranten op zondag 2 juni.
Voor Lars Villers betekent het meteen dat hij als 2e jaars aspirant zijn Vlaamse trui kan verdedigen in zijn eigen gemeente. In 2023 genoot hij ook al thuisvoordeel in het Belgische Kampioenschap in Denderleeuw. De eindstreep van het Vlaamse Kampioenschap wordt trouwens getrokken aan de Gemeentelijke Basisschool van Iddergem, waar Villers tot zijn 12e school liep. “Tegenover het thuisvoordeel staat wel de extra stress die nauw samen hangt met een thuiskoers”, vertelt Lars Villers.
Uit concentratie
Lars Villers drukt in het peloton de voetsporen van zijn vader Jimmy Villers. “Ik was zelf een renner op een bescheiden niveau”, vertelt die. “Lars is duidelijk meer getalenteerd dan ik. Als aspirant blijft hij zijn clubteam Denderstreek-Labiekes trouw, een club die onder de vlag van Alfasun-AG Construct Cycling Team tot het wielerpeloton behoort. Pas bij de nieuwelingen heeft het zin om een groter team op te zoeken met een betere begeleiding en een programma met mogelijk al wat buitenlandse koersen. Bij de aspiranten wordt Lars nu bij zijn huidige team uitstekend omringd. Op woensdag kan hij deelnemen aan de clubtrainingen aan de zijde van zijn vrienden uit de regio.”
In Denderleeuw kende Lars Villers zijn gloriedag op 31 mei 2023 in de schaduw van de Denderleeuwse kerk, al begon de dag wel met een kleine ontgoocheling. “Op het BK tijdrijden eindigde ik op de 2e plaats op 2 seconden van Sebastian Deprez, een Limburgse pistier die ook in de Ronde van Limburg al brokken maakte. Ik startte als topfavoriet en was toch wel ontgoocheld. Ik warmde niet op zoals het hoorde en zette geen foutloze tijdrit neer. Als thuisrenner komen vele dingen op je af en ik liet me uit mijn concentratie brengen.”
In de wegrit zette Lars Villers wel de kroon op het werk van een knap jaar waarin hij alle mogelijke titels veroverde. “De Oost-Vlaamse en Vlaamse titels waren mooie beloningen, maar de Belgische tricolore betekende de opperst bekroning. Vanzelfsprekend was het niet, want het parcours in Denderleeuw was niet selectief genoeg om voor afscheiding te zorgen. Ik ben gelukkig wel snel aan de streep en zette de sprint naar mijn hand.”
Veld en piste
Tijdens zijn wielerperiode bij de miniemen was Villers ook voetballer bij FCV Dender. “Ik speelde doorgaans op het middenveld. We trainden 3 keer per week met 1 wedstrijd in het weekend. Met Dender speelde ik elitevoetbal, waardoor we ook vrij verre verplaatsingen maakten. Op zaterdag speelde ik een voetbalwedstrijd en op zondag reed ik een koers. Die combinatie bleek bij de aspiranten steeds moeilijker. Ik zet trouwens ook mijn beste beentje voor in het Denderleeuwse Leonardocollege, waar ik Moderne Wetenschappen volg.”
Villers is een veelwinnaar, maar beseft dat het elk jaar iets zwaarder wordt. “Ik reed in mijn carrière 60 koersen waarbij ik er 55 won en 5 keer 2e werd. Ik begrijp dat bij de U14 die statistieken doortrekken niet eenvoudig wordt. Als voorbereiding op de weg nam ik deel aan wat crossen, maar daarin haalde ik geen podiumplaatsen. Ik word dus niet de opvolger van Wout van Aert, maar veldrijden is wel interessant om stuurvaardigheid te kweken. Ook op de piste ging ik trainen, wat eveneens bevorderlijk is voor je stuurkunsten. Daar stelt Cycling Vlaanderen een trainingspakket samen, waardoor je alle facetten van de piste aanleert.”
Met Parijs-Roubaix schreef Villers net over de grens ook al een buitenlandse klassieker op zijn naam. “Het betrof uiteraard een miniversie van Parijs-Roubaix bij de profs, maar ik ben wel fier op die overwinning naast de 3 behaalde titels. Ik kijk al uit naar de seizoenstart die bij de aspiranten in april ligt”, klinkt het ambitieus.