Tijdens onze Calpe-trip met TUI Cycling Center, powered by Bidong, trekken we uiteraard op met heel wat fietsfanaten. De ene al sportiever of ambitieuzer dan de andere. Tussen al dat geknal en wattages ook een echte randonneur, die hier in Spanje wat komt wennen aan de warmte – en er op zijn leeftijd misschien ook nog wat snelheid probeert in te krijgen. Vorig jaar reed de 50-jarige Nico Lesy de befaamde Parijs-Brest-Parijs: 1.200 km in het zadel in 87 uur en met 3 hazenslaapjes.
50% mentaal
Parijs-Brest-Parijs is 1 van de oudste wedstrijden ter wereld. In 1891 al werd de 1e race georganiseerd. 209 dapperen stonden aan de start van wat toen als de zwaarste fietstocht ter wereld werd beschouwd. De winnaar deed er 3 dagen over. De laatste van de 107 finishers kwam pas 7 dagen later over de eindmeet. Na een tijdje werd de wedstrijd minder aantrekkelijk voor de profs, die de wedstrijd te lang vonden en in de jaren ’50 werden enkele wedstrijden zelfs afgelast wegens gebrek aan deelnemers. Vanaf 1971 werd het een 4-jaarlijks evenement dat toegankelijk was voor iedereen.
Organisator AUDAX Club Parisien legde wel enkele beperkingen op, die door de jaren heen werden verfijnd. Zo is er een tijdslimiet ingesteld van 90 uren, wat overeenkomt met een gemiddelde van 15 km/u. De deelnemers dienen zich eerst te kwalificeren door aan een aantal langeduurwedstrijden deel te nemen. ”Vooraleer je aan Parijs-Brest-Parijs mag deelnemen, moet je eerst een aantal BRM’s afleggen”, weet Nico Lesy. “BRM is de afkorting van Brevet Randonneur Mondial. Dat betekent dat de tocht waaraan je deelneemt aan een aantal criteria moet voldoen en erkend moet zijn door de AUDAX-club. Je moet dus eerst een brevet halen van 200, 300, 400 en 600 km. Hiermee willen ze overmoedige zielen tegen zichzelf beschermen. Ik heb mijn races net over de grens in Nederland en Frankrijk gereden. Wereldwijd worden heel wat dergelijke worden georganiseerd onder auspiciën van AUDAX. Meestal zijn het clubs, maar er zijn zelfs individuele organisatoren die een dergelijk evenement opzetten.”
Zoals al aangegeven wordt het evenement om de 4 jaar georganiseerd. Vorig jaar nam Antwerpenaar Nico Lesy de uitdaging aan en schreef zich in voor dit waanzinnige avontuur. “Het kwam eigenlijk door een collega op het werk. We spraken er geregeld over en toen we hoorden dat in 2023 de tocht opnieuw werd georganiseerd, ben ik gestart met de voorbereiding. Eigenlijk is het heel eenvoudig. Veel fietsen is de boodschap. Consistent en lang trainen is veel belangrijker dan de snelheid. Je mag gerust stellen dat het geen wedstrijd is. Vorig jaar kwam een Amerikaan als 1e over de streep. Die haspelde de tocht af in net geen 42 uren, terwijl de laatste geklasseerde de volle 90 uur nodig had. Maar eigenlijk wordt er geen klassement gemaakt. Iedereen die de meet haalt, is een winnaar. Je mag gerust stellen dat het 50% fysiek is en 50% mentaal. Fysiek kan je je uiteraard perfect voorbereiden, maar mentaal moet het eigenlijk al in je hoofd zitten, dat kan je niet trainen. Doorzetten, je gedachten ordenen en blijven trappen ondanks alle pijntjes en problemen.”
Veel solidariteit
Er is niet alleen het fysieke en mentale aspect dat Parijs-Brest-Parijs bijzonder maakt. Ook het materiaal en de verzorging moeten op punt staan. “De kortere tochten die je moet rijden, zijn eigenlijk perfect om materiaal, maar ook voeding en zeker bescherming grondig uit te testen. Je zit niet alleen uren in het zadel, maar de weersomstandigheden kunnen je tijdens een tocht lelijk parten spelen. Zo reed ik 1 van de BRM-voorbereidingstochten in een loden hitte. In volle zon en 35 graden met haast geen beschutting begonnen mijn handen en voeten op te zwellen. Dan is het kwestie van wat gas terug te nemen en ‘s nachts weer te recupereren en wat tijd te winnen. Ik had 10 uur gedaan over 150 km, maar de limiettijd was 20 uur en dus zat ik eigenlijk nog perfect op schema om de 300 km binnen de limiet af te leggen. Maar de tocht leerde me hoe om te gaan met de hitte en te zorgen om bij nog langere tochten alles bij te hebben. Deze keer was het de hitte, maar een volgende keer kon het net zo goed regen of koude zijn. Je moet dus alles bij je hebben om Parijs-Brest-Parijs veilig uit te rijden.”
Op 23 augustus 2023 is het dan zover. 6.496 dapperen uit 67 landen trekken zich op gang voor 1.219 km en 11.000 hm. 2.500 vrijwilligers verspreid over 10 controlepunten staan klaar om de renners op te vangen. “Op de controlepunten wordt je uiteraard uitstekend opgevangen”, vertelt Lesy. “Zo staan er bijvoorbeeld bedjes ter beschikking, zodat je wat kan slapen. Op een briefje geef je aan wanneer je gewekt wilt worden, waardoor je geen volledige nacht verliest. Ik heb tijdens de tocht 2 keer gerust, maar toen ik zag dat ik tijdig binnen zou zijn, heb ik op de laatste controlepost nog een extra hazenslaapje gedaan in een bushokje.”
“In principe mag je niet in het wiel van iemand gaan zitten en rij je dus meestal alleen. Maar uiteraard gebeurt het dat je op een bepaald moment toch met iemand anders samen fietst. En dan komt uiteraard 1 van de mooiste aspecten van de tocht naar boven. Je leert er zoveel mensen kennen uit allerlei landen en culturen. Schitterende ontmoetingen met elk een eigen verhaal. Er is ook heel veel solidariteit onder de deelnemers en iedereen helpt elkaar bij pech of problemen. Ondanks de grote vermoeidheid overvalt je een zalig gevoel wanneer je over de eindmeet bolt.”
TUI Cycling Center
Wat dan weer de vraag oproept wat de volgende uitdaging wordt. “Dit jaar staat er een 1.200 km race in Scandinavië op het programma”, glimlacht Nico Lesy. “En uiteraard droom ik ook van de ‘TransContinental’, de ultieme langeafstandsrit. Die 4.000 km lange rit start al jaren vanuit Geraardsbergen en trekt dan in oostelijke richting, maar de aankomst varieert elk jaar. Je krijgt op voorhand enkele controlepunten, maar de route daarheen moet je zelf uitstippelen. Onderweg moet je volledig selfsupporting zijn en door het strakke schema is een goede planning van rijden, eten, rijden, eten en even slapen erg belangrijk. Maar dat is voor de toekomst”, geeft hij nog mee.
Wanneer je de verhalen van Nico Lesy hoort, vraag je je wellicht af wat hij op een fietsreis van TUI Cycling Center, powered by Bidong, komt doen. “Zon en fietsen. Wat wil je nog meer! Het is niet omdat ik van lange afstanden hou dat ik me hier niet kan amuseren. Het contact met de andere deelnemers maakt je immers rijker. De perfecte organisatie zorgt ervoor dat we ons geen zorgen moeten maken en ondertussen kan ik van anderen zien hoe zij van het fietsen genieten. Uiteraard kan ik niet tippen aan de snelheid van de besten uit de groep, maar ik kan toch behoorlijk mee.”
“Door mijn fysiek alleen ben ik meer een Flandrien dan een klimgeit, maar toch kan ik hier echt van genieten. Tegelijkertijd merk je dat je hier niet als een jonge hond op de 1e de beste berg naar boven mag spurten. Doseren en jezelf wat sparen voor de volgende berg is ook hier van toepassing. Maar als ik zie hoe sommigen naar boven vlammen als voorbereiding op een Gran Fondo, dan denk ik soms toch dat ik wat aan mijn snelheid moet gaan werken.” (lacht)