11 jaar is het al geleden dat Tom Boonen wereldkampioen werd in Madrid, een grandioos wielermoment. Zovele jaren later heeft Boonen opnieuw uitzicht op een wereldtitel op een parcours dat voor hem is weggelegd. Niemand die de grillen van de Qatarese woestijn beter kent dan Boonen zelf. Als het straks een sprint wordt tussen het zand en de kamelen, dan zal de Bom van Balen zijn handen vol hebben aan deze 12 concurrenten.
Andre Greipel (Duitsland)
De Duitse selectie, er is heel wat om te doen geweest de laatste weken. Zowel Greipel als Kittel eisten het kopmanschap op, maar het was lang wachten op een beslissing. Die beslissing kwam er uiteindelijk pas na de Eneco Tour, waarin Greipel sterker voor de dag kwam dan Kittel. Een overwinning zat er niet in voor de Gorilla, maar hij toonde zich wel met een 2e plaats (na de ongenaakbare Sagan) en een goed resultaat in de laatste rit door de Vlaamse Ardennen. Greipel was al 1 van de topfavorieten, maar het kopmanschap zal hem nog meer energie geven om er volop tegenaan te gaan.
Marcel Kittel (Duitsland)
Van de ene snelle Duitser gaan we onmiddellijk over naar de andere, Marcel Kittel. De meervoudig ritwinnaar in de Tour mag afzakken naar Qatar maar daar zal hij dus geen kopman zijn. Enkel bij pech of een slechte dag van Greipel rekenen de Duitsers op man uit Erfurt. Dat Kittel terug aanwezig zal zijn op het WK is al een kleine verrassing op zich. Vorig jaar had dat namelijk niemand voor mogelijk gehouden. Het ene virus na het andere zorgde ervoor dat Kittel een rampjaar beleefde. Onder de vleugels van Lefevere herleefde Kittel met onder meer een ritzege in de Tour als beloning. In de laatste weken voor het WK mocht Kittel niet alle sprints rijden. Omdat ook Boonen zich zo goed mogelijk wilde voorbereiden op het kampioenschap, moesten ze die onder elkaar verdelen en voor elkaar werken. In de Brussels Cycling Classic hielp Kittel Boonen op weg naar de overwinning, een dag later waren de rollen omgedraaid en won Kittel in Fourmies. Nu Kittel geen kopman is bij de Duitsers, kan hij Boonen misschien een handje helpen in de jacht op de wereldtitel?
Arnaud Démare (Frankrijk)
Van Duitsland gaan we naar Frankrijk. Ook zij hebben 2 stevige kanshebbers op een wereldtitel in hun rangen, en dan kijken we vooral in de richting van Arnaud Démare. Démare is zeker niet de snelste sprinter die er is, maar dat hij stevig kan uithalen na een zware koers, dat bewees hij dit jaar in Milaan-Sanremo. Stervende zwanen waren het die finishten op de Via Roma, uiteindelijk was het Démare die het haalde van de, op papier, snellere sprinters. Bovendien weet hij hoe het voelt om Boonen te verslaan; vorig jaar won hij een zware rit in de Baloise Belgium Tour, met aankomst in Herzele, voor Boonen, die op een 2e plaats strandde.
Nacer Bouhanni (Frankrijk)
De 2e snelle Fransman die meegaat naar Qatar is Nacer Bouhanni. De boksende fietser gebruikt alles om te winnen en daarbij schuwt hij het gebruik van zijn ellebogen niet. In theorie is Bouhanni sneller dan zijn landgenoot Démare, de vraag is wel of Bouhanni stand zal houden van zodra de waaierspecialisten de gashendel opendraaien. Als Bouhanni die finish bereikt met de eerste groep, dan wordt het voor Boonen moeilijk om Bouhanni te kloppen – hoe omstreden de Algerijnse Fransman momenteel ook is.
Mark Cavendish (Groot-Brittannië)
‘The Manx express’ bewees in de voorbije Tour de France nog maar eens dat hij de snelste man op een fiets is. Met maar liefst 4 ritoverwinningen deed niemand beter in de afgelopen Ronde van Frankrijk. Velen hadden de snelle Brit al afgeschreven, maar Cav gaf alle criticasters lik op stuk. Dat Cavendish zijn snelle benen terugvond, had zeker te maken met de pistevoorbereidingen voor de Spelen in Rio. Daarnaast mag er ook niet aan getwijfeld worden of Cavendish al dan niet in waaiers kan rijden. Enkele jaren geleden reed hij samen met zijn voormalige ploegmaats van Etixx-QuickStep het volledige Tourpeloton aan flarden om vervolgens de rit te winnen na het betere waaierwerk. Dat Cavendish ook al 2-maal de Ronde van Qatar heeft gewonnen, doet alleen maar het beste vermoeden voor hem.
Elia Viviani (Italië)
Naast Greg Van Avermaet staat er nog een andere Olympische kampioen aan de start van het wereldkampioenschap. De Italianen rekenen namelijk op Elia Viviani, die zich in Rio kroonde tot Olympisch kampioen in het omnium. In Qatar gaat Viviani voluit voor een 2e overwinningen op een groot kampioenschap. De vraag is wel hoe goed Viviani uit de verf zal komen na een seizoen waarin hij zich voornamelijk toelegde op de piste. Op de weg kon hij dit jaar enkel ritten winnen in de Ronde van Dubai en in en de Driedaagse De Panne-Koksijde.
Giacomo Nizzolo (Italië)
Een veelwinnaar is de Italiaanse kampioen zeker en vast niet. Dit jaar bleef hij steken op 4 zeges, wat toch eerder weinig is voor een sprinterstype. Nizzolo moet het meer hebben van de regelmaat,. Dat bewees hij al door 2-maal het puntenklassement te winnen in de Giro. Dat Nizzolo zijn zinnen gezet heeft op het WK werd duidelijk toen hij vorige week een massaspurt won in de Eneco Tour,. Jammer genoeg voor hem resulteerde dit niet in een zege omdat er 5 vluchters uit de greep van het peloton bleven. Dat hij toch de snelste was van het pak, zal zeker een opsteker geweest zijn voor de 27-jarige Milanees.
Fernando Gaviria (Colombia)
Naast Kittel moet Boonen nog een ploegmaat vrezen, Fernando Gaviria is de naam. Pijlsnel en vooral oersterk. Op zijn jeugdige leeftijd heeft hij al bewezen dat hij beschikt over een grote motor. Dat toon de hij ook toen hij meeging tot diep in de finale van Milaan-Sanremo, waar hij op het punt stond om mee te sprinten voor de zege. Helaas voor Gaviria kon hij zijn kansen niet verdedigen door een knullige valpartij in de laatste hectometers. Recent bewees Gaviria nog dat hij de juiste vorm te pakken heeft: in de GP Impanis-Van Peteghem ging hij met de bloemen aan de haal. De vraag is maar wie hem zal bijstaan. Aangezien de meeste Colombianen klimmers zijn, zal Gaviria vooral moeten rekenen op zijn eigen sterkte.
Alexander Kristoff (Noorwegen)
Wat moet een beer uit Noorwegen gaan zoeken in de zandbak van Qatar? Wij zullen u het antwoord geven: de regenboogtrui! Kristoff weet maar al te goed hoe het voelt om te winnen in de woestijn, zowel dit jaar als vorig jaar won hij 3 ritten in de Ronde Van Qatar. Er is dan ook niemand die twijfelt aan de capaciteiten van Kristoff: hij is snel maar kan vooral zeer hard fietsen. De laureaat van de Ronde van Vlaanderen 2015 beschikt over de nodige capaciteiten die vereist zijn om de wereldtitel binnen te halen. Van alle favorieten is hij misschien degene die deze eigenschappen het best weet te combineren. 6 jaar na de wereldtitel van Thor Hushovd hebben de Noren weer een dikke kans op het goud.
Michael Matthews (Australië)
Aangezien Australië niet beschikt over rasechte spurters, Caleb Ewan uitgezonderd, rekenen ze Down Under op Michael Matthews. Het is weinig waarschijnlijk dat Matthews een groepsspurt gaat winnen tegen de topspurters, maar in een kleinere groep is veel mogelijk. De 26-jarige Australiër is 1 van de renners die ritten heeft gewonnen in alle drie de grote rondes. ‘Bling’ weet dus hoe hij moet afrekenen met de tegenstand. Dit jaar won hij nog een rit in de Ronde van Frankrijk nadat er afscheiding was ontstaan na waaiervorming. Hij gaf toen onder meer wereldkampioen Sagan en Olympisch kampioen Van Avermaet het nakijken. Bovendien weet Matthews hoe het voelt om wereldkampioen te worden. Bij de beloften veroverde hij al eens de regenboogtrui in zijn thuisland.
Dylan Groenewegen (Nederland)
9 overwinningen behaalde Groenewegen al dit jaar, toch was het wachten tot vorige week in de Eneco Tour vooraleer hij een 1e keer kon vieren in de World Tour. Een zege die kon tellen, nagenoeg alle grote sprinters waren van de partij in de Ronde van de Lage Landen. Groenewegen hield onder andere Bouhanni, Sagan, Démare, Kittel en Greipel achter zich, op zijn minst een indrukwekkende prestatie. Of Groenewegen ook hard tegen de wind kan inbeuken, is nog maar de vraag. Het is wat gissen naar zijn kwaliteiten in het waaierrijden. Het antwoord krijgen we op 16 oktober.
Peter Sagan (Slovakije)
Superlatieven schieten ons tekort om hem te omschrijven. Ook al is hij, naar eigen zeggen, nog niet zeker over zijn WK-deelname, toch is hij de te kloppen man op het komende wereldkampioenschap. In de Eneco Tour zette hij zijn favorietenrol nog wat extra kracht bij door 2 massasprints te winnen. Wie houdt er de regerende wereldkampioen van een tweede titel op rij? Dat is de vraag die iedereen zich stelt in de weken vooraf. Het beloofd alvast een spannende strijd te worden om duimen en vingers van af te likken. Afspraak binnen 17 dagen!
Fotomateriaal: Davy De Blieck.
