Zelden zo’n spannend kampioenschap gezien. Door de knieën buigen, hurken voor de televisie, dan toch maar weer even ijsberen. Op de redactie van TV Limburg hebben ze me nu ook van mijn stressvolle koerskant gezien. Een sprint gevolgd door de ontlading. Bedwingen. Beheersen. Soms is dat moeilijk in het leven. En gaan alle remmen los.
In superlatieven heb ik vannacht over die finale gedroomd. Nu de Tour dichterbij komt, is het werkelijk al koers dat de klok slaat. Alweer. Nee. Nog steeds. Afkicken is de hel. Blijkbaar ook voor de renners, want we kregen een koersscenario zoals we dat al het hele voorjaar zagen. Om van te genieten. Om van voor tot achter te zitten nagelbijten. Om nog meer van de koers te gaan houden.
Dat laatste is vooral te danken aan Nathan Van Hooydonck. Aan de jongen die sinds een dikke maand prof is bij BMC en nu ongetwijfeld ook even zichzelf heeft zitten verbazen. Die 5e plek is 1 ding. Die kan je binnenhalen op veel manieren. De meest voor de hand liggende zou zijn: hij reed in een lange vlucht, kon het wel heel lang uithouden, ging wat slepen in het wiel van 4 sterke landgenoten en zag in de finale al het zwart voor de ogen dat de wereld rijk is.
Niet dus.
De klasse droop eraf. Meerijden met de grote namen, terwijl dat eigenlijk helemaal niet moest. Eergierig en tegelijk gul. Jong en tegelijk zo’n mooie positie op de fiets. Het zag er nog eens niet vermoeiend uit. Dat was wat zo frappant was. Het leek allemaal vanzelf te gaan. Die magische dag waarop je de benen niet lijkt te voelen. Dat moment waarop je plots echt geen belofte meer bent.
De youngsters van BMC maken er dit jaar precies een punt van om met knappe prestaties op nationale kampioenschappen te schitteren. En zo bekendheid te verwerven. Zoek het gerust even op. Miles Scotson. Australisch kampioen. Kilian Frankiny. Brons op het Zwitsers kampioenschap. Van Hooydonck stond dan niet op een podium, maar versierde wel een knappe plek in een verdomd sterke top 5.
En ja, dat ophemelen, we moeten er voorzichtig mee zijn. We zoeken een constante, geen uitschieters. Maar, geef toe, het was toch bijzonder aangenaam kennismaken. Voor wie Van Hooydonck nog niet kende. Voor anderen was het de bevestiging. Er zit iets in. Wat? Dat zal de toekomst uitwijzen. Met de nodige factor geluk en een stevige dosis training. En iets dat talent heet.
Een bevestiging voor hem. En voor de ploeg. Die nog altijd werkt aan een project voor volgend jaar. Hopen maar dat de ploeg blijft bestaan. Ze steekt goed in elkaar. Heeft sinds een jaar een gigantisch speerpunt gevonden in Greg Van Avermaet. Die ook nog eens een perfect voorbeeld is voor al dat jong geweld in de ploeg. Jong geweld dat moet leren omgaan met kracht en tegenslag. Dat van Greg heel veel kan leren.
Vooral dat hard werken loont. En dat niks vanzelf komt.
Zelden een jaar gehad waarin de koesen m’n emoties zo beheersen. Waar ijsberen mijn nieuwe hobby werd. Dit jaar is bedwingen en beheersen een probleem. Omdat het peloton met alle remmen los koerst. Dat maakt het leven van die wielersupporter vooral schoon.
En dan nu 3 weken van dat graag. Of zijn we verwend?