Jens Debusschere en Lotto Soudal, dat leek wel een huwelijk op lange termijn. Maar na 8 jaar stuurt de West-Vlaming zijn schip dan toch nog een andere richting uit. Debusschere rijdt volgend seizoen voor Katusha Alpecin, dat verschillende redenen vond om de 29-jarige klassieke renner aka sprinter in huis te halen. En voor de Dadizelenaar is het een kans om de knop om te draaien.
Eerst een flashback. Jens Debusschere won bij de junioren de Ronde van Vlaanderen en werd 2e in Parijs-Roubaix. Dat zorgde ervoor dat zijn carrière in ijltempo op gang kwam. “Ik liep eerst stage bij de Sport Vlaanderen, 2009 was dat, maar al vroeg op het seizoen kwam de Lotto-ploeg aankloppen. Die overeenkomst was eigenlijk snel in kannen en kruiken. Ik legde er goeie testen af en werd in 2010 eerst stagiair. Mijn 1e echte profjaar was 2011, het jaar van Philippe Gilbert. Ik moest toen bijna alleen maar werken op kop van het peloton, en nu en dan een ontsnapping terughalen. Dat jaar was ook Andre Greipel bij Lotto gearriveerd, dus er was wel altijd iemand om voor te knechten”, herinnert de West-Vlaming zich.
Tricolore
Vanaf zijn 2e en 3e seizoen mocht hij ook finales beginnen rijden. “Dat was het jaar dat de ploeg was afgescheurd van Omega Pharma en Belisol op de kar is gesprongen. Dat heeft wel wat veranderd. Van toen af ben ik jaar na jaar blijven groeien. Het Belgisch kampioenschap in Wielsbeke van 2014 blijft zeker het hoogtepunt in mijn carrière. Dat jaar is heel snel voorbijgegaan, zodanig snel dat ik er niet alles heb kunnen uithalen. Omdat ik mij voorbereidde op de Vuelta heb ik toen een beperkt wedstrijdprogramma gereden en dat vind ik achteraf gezien wel een beetje jammer.”
Die 3-kleur maakte immers veel los, bekent Debusschere. “De 2 of 3 criteriums die ik heb gereden als Belgisch kampioen stond ik telkens op het podium en dat bracht toch veel aandacht met zich mee”, beseft hij. “En dan waren er nog de koersen in het buitenland waar iedereen me herkende omwille van mijn trui. Als je ergens in een grupetto mee naar boven rijdt, herkent niemand je. Was dat met die BK-trui om wel wat anders. Overal werd ik aangemoedigd, mijn naam werd zelfs geroepen in een godvergeten gat in de Vuelta. Van die situatie heb ik te weinig geprofiteerd, denk ik.”
PDG
Debusschere won anno 2016 ook Dwars door Vlaanderen. “Ik reed dat seizoen een goed voorjaar, tot ik viel in Gent-Wevelgem. Die overwinning zat er dus wel aan te komen en eerlijk gezegd werd dat toen ook verwacht van mij.” Dan is hij veeleer blij met zijn zege in de Tirreno-Adriatico van het jaar voordien. “Dat kwam echt aan als een verrassing. Ik was wel naar daar gegaan om me te tonen, maar ik had niet zien aankomen dat ik er ook kon winnen. Al moet ik mijn schoonbroer Jürgen Roelandts wel extra danken voor het werk dat hij daar voor mij opgeknapt heeft. Op het moment zelf heb ik daar sowieso meer genoten dan van die zege in Waregem, al was die ook speciaal omdat ik zelf in de buurt heb gewoond.”
Debusschere geeft aan na 8 seizoenen met een dubbel gevoel te vertrekken bij de loterijbrigade. “Enerzijds ben ik dankbaar dat ik er zo lang heb mogen rijden”, zegt hij. “Van meet af aan was er een juiste klik met Marc Sergeant en dat vertrouwen is altijd gebleven. Het is misschien met de komst van Paul De Geyter dat ik wat meer in twijfel ben getrokken. Maar hoe dan ook is het goed om nu eens verse lucht op te snuiven: nieuwe mensen en nieuwe impulsen, dat zal me goed doen.”
Nieuw elan
Bij Katusha krijgt hij een gelijkaardige rol. “In het voorjaar ga ik zeker kansen krijgen, al zal de ploeg wel Nils Politt uitspelen als de echte kopman. De 24-jarige Duitser is echt een groot talent. Maar ik kom daar kort na en als het op een sprint zou uitdraaien, dan zal de ploeg in mijn dienst rijden, is me beloofd. Daarnaast is Marcel Kittel de grote kopman in de sprinterskoersen, daar is geen discussie over. In het voorjaar zullen we echter een grotendeels ander programma rijden, ik denk dat we eerder richting Tour de France meer bij elkaar zullen zijn. De toekomst zal uitwijzen hoe of wat we dan precies gaan doen.”
Zit het grootste deel van de profcarrière van de 29-jarige Debusschere erop? Of kan hij nog 10 jaar mee? “Ik kan wel nog een serieuze tijd mee”, lacht hij. “Daarom ook dat ik nood had aan deze nieuwe uitdaging. Het is een nieuw hoofdstuk in mijn carrière, zo zie ik dat. De voorbije 2 jaar waren qua resultaten niet altijd denderend, en dus hoop ik die knop snel om te draaien. Bij Lotto Soudal zat ik wat in een neerwaartse spiraal, pech of een slechte moral die te lang bleef duren en aansleepte. Daar moet nu een eind aan komen. Met die transfer is de echte Jens Debusschere opnieuw vertrokken.”