Zijn takenpakket was enorm uitgebreid en het werd dan ook veel te veel voor Rik Deleye (50). De Ieperling gaf 18 jaar lang alles voor zijn junioren – eerst bij Zannata-Galloo CT Menen en de voorbije jaren bij Gaverzicht-BE Okay – maar aan alle mooie liedjes komt een einde. “Ik kreeg gewoon te weinig respect van de ploeg”, vindt Deleye.
“Waarom ik stop als ploegleider”, weerkaatst Deleye ons de vraag terug. Hij zucht eens diep. “Ik deed alles bij de junioren van Gaverzicht: selecties , overnachtingen, transfers, omkadering,…. van ploegleider tot secretaris, niks was mij te veel. Vorig jaar zei ik echter al in de maand juli tegen de voorzitter dat het te veel aan het worden was. Hij nam toen pen en papier om mijn taken uit te schrijven. Ik werd ploegleider en de rest zou verdeeld worden onder andere mensen.”
“Na 1 jaar stel ik jammer genoeg vast dat ik terug alles aan het doen ben. Ja, ik ben ploegleider maar ook nog steeds secretaris en manusje-van-alles bij de junioren. De ploeg heeft me veel beloofd, maar ze hebben er niks van terechtgebracht. Dan stopt het. Ik heb mijn conclusies genomen en zet er eind dit seizoen een punt achter.”
Geen vooruitgang
Deleye ervaart vooral het gebrek aan respect voor wat hij voor Gaverzicht-BE Okay doet en deed. “Het respect was inderdaad niet groot. Alles wat ik deed, leek normaal. Bij Zannata-Galloo CT Menen kreeg ik indertijd meer respect. Dat is ook de reden waarom ik nog naar hun voorstel heb geluisterd toen ze vroegen of ik geen zin had om als ploegleider verder te doen.”
“Alle gesprekken liepen in stilte tussen de voorzitter, mezelf en de secretaris. Ook de visie bij CT Menen sprak mij aan: opnieuw de top halen op een gezonde manier. Bij Gaverzicht hebben ze nog altijd alle categorieën en daar stappen ze niet van af. Dan kan je ook niet groeien als club. Ze doen alles maar ze gaan niet vooruit.”
Beslissing
Rik Deleye zat 3 keer rond tafel met zijn ex-team CT Menen om te praten over een terugkeer. “Ik zou de maandag na het laatste gesprek bekendmaken of ik naar Menen zou gaan of niet. Die week had ik nog vergadering met Gaverzicht en daar maakte ik al duidelijk dat de afspraken van het jaar voordien niet waren nagekomen en ik eigenlijk geen zin meer had om er te blijven. Toen zei de voorzitter ‘Ga je naar CT Menen, misschien?’. Ik heb daar niet veel aan toegevoegd, want ik zou de maandag erop pas mijn beslissing bekendmaken.”
“Helaas kon er 1 persoon niet wachten en dat was de voorzitter van Gaverzicht. Hij stuurde op zaterdag een mail naar de renners dat ik naar CT Menen zou gaan. Toen ik dat te weten kwam, heb ik onmiddellijk de telefoon genomen en hem gebeld om te vragen wat hiervan de bedoeling was. Of hij in mijn plaats ging beslissen. Van respect kan je op dat moment niet meer spreken. Uiteindelijk werd alles me te veel en heb ik besloten geen ploegleider meer te zijn.”
Benoot en Stuyven
18 jaar is natuurlijk behoorlijk lang. “Wat mij het meeste bijblijft, is dat ik veel jonge talenten de 1e stappen heb zien maken bij de junioren. Ik heb toch renners als Tiesj Benoot, Jasper Stuyven, Maxim Vantomme, Jérôme Baugnies, Otto Vergaerde, Arvid de Kleijn, Gijs Van Hoecke en nog tal van andere goeie renners onder mijn hoede gehad. Dat ik met gasten van zo’n kaliber heb kunnen werken, geeft mij enorm veel voldoening. Ook mijn liefde om met jeugd te werken was heel groot, ik stond met de wielersport op en ging ermee slapen. Ik denk ook vaak terug aan de tijd van Lotto-Bodysol. We waren zo succesrijk dat we wonnen waar we startten. Zoiets went nooit.”
En nu? “In de vrijgekomen tijd ga ik terug meer zelf fietsen”, besluit Deleye. “Ik zal wel zien of de microbe nog terugkomt. Als 2e ploegleider bij de junioren of beloften of in de scouting zie ik wel nog mogelijkheden. We zien wel wie er nog een beroep wil doen op mij. Al bij al heb ik toch een hele mooie carrière gekend in het jeugdwielrennen. 18 jaar lang heb ik het beste van mezelf gegeven, dat vergeet ik nooit.”