De stad Gent vereenzelvigt zich graag met fietsers en daarom zijn er ook heel wat fietsroutes die vertrekken vanuit de Oost-Vlaamse stad. Maar voor een echt sportieve route zochten wij een praktische locatie waar je kunt parkeren en achteraf ook een terrasje kunt doen. En waar je ook kunt overnachten voor als je van wat verder komt. Ons oog viel op het nieuwe Van der Valk Hotel aan de zuidrand en ideaal voor een heerlijke waaierroute richting de Nederlandse grens. De GPX kan je onder deze reportage downloaden.
Onze route start op de parking van het Van der Valk Hotel, vlak naast de Ghelamco Arena. Wanneer je de parking opdraait en verder naar de achterzijde van het gebouw rijdt, merk je het al. Veel fietsparkings en een reuzegroot terras dat bij mooi weer heel wat fietsers aantrekt. Maar in plaats van naar de stad te fietsen, trekken we naar het noorden, richting Terneuzen. Het is niet evident om met de racefiets door de stad te laveren en aan de noordzijde van Gent ligt de haven en een uitgebreid industriegebied. Daarom maken we een omtrekkende beweging naar het westen, richting het pittoreske Sint-Martens-Latem. Er zijn slechtere gebieden om te doorkruisen.
Daarna gaat het richting noorden, tot aan de grens met Nederland zo weer richting Gent. De grens gaan we deze keer niet over. Niet dat we iets tegen de Nederlanders hebben, integendeel, maar we willen de tocht ook niet al te lang maken. 130 km is al een meer dan behoorlijke afstand, zeker als er wat wind staat in deze contreien. Daarom doorkruisen we hier en daar een dorpje voor wie eens een stop wil maken.
Loterij
We zijn nog maar net vertrokken en meteen valt op welke inspanningen de stad Gent heeft gedaan om het fietsverkeer te faciliteren. Hoewel het Van der Valk Hotel aan de binnenkant van de Gentse ring ligt, kan je die vrij eenvoudig kruisen. Brede en duidelijke fietspaden leiden ons langs en onder drukke wegen en zorgen ervoor dat we snel en veilig de stad kunnen verlaten. We volgen even het Scheldekanaal en rijden om Zwijnaarde heen. En al snel duikt het eerste groen op.
We zijn zelf verwonderd dat we zo snel de rumoerige stad achter ons kunnen laten. Ons traject leidt ons vooral over verkeersarme wegen. Die zijn soms wat smal en bij een ontmoeting met de brede landbouwvoertuigen van tegenwoordig blijft er weinig ruimte over. Maar we moeten toegeven dat de boeren die ons pad kruisen mooi vertragen en plaats maken. Wijzelf zetten ons ook aan de kanten en dat wordt steevast met een opgestoken hand bedankt.
Via Sint-Denijs-Westrem gaat het verder naar Sint-Martens-Latem. Wanneer we dit pittoreske maar chique dorpje doorkruisen, komt ons een heerlijke geur tegemoet. Hier wordt ook op weekdagen heerlijk gegeten. We vergapen ons aan de bootjes op de Leie en de talloze villa’s en krijgen een beeld van hoe het moet zijn wanneer we de loterij winnen. Nog maar eens proberen, zeker?
Het veer op
Kilometer na kilometer, dorp na dorp vervolgen we onze weg naar het noorden. Geregeld voelen we al waar deze streek bij wielerliefhebbers zo gekend door raakt: wind. De nabijheid van de zee en de steeds minder wordende begroeiing geven de wind vrij spel en geregeld wordt het daar tegen opboksen. Gelukkig is het voor ons maar een briesje.
In Baarle moeten we over de Leie. Om een drukke weg te vermijden, kiezen we voor een elegantere oplossing. Een klein veer brengt ons naar de overkant. Wat vroeger doodnormaal was, is nu een curiositeit. Voor ons toch. En aan het aantal fietsers en voetgangers te zien is dit voor de mensen uit de streek nog steeds doodnormaal.
Een aantal kilometers verder kunnen we niet aan het drukke verkeer ontsnappen. In Vinderhoute kruisen we via de Drongensesteenweg het kanaal Gent-Brugge en moeten we wat verder over de Grote Baan tussen Gent en Eeklo. Maar al snel zitten we weer in het groen en laten we het razende verkeer voor wat het is. Wat later volgen we even de Lieve, een mooi eeuwenoud kanaaltje dat nu een toevluchtsoord is voor tal van vogels.
In de omgeving van Lembeke volgen we de oude spoorweg. Op een rustplaats hebben enkele senioren zich in het zonnetje gezet. Of ze veel kilometers maken weten we niet, maar genieten doen ze wel. En dat doen wij ook!
De dijken!
Stilaan verandert het landschap. Grote bossen zijn er niet meer en hoe meer we de grens met Nederland naderen, hoe uitgestrekter het wordt. Kreekjes links en rechts maken duidelijk dat onze voorouders zich hier jarenlang uit de naad hebben gewerkt in hun strijd tegen het water. Maar door de mindere begroeiing krijgt ook de wind meer en meer vrijheid. Westenwind, noordwestenwind,… het maakt niet uit. Op kop zit die hier blijkbaar altijd. En het briesje van daarstraks wordt niet meer afgeremd. Het wordt intussen een stevige bries. Af en toe is het al even doorduwen.
Dat brengt ons dan weer wel in het mooiste gedeelte van onze tocht. Over de oude dijken rijden we richting oosten en hier en daar worden we er door oude grenspalen aan herinnerd dat we op de rand met Nederland fietsen. Houten borden maken duidelijk hoe de streekbewoners lang geleden met hun schop en kruiwagen de dijken aanlegden. Kilometers en kilometers metershoge hopen grond bijeenbrengen. Begin er maar eens aan. Heel even krijgen we zelfs een stukje oeroude kasseiweg te verwerken. Voor ons mocht het veel meer zijn.
Tijd voor terras
Het is tijd om weer terug te keren. In de omgeving van het Sas van Gent duiken er achter de bomen al enkele schoorstenen en windmolens op. Wanneer onze route ons even aan het kanaal Gent-Terneuzen brengt, krijgen we een goed zicht op deze economische ader. Toch laten we die links liggen. Aan onze rechterzijde gaat een heelrijk mooi weggetje richting westen. Tegen de wind in, uiteraard.
Wie toch nog wat heeft overgehouden van de lessen aardrijkskunde weet dat er zich schuin onder Zelzate een dorpje bevindt dat over de hele wereld bekend is. Ertvelde, de plaats die wereldburger en vedette Eddy Wally ‘thuis’ noemde. We kunnen een glimlach niet onderdrukken en denken onwillekeurig aan meekreuners als Chérie, Shanghai en Vliegmachien.
In Kluizen stuurt het grote waterreinigingsstation ons richting Sleidinge. Even kruisen beide routes zich, maar al snel gaat het richting Drongen. We merken dat we de stad weer naderen, het wordt wat zoeken naar mooie wegen. Bij het verlaten van Drongen gaan we het onverhard naast de noordelijke Leie op. Het pad brengt ons langs een mooi stukje onvervalste natuur tot aan de binnenring en de ringvaart om Gent. Via het station gaat het richting de Schelde, waar een pad ons weer richting onze standplaats Van der Valk Hotel Gent brengt. 130 km door het Vlaamse land,dat verdient een terrasje. Zoals gezegd, aan de achterkant van het hotel. Proost!
Download GPX Van der Valk Hotel Gent Waaierroute Terneuzen – 130 km!