Hoe zou het nog zijn met Jens Debusschere? De sprinter uit Dadizele is inmiddels 32 jaar en bereidt zich volop voor op het Belgisch Kampioenschap in Middelkerke. 8 jaar geleden reed hij ook al eens een titelstrijd in eigen gouw en toen mocht hij verrassend het zegegebaar maken. “Met de sprinters die momenteel in België uit de grond schieten, zal het heel lastig worden om dat te herhalen”, blijft hij realistisch.
Gloriejaren
Zondag 29 juni 2014 was wellicht de mooiste dag uit de carrière van ‘Buskrut’. Op de biljartvlakke omloop in Wielsbeke leek een kopgroep lange tijd op weg naar de zege, maar in de slotkilometer kwam alles samen en werd het toch een massasprint. Jürgen Roelandts trok die aan voor zijn ploegmaat Debusschere en die versloeg Roy Jans en topfavoriet Tom Boonen. De tricolore veroveren op 25 km van je ouderlijk huis, het is slechts weinigen gegeven.
“Die overwinning was voor mij het begin van enkele mooie jaren”, blikt Debusschere met de glimlach terug. “Je moet altijd een beetje geluk hebben en dat was toen wel het geval. Het is iets wat je daarna je hele carrière met je mee draagt. Dat kan je gerust letterlijk nemen, want die bandjes blijven altijd op jouw truitje staan. Zo’n Belgische titel is iets bijzonder, ik beschouw het nog altijd als een eer dat het mij ooit gelukt is.”
In de 3-kleur reed Debusschere verrassend naar ritwinst in de Tirreno-Adriatico en hij werd ook knap 5e in Gent-Wevelgem. Een jaar later zou hij ook zegevieren in Dwars door Vlaanderen. Sinds 2020 komt de West-Vlaming uit voor B&B Hotels en rijdt hij wat minder prominent in beeld. Toch is hij zeker nog bezig met het BK. “Ik moet wel opmerken dat de getalenteerde sprinters ook nog eens allemaal lid zijn van de grote blokken (hij wijst daarbij onder meer op Arnaud De Lie, red). Alles zal dus moeten meezitten. Natuurlijk is elke Belg bezig met dat kampioenschap. Wie zegt dat dat niet zo is, is niet serieus.”
Geen Tour
De kampioen van 2014 bereidde zich voor op het BK in de Baloise Belgium Tour, al liep dat niet van een leien dakje. “Ik kon niet echt dichte ereplaatsen rijden. Het was niet helemaal wat het moest zijn. De tijdrit heb ik bijvoorbeeld op wattage gereden in de hoop wat beter te zijn in het weekend. Ik keek uit naar de voorspelde regen op zondag, dat is meer mijn ding dan die hitte”, grijnst hij.
Na het BK kan Debusschere eventjes rust nemen. Hij behoort immers niet tot de Tourselectie van B&B Hotels-KTM. “We gaan proberen om daar te mikken op de ontsnappingen. Dat deed de ploeg ook in de Dauphiné en dat is vrij goed gegaan. Pierre Rolland werd onder meer 2e in de etappe naar Gap en won het bergklassement. In de selectie is er dus vooral plaats voor jongens die kunnen klimmen. Luca Mozzato kan dan op zijn beurt proberen zich te mengen in de sprints en voor een ereplaats te gaan.”
Degradatiestrijd
In die periode plant de 30’er zelf een lange stage. “Zo kan ik toewerken naar het najaar met alle gekende wedstrijden in België en Frankrijk. Ik heb nog steeds de ambitie om mijn hand uit te reiken naar een mooie overwinning, ook al is dat dan in een kleinere wedstrijd. Al bestaan die eigenlijk niet meer. Ook de minder grote koersen worden tegenwoordig gedomineerd door de grote ploegen die strijden voor het behoud in de WorldTour. Ze hebben punten nodig en dat is begrijpelijk. Dat is ook een goede zaak voor de organisatoren, die een schitterend deelnemersveld op hun wedstrijden krijgen. Voor mij is het helaas wat lastiger.”
Ook volgend jaar zal Debusschere nog uitkomen voor B&B Hotels. “Het is altijd stressen in een jaar waarin je einde contract bent. Gelukkig is dat nu niet het geval bij mij. Dat geeft me wel de vrijheid om een keer goed te rusten en vervolgens door te trekken tot het einde van het seizoen. Ik ben blij met die rust in het hoofd, dat is optimaal voor mijn voorbereiding.”