Arthur Van Den Boer stapelt al van bij de aspiranten de nationale titels op en toonde zich in de Wereldbekercross van Dublin als 1e jaars junior meteen de beste Belg. Zijn oudere broer Seppe werd geselecteerd voor de nationale ploeg bij de beloften. Jongere broer Bas trekt zich uit de slag bij de aspiranten.
Arthur Van Den Boer meteen aan de top
Arthur Van Den Boer reed bij de nieuwelingen de tegenstand op een hoopje, maar ook bij de junioren scheert de Elewijtse topper van AA Drink meteen hoge toppen. “Ik liet al 4 overwinningen optekenen en verteerde vlot de overgang naar de junioren”, vertelt hij. “Enkel het EK in Pontchâteau werd een tegenvaller. Ik werd er pas 28e, waarmee ik fors onder de verwachtingen bleef. In de 2e ronde maakte ik een valpartij die me in de achtergrond deed belanden nadat ik een tik kreeg op het achterwiel. Ik kende een zeldzame complete offday en raakte nooit meer weg uit de achterste gelederen.”
Het ging hem een stuk beter af in de Wereldbekercrossen van Troyes en Dublin, waarin hij meteen de Belgische vaandeldrager bleek. “In het Franse Troyes werd ik 6e in mijn allereerste Wereldbekercross. De Italiaan Stefano Viezzi won voor de Amerikaan Thompson en de Fransman Sparfel, maar ik was wel de 2e 1e jaars. In Dublin liep het nog een stuk beter. Ik werd 2e op slechts 8 seconden van Viezzi. We kregen in Dublin ook wel een parcours geserveerd dat me op het lijf was geschreven. Het was een belangrijke cross om te tonen wat ik waard ben.”
Arthur Van Den Boer eindigde, op het EK in Pontch[ateau en de Wereldbekercross in Troyes na, telkens op het podium. “Vooral in Dublin overtrof ik de stoutste verwachtingen. Het was een cross waar vooral rechtdoor werd gereden en het op vermogen aankwam. Ik liet zien dat ik al over flink wat PK’s beschik. In Troyes haalde ik geen podium, maar ik reed er wel een goede cross en keerde tevreden huiswaarts.”
Dietmar Ledegen
De Wereldbekercross in Namen wordt door sommige crossers aanbeden en door anderen verguisd, maar Van Den Boer is een fan. “Ik kijk er geweldig naar uit. De vele hoogtemeters spreken me aan. Ik heb er ongelooflijk veel zin in. Ik heb wel de hele week examens aan het Scheppers Instituut in Mechelen, waar ik school loop. Ondanks de examens blijf ik trainen, maar dat zal wel op een lager pitje zijn. Nou goed, ik denk dat ook de andere renners wel in examenmodus zitten, zodat we met gelijke wapens kunnen strijden. De cross in Namen wordt ook in een speciale omgeving betwist.”
Van Den Boer droomt ook al weg van zijn 1e regenboogcross. “Het WK ligt nog ver weg, maar spookt toch al door mijn achterhoofd. Het WK vormt misschien wel mijn grootste doel. Mijn 1e doel was in feite een selectie afdwingen, maar ik denk op de goede weg te zitten met mijn prestaties in de Wereldbekercrossen van Troyes en Dublin. Het loopt beter dan verwacht. Met Dietmar Ledegen beschik ik sedert een paar weken ook over een persoonlijke trainer. In augustus begon hij mijn broer Seppe te trainen en intussen nam hij ook mij onder zijn hoede.”
Met 4 overwinningen in eigen land is Arthur het winnen duidelijk nog niet verleerd. “Ik won al de crossen in Ruddervoorde, Maasmechelen, Niel en Boom. Telkens zegevierde ik solo, maar dat betekent niet dat ik traag ben aan de streep. In Dublin werd de strijd voor de 2e plaats beslecht in een spurt met 3 en ik toonde me in dat selecte internationale gezelschap lekker de snelste. Mijn trainingen verlopen nu meer gestructureerd en stap per stap blijf ik groeien.”
Seppe en Bas Van Den Boer
Seppe Van Den Boer verdedigt de kleuren van Baloise Trek Lions bij zijn debuut bij de beloften. “Bij de seizoenstart had ik het knap lastig”, vertelt hij. “Ik werd tussen de profs gedropt en dat betekent loodzware concurrentie. In Kortrijk werd ik 7e in een beloftencross. In Ruddervoorde en Boom eindigde ik in elitecrossen in de top 20. Alles is nieuw. Dat ik zondag mag starten in de Wereldbekercross van Namen is toch wel een voorrecht. Ik probeer mijn mannetje te staan, al wordt het harken als 1e jaars belofte in een internationaal peloton met meer gelouterde renners.””
Seppe Van Den Boer startte in september met studies Sport- en Cultuurmanagement aan de Thomas Moore Hogeschool. “Mijn studierichting boeit me en ik kan op eigen tempo de lessen volgen. Die worden overigens online gedoceerd. Ik vond helemaal mijn draai met mijn levenswijze. Ik kan nu zelf bepalen wanneer ik train en voor school wil werken. Het is best pittig om de school en de koers op dit niveau te combineren, maar ik voel me er goed bij. De belangstelling bij de beloften is ook groter dan bij de junioren.”
Met Bas Van Den Boer krijgen Seppe en Arthur straks opvolging. “Ik startte nu als 3e jaars aspirant”, duidt Bas. “Ik kreeg de liefde voor de koers en de cross met de paplepel mee, want ik trok met mijn ouders en broers steevast mee naar de koers. In de cross verloopt het nog met hoogten en laagten. Technisch ben ik best bedreven en moet ik voor weinig renners onder doen. Ik steel uiteraard met de ogen van mijn broers. Het mangelt me wel nog aan wat kracht. Ik wacht ook nog op een groeischeut.”