Een week na Luik-Bastenaken-Luik keren we terug naar dezelfde streek. Niet naar Banneux, maar enkele kilometers verder in Aywaille. In het geboortedorp van Philippe Gilbert gaat immers de cyclo door die zijn naam draagt: de Philippe Gilbert Classic. De organisatoren tekenden een nieuw parcours uit maar trapten niet in de val om er een kopie van Luik-Bastenaken-Luik te maken. Alleen het sluitstuk werd behouden. De ‘La Redoute’ niet in het parcours opnemen zou heiligschennis zijn.

Stickers en kaderplaatjes
Op uitnodiging van ŠKODA trokken we opnieuw richting Ardennen naar de oevers van de Amblève. De Phillippe Gilbert Classic wordt ingericht ter ere van de grootste renner uit de streek. Een lange en indrukwekkende lijst overwinningen maken hem 1 van de toprenners van de laatste decennia. Gilbert houdt nog steeds van deze streek en tekent dan ook graag present. Nadat hij tijdens de laatste editie van Luik-Bastenaken-Luik al door de supporters geëerd werd, was het nu aan zijn streekgenoten om hem in de bloemetje te zetten.
De Phillippe Gilbert Classic valt onder de koepel van Proximus Cycling. Onze partner ŠKODA zet mee zijn schouders onder dit evenement en nodigt via een wedstrijd deelnemers uit voor een VIP-ontvangst. Dat zorgt ervoor dat we haast letterlijk aan de start kunnen parkeren. ŠKODA heeft voor de inschrijvingen gezorgd en heeft startnummers, stickers en kaderplaatjes voorzien. Een bidon en een fietsshirt later kunnen we op weg.
Gedurende een goede 10 km volgt de weg de slingerende Amblève. We nestelen ons in een groepje waar vooraan enkele jongens met gekromde rug het kopwerk doen. In Comblain-au-Pont krijgen we de 1e helling voor de voeten geworpen. Meteen wordt het groepje uit elkaar gereten. We houden ons ergens midscheeps staande, maar zien de koplopers doortrekken richting de top. De ‘Côte de Mont’ mag dan geen zwaargewicht zijn, de naam staat voor wat erna volgt. Of zoals 1 van onze metgezellen het verwoordde: “Monts, die hebben ze hier genoeg”.
Toch wordt het even stil. Een stukje aan 9% en een piek van 11,3% zorgen ervoor dat de zuurstof voor andere doeleinden dan een praatje nodig is. Enkele haarspeldbochten geven de klim een leuk karakter. Het gevoel is goed. We weten dat de kracht nog wat achterwege blijft, maar het slechte gevoel van de laatste maanden speelt ons nu minder parten.
Compensatie
Goed 11 km verder mogen we opnieuw aan de slag. Mooi bedacht van de organisatoren, als je het ons vraagt. Gooi er elke 10 km een helling in en iedereen is blij. En meteen zetten we aan voor het ‘Bois du Moulin de Tavier’. Een mooie klim die door het bos gaat. Op het einde kom je in de velden, maar moeilijk wordt het nooit. Na een kleine 30 km volgt al de 1e bevoorrading. Vrij vroeg eigenlijk. Maar de deelnemers aan de 87 en de 165 volgen een andere route en die snijden elkaar in Warzée. Eigenlijk is het de logica zelve, maar het is toch vroeg.
Om dat te compenseren heeft de parcoursbouwer een snelle afdaling voorzien gevolgd door een stevig klimmetje. Een 1e keer gaat de snelheid richting de 60 km/u, maar in de verte zien we hoe een rechte streep steil het bos in schiet. De ‘Côte de Bende’ is maar een dikke km lang. Maar wie zich aan de bevoorrading wat te vol heeft gepropt, zal het geweten hebben. De eerste honderden meters valt het allemaal nog goed mee. Maar van ver zie je het muurtje al liggen. Terwijl de snelheid drastisch naar beneden gaat, zie je hoe de streep het bos in schiet en je weet dat dit pijn gaat doen. Zowat 300 meter voor de top worden we voor het eerst getrakteerd op dubbele cijfers. 10 à 11% laten de spieren al eens duchtig aanspannen. Ach ja, de Redoute zal niet gaan lopen.
De ‘Rue d’Izier’ en de ‘Fagnoul’ houden ons wat verder behoorlijk aan de waggel. Het gehijg wordt al wat sterker. Zowel bij onze metgezellen als bij onszelf. De Izier is met z’n 4 km vrij lang, maar niet zo steil. De omgeving maakt het echt genieten. Voor sommigen is dit 1 van de mooiste stukken van de Ardennen. En wie zijn wij om hen tegen te spreken? Voor veel sightseeing is er echter geen tijd. De Fagnoul herinnert er ons immers aan dat we hier zijn om hoogtemeters te maken en respectabele percentages te overwinnen. Een schitterende klim die veel bekender zou mogen zijn. Onregelmatig, enkele honderden meters aan 10% en een prachtig decor. Wat wil je nog meer? Een behoorlijk wegdek misschien. Het lappendeken in alle tinten grijs met hoogteverschillen van +5cm naar -10 cm is de naam wegdek niet waardig. De Nederlanders zullen weer kunnen grimlachen.
Buitenblad hors service
Dat wordt dan weer goedgemaakt in de lange afdaling richting Harzé. Opnieuw tikken we geregeld de 60 km/u aan en ook onze Noorderburen kunnen het smaken. “Nou, die gaat joh”. Maar wat verder volgt een klim met meer renommee: Côte de Niaster. En kijk, hier ligt zowaar nieuw asfalt! De weg slingert door een erg mooie omgeving steeds hoger en terwijl we de eerste 2 km op 7 tot 9% getrakteerd worden, vlakt het daarna behoorlijk af. Dat was wel nodig want de hartslag ging al een 1e keer behoorlijk in het rood. Bovendien liet bij de aanvang van de klim de techniek ons in de steek. Bij het schakelen van buiten naar binnenblad, 10% hé, viel de ketting tussen frame en kettingblad. Gelukkig konden we het snel herstellen, maar toen wat later bij dezelfde actie de ketting er weer van afging, zagen we dat de derailleur ergens een tik had gekregen en wel erg ver naar binnen stond. We hebben het buitenblad dan maar zonder werk gezet. Veel hadden we het toch niet meer nodig.
Na de 2e bevoorrading wacht ons ‘La Vecquée’. Een rustige beklimming, maar wel 6,5 km lang. Eerst is de weg wat drukker, maar na Stoumont wordt het gauw rustig. Goed asfalt kan echter niet verbergen dat bij ons het beste er stilaan af is. Na de top dalen we af richting Desnié. Een lange rechte weg nodigt uit tot ‘kijk mama, zonder remmen’. De snelheid loopt dan ook al snel naar de 70 toe. En een beetje meer zelfs. Enkele beroepsrenners delen hier de KOM: 95,9 km/u. Beneden gaat het scherp naar links, waarschuwt onze Garmin.
In Winamplanche nemen we met de ‘Au Haftay’ bij manier van spreken afscheid van de mooie Ardennen. Deze rustige klim warmt ons immers op voor het beest: La Redoute. Via La Reid en Beauregard gaat het richting Aywaille. Maar in Remouchamps draaien we nog even naar rechts. In een ooghoek zien we nog net hoe op de brug Philippe Gilbert met een bende kinderen aan komt gefietst. Maar voor we een foto kunnen nemen, draaien ze alweer af. Wij ook, maar richting bergop. ‘La Redoute’ ligt er als vanouds bij. De mobilhomes zijn verdwenen, de nadars opgeruimd. Enkel de namen van de wielerhelden staan nog op de grond gekalkt. Phil!
Veel variatie
We weten wat ons wacht, we weten dat het pijn zal doen. Na het bochtje naar links begint de calvarie. Even voorbij het Mariakapelletje staat een koppel stil. “Op de Redoute gaat iedereen tot de limiet”, hoor ik de man zeggen. Aan het gezicht van de vrouw te zien, kan haar dat weinig schelen. We ploeteren verder. Haal na haal, duw na duw. Maar de vermoeidheid, de hoogtemeters en, vooral, de stijgingspercentages maken dat we de man gelijk geven. Wat een beest is die ‘Redoute’ toch. We zoeken vertwijfeld naar de streep rubber die Remco achterliet toen hij vol gas de rest achter zich liet. Maar we zijn al tevreden dat we veilig boven zijn geraakt.
Dan is het nog wat uitfietsen tot de finish. De Philippe Gilbert Classic zit erop. Veel hoogtemeters gekruid met enkele minder bekende beklimmingen. Een mooie tocht met veel variatie in een erg mooie omgeving. Hiervoor komen we graag nog eens terug.
Maar eerst nog La Flèche de Wallonie, de laatste manche van de ŠKODA Road Cycling Challenges 2022. Afspraak op 28 mei 2022!
Lees hier ook het verhaal van Kirsten in de Philippe Gilbert Classic 2022!
2 comments
Dit verhaal klinkt alsof jullie de tocht niet gefietst hebben. Op de Redoute viel het juist op dat de nadars van LBL er nog stonden, terwijl hier expliciet staat dat ze opgeruimd zijn. Doet het stuk wat nep klinken.
We hebben de rit wel degelijk gereden. Wanneer je La Redoute opdraaide, viel het op dat het tegen de week voordien leeg was. De mobilhomes, het grote podium, de nadar aan de linker kant. Het was gewoon een geromantiseerde beschrijving van het verschil met de week daarvoor. Die 50 meter nadar maken het verschil niet. Of was je er de week voordien niet bij? Dan had je gezien wat een verschil het was…