De Olympische Spelen van 2024 in Parijs hebben op het pistegebeuren na al hun wielerdisciplines gehad. Voor België was het een succes met 4 medailles in tijd- en wegritten. Met een historische dubbel van Remco Evenepoel ook, en dat in een weergaloos mooi decor. Wat een week is het geweest, ook voor uw hoofdredacteur.
Olav Spahl
Het begon natuurlijk allemaal met de aanvraag en de langlopende accreditatieprocedure via het BOIC en de Belgische sportpersbond. Toen alles daar nog zat, was alles ook nog redelijk ver van ons bed. Maar na de goedkeuring en de eerste informatievergaderingen ruim vooraf aan deze Spelen, naderde de werkelijkheid. En toen we naar Parijs trokken voor onze badge, kon het feest beginnen. We trokken geregeld op en af met de Eurostar, erg handig en snel. In no time leerden we ook het Parijse openbaar vervoernetwerk kennen.
Dag 1 van de Spelen was meteen met rood aangekruist. De tijdrit bij mannen en vrouwen stond geprogrammeerd. Ook voor het BOIC was dat al meteen een belangrijk moment, want Remco Evenepoel stond genoteerd om een medaille mee naar huis te brengen, zou CEO Cédric Van Branteghem ons later bekennen. De dag begon met regen en het zou nooit ophouden. Bij de vrouwen ging het al meteen voor een paar rensters verkeerd, niet in het minst voor Taylor Knibb, die we na lang wachten in de mixed zone even konden spreken. De Amerikaanse triatlete was 3 keer gevallen en had van fiets moeten wisselen. Ze kwam helemaal ingepakt aangestrompeld onder een grote witte handdoek maar toonde zich weerbaar. Helaas voor haar zou ze ook later die week de triatlon niet zonder valpartij verlaten.
Voor de mannen hadden we ons op de perstribune op de toch wel indrukwekkende Pont Alexandre III genesteld. Ondanks de regen en het manifest ontbreken van beschutting. Gelukkig brachten een paar vrijwillige medewerkers – Parijs loopt er vol van – enkele paraplu’s op een staander. We waren bij de gelukkigen en mochten samen met een collega onder ene plaatsnemen. Snel en attent zijn is ook hier in Parijs de boodschap. Toen die collega wegging en wij terugkeerden van de mixed zone troffen we Olav Spahl, Chef de Mission van België voor deze Spelen, aan op onze plaats. We hebben daar de hele TT van de mannen samen gevolgd. Een leuke kennismaking met een geweldige kerel. En ook het sportieve happy end was er eentje om niet snel te vergeten. De 2 medailles werden die avond nog gevierd in het Belgium House, waar ook wij onze openingsdag afsloten.
Élancourt
Op maandag trokken we van Gare du Nord richting Colline d’Élancourt, een eind ten zuidwesten van de Franse hoofdstad. Om daar te geraken, deden we er even lang over dan van thuis tot in hartje Parijs. Om maar te zeggen dat niet alles even evident is. Of om aan te geven dat de Spelen wellicht nooit dichter in de buurt zullen komen, ondanks de verwoede pogingen van Nederland. Voordeel: het gaf ons meteen een mooi beeld van het openbaar vervoer in Parijs, want zo namen we in Montparnasse ook de trein naar Saint-Quentin-en-Yvelines. Hier komen we komende week nog terug voor de piste. Nu kregen we er echter een plaatsje in de bus voor media en medewerkers naar Élancourt, een prachtige locatie waar het MTB zijn hoogtepunt kende.
Eerst met thuisrijdster Pauline Ferrand-Prévot die daags voor onze komst goud wint voor eigen volk en zich nu weer zal focussen op haar carrière op de weg. Wij zijn al vroeg gearriveerd maar veel bewegingsvrijheid krijgen we niet. In de zin van toenadering tot teams of delegaties. Dat maakt dat we vooraf niks deftig ingeblikt krijgen. Maar na een spektakel – waarvoor dank Tom Pidcock en Victor Koretzky – levert de mixed zone ons wel wat op. Sam Gaze van Alpecin-Deceuninck doet emotioneel zijn verhaal en ook de Amerikaan Riley Amos barst in tranen uit na zijn 7e plaats.
We krijgen nog uitgebreid tekst en uitleg uit het Belgische kamp. Jens Schuermans moet tevreden zijn dat hij na een rollercoaster toch de Olympische finish haalde en de bondscoach, Filip Meirhaeghe, legt zich tevreden neer bij de geleverde prestaties en situaties. We sluiten onze dag weer af in het Belgium House in de Avenue Hoche, waar we ook de eer krijgen om even bij Jean-Michel Saive te staan. Hij had ons ook gespot in Élancourt, zei hij. Wat een legende!
Pont d’Iéna
Midden in de week steekt een verkoudheid op en we nemen 2 dagen een stapje terug. Zo zien we de BMX’ers aan onze neus voorbijgaan maar zijn we wel topfit voor de wegritten. En dat hebben we ons niet beklaagd. De locatie, Trocadéro, is prachtig. We worden aanvankelijk van hot naar her gestuurd maar raken uiteindelijk wel binnen en daar lijkt alles goed georganiseerd. De loden zon doet ons genieten op de perstribune met een gigantisch scherm voor onze neus. Eens de renners van start gegaan, gaan we lunchen in de press lounge en genieten we van de mooie beelden. Zeker Montmartre oogt indrukwekkend met al dat volk en lawaai. We nemen tijdig onze plaats aan de finish weer in en veren een 1e keer recht wanneer Remco zijn benen test. De rest is geschiedenis.
De sfeer bij de Belgische delegatie, ook alle kopstukken zijn afgezakt naar de Pont d’Iéna, is uitgelaten. Het ongeloof heerst ook wel wat voor dit unicum van die kleine Vlaams-Brabander. Op de persconferentie moeten we een lach inhouden wanneer een buitenlandse journalist aan Remco vraagt of hij zijn rivaliteit met Mathieu van der Poel eens kan toelichten. Niemand die er iets van begrijpt, Remco nog in het minst. Hij laat het niet aan zijn hart komen. Belgium House, here we come again. Daar horen we de mooiste verhalen, zoals dat van een Belgafotograaf die de hele middag op de Sacré-Coeur had gestaan.
Daags nadien kennen we een eerder rustige dag op dezelfde plaats. Gelukkig maar, want 3 uur slaap is niet te veel. Wanneer Kopecky losgaat, zijn we er wel weer bij. Ook dit is voor de geschiedenisboeken. We mogen haar die avond, een uur of 2 na Nina Derwael, nog mee verwelkomen in het Belgium House. Bucketlist, check, check, check!